L.A.W.V.VIA-VIA


Voor de wandeldag van oktober kost het geen moeite om de enthousiaste wandelvrienden te mobiliseren voor een rondwandeling vanuit Raamsdonk. We gaan weer op pad met Harry, Lauran, Theo, Wil, Leo en Charles. Hij heeft voor de wandeldag van 23 oktober de keuze laten vallen op een rondwandeling met start en finish in Raamsdonk. Charles heeft deze route van september 2012 in zijn archief opgezocht en in een nieuw jasje gestoken! Hij is immers de enige van dit wandelgezelschap, die toen in dit gebied rond Raamsdonk, Raamsdonksveer en het vestingstadje Geertruidenberg gewandeld heeft. Toch heeft hij er voor gekozen er een nieuwe wandeling van te maken, die voor een groot deel over het wandelroutenetwerk van VisitBrabant loopt.

© L.A.W.V.VIA-VIA

We spreken af elkaar te treffen rond de klok van 9.15 uur in het centrum van Raamsdonk op de parkeerplaats aan het Kerkplein bij de St. Bavokerk. Wil en Charles rijden met Lauran naar Raamsdonk, Harry vertrekt met de auto uit Breda en Leo en Theo komen met de fiets! Het is nog rustig bij vertrek! We starten op de parkeerplaats aan het Kerkplein bij de R.K. St. Bavokerk, gebouwd is in 1888 naar een ontwerp van Architect Carl Weber (1820- 1908) uit Roermond. Het is een kruisbasiliek in Neo-Romano-Gotische stijl met een klaverbladvormige oostpartij. Op 18 april 1888 is onder pastoor Martinus Adrianus van Aart als bouwpastoor met de bouw begonnen en op 16 september 1888, wijdt Mgr. Adrianus Godschalk(1819-1892), bisschop van Den Bosch, de kerk in. Het interieur is in verscheidene kleuren baksteen uitgevoerd en bezit pijlers en zuilen. Over het schip welven zich koepels. De kerk heeft ongeveer 370 zitplaatsen. De gebrandschilderde ramen zijn afkomstig uit het atelier van de glazeniersfamilie Nicolas en deels vervaardigd door de meesterhand van Max Weiss. De route gaat linksaf door de Kerkstraat. We negeren aan de linkerzijde de Pastoor Bruijnenstraat en komen bij KNP64, waar de Kerkstraat overgaat in de Stationstraat tot we bij KNP63 aan het Halve Zolenpad staan bij het voormalige stationnetje 18 van Raamsdonk.

Deze voormalige Langstraatspoorlijn van Lage Zwaluwe naar 's Hertogenbosch is aangelegd tussen 1881 en 1890 en is volledig gefinancierd met de opbrengsten uit Indië. Lage Zwaluwe fungeert als overlaadpunt voor scheepvaart naar Rotterdam, maar het transport en de exploitatie blijven beperkt. In de volksmond ontstaat al snel de naam Halve Zolenlijn en verwijst daarmee naar de schoenenindustrie en is ironisch bedoeld voor de inwoners van deze streek. Na WOII krijgt de Langstraatspoorlijn grote concurrentie van het vrachtverkeer en het busvervoer. Zo besluit de Nederlandse Spoorwegen ondanks fel protest per 1 augustus 1950 het personenvervoer te staken. Het goederenvervoer blijft bestaan, maar op 28 mei 1972 wordt het tracé van 's Hertogenbosch naar Raamsdonk gesloten. Tegenwoordig is alleen nog het deel vanuit Lage Zwaluwe naar Oosterhout als goederenspoorlijn in gebruik. Op het talud van het oude tracé tussen Raamsdonksveer en 's Hertogenbosch is nu een fietspad en voetpad aangelegd met de toepasselijke naam: het Halve Zolenpad.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Als we het Halve Zolenpad zijn overgestoken staan we meteen op de Kruising van de Stationstraat met Heemraadsingel, Schansstraat en Molenstraat Hier zien we rechts in het plantsoen op een bakstenen sokkel het bronzen beeld Paard van Raamsdonk van de beeldhouwer en graficus Harry Storms. Het beeld is hier geplaatst in 1987 en symboliseert dat Raamsdonk in de periode van 1910 tot aan het begin van de jaren dertig van de vorige eeuw bekend is als een belangrijk paardenfokcentrum en centrum van de paardenhandel in Noord-Brabant. Jaarlijks vindt er in die tijd op 14 augustus een nationale keuring plaats en daags daarna een groot concours hippique. Van heinde en verre komen op die dagen de handelaren en liefhebbers van rijpaarden uit heel Nederland naar Raamsdonk. Er is dan overal nog veel vraag naar paarden, die gebruikt worden in de landbouw, voor koetsen en calèches, bij bierbrouwerijen, in het leger en bij de tram. Een aparte commissie koopt de dieren voor het leger, dressuurproeven moeten worden afgelegd en als de paarden aan alle eisen voldoen, krijgen ze het militair certificaat. Na 1935 komt de klad in de paardenhandel en houdt Raamsdonk op als centrum van de paardenhandel in Noord-Brabant.

