[IMAGE]

Het schooljaar loopt duidelijk op de laatste benen. De proefwerkweek is achter de rug en de punten zijn met de computer ingevoerd. Wat rest tot de eerste vakantiedag zijn nog een aantal werkzaamheden die ook moeten gebeuren op school alvorens de deur even een aantal weken te kunnen sluiten: zoals puntenvergaderingen, diploma-uitreiking en het op orde brengen van de klaslokalen.

Even deze beslomeringen ontvluchten en voor een paar uur op pad gaan in de directe omgeving van Oosterhout. Nu eens geen reistijd. Vertrekplaats en vertektijd waren aan de Patrijslaan 30. Het zou immers gênant geweest zijn om gepakt en gezakt vanaf de Bouwlingstraat te vertrekken en de achterblijvers de ogen uit te steken. Bij Peter was het verzamelen. Eerst nog een kopje koffie en dan om 11.00 uur op stap. Present waren Jan, Peter, Marlien, Lorenz, Marion, Arie en Charles. Bert zou zich pas later bij het wandelgezelschap aansluiten. Arie was de nieuweling in het gezelschap. Wellicht aspirant lid van LAWV "Via-Via".

Charles had op de topografische kaart van Oosterhout en omgeving een route uitgestippeld, die ons via Den Hout richting Terheijden en terug zou brengen. Even was er nog gedacht om via Breda-Noord en Teteringen te lopen. Maar dit bleek een de grote rondwandeling. De wandeling zou in elk geval langs een aantal markante punten in het landschap voeren. Het waren markeringen in het landschap die te maken hadden met oorlogen uit een ver en meer recent verleden.

Vanuit de Patrijslaan via de Statendamweg en het industrieterrein tegenover het Kanaaleiland bereikten we de brug en de sluis aan het Wilhelminakanaal. Bij de rotonde aangekomen liepen we westwaarts langs de afgedamde arm van het Markkanaal voorbij Camping Hubertushoeve. We zaten hier meteen in een groene omgeving. Maar hoe lang nog? De gemeente Oosterhout wil deze groene long opofferen aan uitbreiding van de stadsbebouwing. De natuur moet hier wellicht in de toekomst wijken voor huizenbouw. Protestborden maken het ongenoegen van de aktievoerders duidelijk. Ook de Camping in zijn huidige opzet zal dan verdwijnen. Even verderop ligt de zandafgraving, waar vrachtwagens van de Firma Caron af en aan rijden en de zandzuiger al een flinke waterplas heeft gemaakt.

Na goed 1,5 km bereiken we bij het gehucht Ter Aalst de brug over het Markkanaal. Een markante zwerfkei met plaquette maakt ons duidelijk dat hier op 4 november 1944 bij Operation "Pheasant" de Geallieerde troepen, bestaande uit Polen, Engelsen en Amerikanen, de Ter Aalsterbrug op de Duitsers veroverden. Het waren de 4e Poolse Tankbrigade, de 212 Schotse Royal Engeneers en de Prinses Irene Brigade die hier slag leverden met 711e Infanterie Divisie van de Duitsers.

De Poolse Tanks waren na de bevrijding van Breda op 29 october 1944 doorgestoten richting Markkanaal en de oversteek hier van de Mark-Dintellinie mislukte in eerste instantie. De tweede poging had echter wel succes. Nu misleidden de Geallieerden de vijand door in de vroege ochtenduren van 3 november 1944 vanaf de Spinolaschans nabij Terheijden met tanks te schieten. De Duitsers reageerden met zwaar artillerievuur op deze schijnaanval. Ondertussen werden bij de Ter Aalsterbrug de slapende Duitsers in hun loopgraven verrast. De Polen waren in de duisternis met hun vouwboten zo stil mogelijk vanuit de bosrand naar het Markkanaal geslopen en hier overgestoken. Ze vormden een bruggehoofd in de vorm van een halve cirkel die tot enkele meters voorbij café "Het Kopske" reikte. Uiteindelijk begonnen de Duitsers met artillerievuur tegenstand te bieden, maar de Polen hielden stand totdat in de late middag de beloofde versterkingen uit Oosterhout arriveerden. Het waren de Schotten de de Prinses Irene Brigade, die via Tilburg, Dongen en Oosterhout kwamen.

Een bank bood een adempauze. Bert sloot zich hier bij het wandelgezelschap aan, nadat hij even tevoren via de mobiele telefoon gevraagd had waar we intussen waren. Een bespreking op school had hem ervan weerhouden op tijd in de Patrijslaan te zijn. Niet getreurd, slecht een paar kilometer gemist. We staken de brug over en kozen voor het zandpad linksaf langs het kanaal. Even verderop voor de slagboom rechtsaf richting Houtse Akkers.