We steken de kruising recht over en wandelen langs KNP57 door de Molenstraat in noordelijke richting. Met de bocht naar links zien we dat hier een opvallend aantal typische monumentale langstraatboerderijen liggen, waarvan er enkele op kleine terpen. Ze zijn allemaal georiënteerd op het noorden. Op nummer 37 prijkt boven de voordeur een hardstenen gevelsteen uit 1787 met opschrift: ‘Fransch Nederduitsch Schoolhuis, 1787’. Het pand is verbouwd en staat op de rijksmonumentenlijst. Aangekomen op de T-splitsing van de Molenstraat met de Raadhuisstraat gaat de route naar rechts. Het is de oude verbindingsstraat met Raamsdonksveer, maar door de aanleg van de A59 enkel voor fietsers en voetgangers onder de A59 door toegankelijk richting Raamsdonksveer

© L.A.W.V.VIA-VIA

Op deze T-splitsing stond in de 14e eeuw een standerdmolen, waar in 1624 Prins Frederik Hendrik verdedigingswerken heeft laten aanleggen en de molen als uitkijkpost gebruikt heeft. Door verkoop en vererving gaat de molen in de loop der jaren over in verschillende handen en raakt in verval. In 1904 wordt de standerdmolen vervangen door een ronde stellingmolen, gebouwd voor H. van Hoorn uit Oosterhout. Deze molen wordt in 1944 opgeblazen en is nu verdwenen. Op de Raadhuisstraat wandelen we rechtsaf de oude verbindingsstraat naar Raamsdonksveer in. Sinds de aanleg van Maasroute, de A59, is het voor het doorgaande verkeer een doodlopende weg geworden. Enkel voor fietsers en voetgangers is het mogelijk onder de Maasroute door de voormalige St. Lambertuskerk te bereiken en richting Raamsdonksveer te wandelen.

Onder de Maasroute door staan we meteen bij de St. Lambertuskerk, de oudste kerk van Raamsdonk en al vóór 1273 gesticht door de Bisschop van Luik, die tot de 14e eeuw alle rechten in handen heeft. De St. Lambertuskerk moet daarom gezien worden als één van de oudste en noordelijkst gelegen steunpunten van het in die tijd zeer uitgestrekte bisdom Luik. De geschiedenis van de Lambertuskerk gaat terug tot ongeveer het jaar 1150, maar overblijfselen van het kerkgebouw uit de vroegere periode zijn tot nu toe niet teruggevonden, met uitzondering van de voet van een natuurstenen doopvont. Op de plaats van de huidige kerk heeft een ouder gebouw gestaan, waarvan muurrestanten zijn opgegraven, die dateren uit 1275. Het betreft hier een zaalkerk van ongeveer 100 bij 25 meter zonder toren. Omstreeks 1350 krijgt het kerkje een toren en ongeveer honderd jaar later een nieuw koor en twee transepten. Vermoedelijk in het jaar 1502 wordt ook het schip vernieuwd, waarmee de St. Lambertuskerk de huidige vorm kreeg. Van 1150 tot 1610 behoort de kerk aan de Katholieken. Daarna wordt de kerk in bezit genomen door de Protestanten.