Lopend over de Hultenkant in noordelijke richting zagen we rechts voor ons op een lichte verhoging het kerkdorp Den Hout liggen met zijn markante molen "De Hoop". Aangekomen op de driesprong, waar Bert eens een aanrijding heeft gehad, sloegen we links af het Eindse Pad in. Deze weg naar rechts volgend kwamen we in het gehucht Eind van Den Hout. Markante boerderijen omzoomden de route. Via de Liniestraat bereikten we de voormalige Linies van Den Hout, welke dienden ter verdediging van de vesting Geertruidenberg.

Deze linies met watergracht zijn aangelegd in 1701 en zijn een ontwerp van de beroemde vestingbouwer Baron Menno van Coehoorn. De militaire doelstelling was voorkomen dat vijandelijke troepen Holland via de Generaliteitslanden zouden binnenvallen. Immers als onderdeel van de waterlinie moest bij inundatie van de polders rond Geertruidenberg de doorgang over de hoge zandgronden worden belet om dicht bij de stad te komen. Op deze zandruggen werden aarden wallen als verdeigingswerken gebouwd.

Nu ziet deze linie er vredig uit, maar die vredigheid ontbrak vroeger. Ze waren nog maar nauwelijks opgeworpen of moesten al hun waarde bewijzen. Ons land raakte betrokken bij zowel de Spaanse- als de Oostenrijkse Successieoorlog. De troepen op de Houtse linies werden in staat van paraaatheid gebracht, maar het bleef bij korte schermutselingen. Dat was ook het geval van 1830 -1839 toen de Belgen zich losmaakten van het Koninkrijk. En hoewel het militaire bolwerk steeds aangepast en hersteld werd, heeft het dus nooit echt zijn verdedigende waarde hoeven bewijzen.

Tegenwoordig zijn de Linies eigendom van Staatsbosbeheer en hebben als natuurgebied een geheel eigen karakter, waarbij de cultuurhistorie en de natuurhistorie als het ware vervlochten zijn. Het gebied heeft een rijke flora en fauna. De begroeiing met eikenhakhout laten de oorspronkelijke vormen van deze Linies soms moeizaam raden. Toch voerde een wandelpad ons langs de meerkantige delen (redoutes) van dit verdedigingswerk. Zo bereikten we het meest westelijke deel van de Houtse Linies aan de Schimmer en de Witte Weg.

Hier was het tijd voor een middagpauze. Beschutting zoekend tegen een schraal windje vanuit het westen en dreigende luchten, noodzaakten ons staande onder enkele bomen een kopje koffie te drinken en het lunchpakket soldaat te maken. Vanaf deze plak hadden we uitzicht op de eendenkooi aan het Kooibosje in de Binnen Polder richting Terheijden. Met de wetenschap dat deze eendenkooi alleen op afspraak te bezoeken was, kozen we ervoor de Witte Weg in zuidelijke richting te volgen naar Munnikenhof.

Langs enkele historische, markante boerderijen bereikten we het noordelijk deel van de voormalige Linie van de Munnikenhof. Ook dit verdedigingswerk is in dezelfde tijd aangelegd als de voormalige Linies van Den Hout en bestaat uit een hoge aarden wal met aan de oostzijde, waar de vijand verwacht werd, een brede gracht. Aan beide vleugels lagen lunetten. Dit zijn spievormige delen van de verdedigingswal. Deze Linie van de Munnikenhof wordt doorsneden door het in 1911 aangelegde Markkanaal en was oorspronkelijk 1100 meter lang. Ook dit gebied is sinds 1956 in bezit van Staatsbosbeheer, die probeert het natuurlijk landschap te handhaven door hier een biotopische omgeving te scheppen voor amphibiën.

We wandelden langs de verdedigingswal zuidwaarts, passeerden een plek met "kamperen bij de paal" en liepen tegen het Markkanaal aan. Het was intussen opgeklaard en in het zonnetje gezeten op de hoge walkant genoten we van een korte pauze. Van hieruit was het ongeveer een kilometer lopen alvorens we bij de brug kwamen, die ons naar de overkant van het Markkanaal bracht.

Vanaf de brug zagen we op ongeveer 500 meter de restanten van de voormalige Schans Spinola liggen. Deze schans is een overblijfsel uit de 80-jarige oorlog (1568 -1648). De buitengracht is niet veel meer dan een smalle sloot. Dan krijg je vervolgens de buitenwal, de verlande binnengracht en tenslotte de eigenlijke schans, die hier zo'n 10 meter bovenuit torent. Deze is min of meer vierkant enn heeft op de hoekpunten grote bolwerken. De schans ontleent zijn naam van de bekende Spaanse bevelhebber Spinola, die hier in 1624 een ideale plek vond voor een legerkamp en schans. Het was een strategisch goed gekozen plaats om de wegen van Breda naar her noorden en noord-westen, zowel te land als te water, volkomen te kunnen beheersen.

In 1624 werd de grote Schans aangelegd, een groot aarden fort. Commandant Paul Baillon bracht hier de helft van zijn troepen onder voor de (honger) belegering van Breda. Frederik Hendrik poogde in 1625 Breda te ontzetten, maar op 5 juni van dat jaar gaf Breda zich over aan de Spanjaarden. Twaalf jaar later behaalde Frederik Hendrik alsnog zijn overwinning op de Spanjaarden. In 1639 kreeg de schans zijn huldige uiterlijk met vier bolwerken, een verharde weg omgeven door een gracht. Hoewel de Spinola Schans in de oorlogen daarna nog regelmatig een bezetting gehad heeft, heeft het toch geen belegeringen meer te verduren gekregen. Vanwege de veranderde strategie nam de waarde als verdedigingsschans langzamerhand af. Tot na de Tweede Wereldoorlog heeft de Spinola Schans als verdedigingswerk gediend.

Wij vervolgden onze wandeling over de Salesdreef in oostelijke richting. Op deze secundaire weg van Teteringen naar Terheijden was redelijk intersief verkeer en we waren blijk na ongeveer 1 kilometer linksaf de zandweg met de klinkende naam koestraatje te kunnen inslaan. We stuitten hier opnieuw op de resten van het zuidelijke deel van de voormalige Linie van de Munnikenhof. Opvallend was ook de geel-witte markering van de MLAW-route "De Vucht" van het stadsgewest Breda. Langs Camping Bergvliet lopend werd onze aandacht getrokken door een wel heel opvallend bouwwerk van moderne architechtuur en voorbij een Naturistencamping bereikten we het gehucht Ter Aalst, dat landelijke bekendheid geniet door zijn centrum voor wolvenopvang.

Hier staken we de Bergse Baan over en vervolgden onze route over het brede bospad met verhard fietspad. We passeerden evenals vanmorgen de zandafgraving maar nu aan de zuidzijde. Deze Pannenhuisstraat bracht ons op de Vrachelse Heide. De Vrachelse heide wordt aan de noordzijde begrensd door het Markkanaal. Het is een dennenbos, afgewisseld door heidevelden met veel opslag (vliegdennen, eikenhakhout) en zandverstuivingen.

Het is een voormalig stuifzand- en heidegebied, dat vanaf het begin van deze eeuw bebost is. Het is voor een deel waterwingebied en militair oefenterrein. In de loop van de 16e eeuw hadden de zandverstuivingen een dusdanige omvang aangenomen dat ze een bedreiging vormden voor de nabij gelegen akkers. Daarom werden er houtwallen aangelegd, die het steeds verder oprukkende zand tegen moesten houden. Restanten van deze houtwallen zijn nog steeds te zien.

De Vrachelse Heide bestaat eigenlijk uit twee verschillende delen. Komend vanuit het westen, zoals wij nu over de Pannenhuisstraat, verandert het karakter van de Vrachelse Heide. Dit veel vlakkere gebied is omstreeks 1930 bebost. De bodem is hier van nature wat beter, waardoor de bossen vooral gebruikt werden voor de houtproduktie. De wegen zijn speciaal aangelegd om het bos goed te kunnen onderhouden. Ze vertonen dan ook een veel rechtlijniger patroon dan de wegen in het andere deel van het natuurgebied. Het bos bestaat hier vooral uit grove- en Corsicaanse dennen. Naarmate het bos ouder werd kregen ook andere bomen en planten een kans. Je vindt er nu ook eiken, berken, lijsterbessen en varens, waardoor her bos een meer natuurlijk aanblik biedt.

Noordelijk van dit bospad wil de gemeente in de toekomst woningbouw gaan plegen. Ook hier maakten grote protestborden duidelijk dat men het hiermee niet eens is. We passeerden hier de Joodse begraafplaats en kwamen nu in het oostelijk deel van de Vrachelse Heide. Dit is het stuifzandgebied en kenmerkt zich door de hoogteverschillen, de kronkelige wegen en paden en hier en daar overblijfselen van de zandverstuivingen. Het bos bestaat hier uit oude vliegdennen, eiken en berken. Hier vonden vroeger de meeste militaire oefeningen plaats.

Even verderop bereikten we de buitenwijk Vrachelen, moderne woningbouw direct gelegen aan het Wilhelminakanaal. Nog een kort uitstapje naar de uitspanning "Het Brabants Bontje" voeger meer bekend als "Het Aapje". Op het terras gezeten werd er nog bijgekletst en de nodige sterken verhalen verteld. Tegen 15.30 uur vertrokken we richting startpunt aan de Patrijslaan 30. Het toeval wilde dat we ook nog even bij Arie voorbij liepen aan de Zeislaan 153. Terug op de thuisbasis namen we afscheid en wachtten thuis weer de dagelijkse beslommeringen.

Charles Aerssens
30 Juni 2000



Lange Afstand Wandelvereniging "VIA-VIA".

Gegenereerd op 03-03-2001 door C.P.J. Aerssens