© L.A.W.V.VIA-VIA

De St. Lambertuskerk heeft door de eeuwen heen vele rampen doorstaan. De elementen hebben haar niet gespaard, maar telkens weer is ze opgebouwd. Zo brandt de kerktoren tot aan het muurwerk af van 27 op 28 juli 1716 ‘door het swaer onweder van donder en blixem en wordt er na de herbouw in 1717 een nieuwe klok in de toren gehangen met een gegoten opschrift, dat dit feit herdenkt, en tevens alle namen van het dorpsbestuur. En nog tijdens het herstel van deze schade wordt de kerk op 1 september 1717 opnieuw gedeeltelijk vernield, door storm en watervloed, waardoor de spits van de in aanbouw zijnde toren, het dak van de kerk en de vele huizen en schuren vernield worden. Een stenen sluis spoelt weg en een onherstelbaar gat wordt in de dijk geslagen met veel schade door verlies van vee en veldgewassen.

In 1778 staat de kerk opnieuw in brand en ruim een eeuw later, 24 mei 1878, valt door blikseminslag de spits brandend in het middenschip van de kerk. De kerk brandt uit en alleen de muren blijven nog staan. Het gevolg hiervan was, dat het interieur van de kerk geheel verandert. Men wil aanvankelijk zelfs een nieuwe kerk bouwen, maar bij nader inzien is het beter de oude weer op te bouwen. Tegen de toren zijn vroeger stallen gebouwd voor de kerkgangers die met hun koetsen naar de kerk komen, zodat de paarden binnen kunnen staan. De stal aan de zuidzijde is alleen voor de paarden van de Ambachtsheer van Raamsdonk. Aan het einde van WOII raakt de kerk aanzienlijk beschadigd door oorlogshandelingen en zo zijn bij de restauratie in 1953 de stallen afgebroken, zodat de mooie kerktoren nu weer vrij staat. In 2004 is de kerk volledig gerestaureerd en wordt tegenwoordig verhuurd voor allerlei activiteiten.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Als we door het monumentale hekwerk naar de St. Lambertuskerk lopen, zien we links in het grasperk het oorlogsmonument voor de Britse Lieutenant Bobby McColl, die hier op 31 oktober 1944 tijdens de hevige gevechten met de Duitsers nabij de kerk sneuvelt. Ook staan er de namen vermeld van de omgekomen Lance Çorporal G. Reboles, Trooper N.G. Oatley, Trooper T.H. Williams, Sergeant A. Foy, Private R. Duncan en Private A. Low. Op 30 en 31 oktober 1944 vechten de Geallieerden in de omgeving van de St. Lambertuskerk met de Duitsers in de “Slag om Raamsdonk” een felle strijd uit waarbij 104 soldaten sneuvelen in gevechten van man tot man en tank tegen tank. In die dagen loopt de grens van bevrijd en bezet Nederland dwars door Raamsdonk en Geertruidenberg. De Duitse Veldmaarschalk Karl Rudolf Gerd von Rundstedt (1875-1953) geeft opdracht een verovering door de vijand van de bruggen bij Geertruidenberg, Heusden en Keizersveer met inzet van alle krachten te voorkomen tegen de vanuit het zuidoosten oprukkende Britse troepen. De Duitsers van het 476e Grenadier Regiment van het 256e Volks Grenadiers Division onder bevel van Oberstleutnant Hans-Karl Von der Damerau-Dombrowski hebben zich hier teruggetrokken om een bruggenhoofd te vormen dat met mijnen, versperringen, afweergeschut, antitankwapens beveiligd wordt. Ook een aantal tanks van het type Sturmgeschütz III, Jagdpanzer 38(t) type Herzer en Mark IV-tanks hebben ze tot hun beschikking.

De Britse militairen van de 154th Infantry Brigade met het 7th Battalion Black Watch, die deel uitmaken van de 51st Highland Infantry Division, kiezen voor hun aanval op Geertruidenberg voor de route vanuit Raamsdonk door de Molenstraat, Raadhuisstraat naar de Kerklaan en worden ondersteund door vier Shermantanks, waarbij de infanteriesoldaten in Kangaroos (pantserinfanterievoertuigen) zo dicht mogelijk bij de Duitse stellingen worden gebracht. De actie wordt geleid door Lieutenant-Colonel Charles Cathcart van het 7th Battalion Black Watch. Aan de aanval gaat een artilleriebeschieting van het 297e Battery van het 126e Field Regiment op het gebied rond de kerk vooraf. De slagorde wordt bepaald door de tank van Sergeant Thompson en Lieutenant Bobby McColl, dan volgen de Kangaroos van Lieutenant lan Donaldson en daarna de tanks van Corporal Ossie Porter en Corporal Jack Ginns. Bij de kerk ziet tankcommandant Thompson de Duitsers en vuurt een granaat af. In de dikke rookontwikkeling duikt een Duitse Sturmgeschütz III tank op, die door Thompsons Sherman tank buiten gevecht wordt gesteld en de bemanning wordt gedood. Ook een tweede Duitse Sturmgeschütz III tank wordt uitgeschakeld, maar Thompsons tank komt in een sloot. Door deze aktie raken de achteropkomende Shermantanks en Kangaroos ook in de problemen en komen vast te zitten in de drassige grond. Er zijn felle man tegen man gevechten en de Britse militairen zoeken dekking in de huizen langs de Raadhuisstraat en in de kerk. Hierbij wordt Lieutenant Bobby McColl gedood. De gestrande Britse tanks schakelen nog een derde Duitse Hetzer Jagdpanzer uit in een hevig gevecht. In totaal zijn dertien gevechtsvoertuigen in deze strijd uitgeschakeld en blijven op het slagveld achter. Er is geen doorkomen meer aan.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Brigadier-General James Oliver, commandant van de 154e Infantry Brigade en Lieutenant-Colonel Douglas Forster, commandant van het 1e Northamptonshire Yeomanry, besluiten daarop een tweede groep van eenzelfde samenstelling langs een zuidelijker gelegen route de aanval op Geertruidenberg te laten overnemen. Ook wordt de 3e Troop van het B-Squadron van het 1e Northamptonshire Yeomanry van Lieutenant Margett vanuit Raamsdonk op weg gestuurd om de gestrande Britten bij de St. Lambertuskerk te gaan ontzetten. Maar zij stuiten op heftige weerstand van Duitse Infanterie en moeten tot aan het donker volhouden om dan onder dekking van de duisternis terug te trekken Ook de Britten, die in de kerk een betrekkelijk veilige schuilplaats hebben gevonden, blijven daar gedurende de nacht en kunnen pas in de ochtend naar hun onderdelen terugkeren. Als dan het strijdtoneel wordt geïnspecteerd, vertoont het een opmerkelijke aanblik: de Duitse zelfrijdende artillerie en de Britse pantservoertuigen staan in de dichtst mogelijke positie op elkaar gepakt, waarin zij hun einde gevonden hebben. Die situatie geeft een duidelijk beeld van wat er zich precies heeft afgespeeld tijdens de “Slag om Raamsdonk”.

Voorbij de St. Lambertuskerk wandelend komen we op de Kerklaan bij KNP58, waar we westwaarts de route langs KNP59 in de richting van Raamsdonksveer vervolgen. De Kerklaan vormt hier de noordelijke begrenzing van de Hooipolder, oostelijk gelegen van het gelijknamige verkeersknooppunt Hooipolder van de Maasroute A59 en de A27 van Breda naar Utrecht. Verderop passeren we aan onze rechterzijde het openluchtzwembad De Ganzewiel en onder de A27 door bereiken we bij KNP89 de bebouwing van Raamsdonksveer. We ondervinden nog weinig last van de werkzaamheden, die gestart zijn om verkeersknooppint Hooipolder om de bouwen. Bij KNP89 houden we de bocht naar links aan en volgen de Beethovenlaan tot aan de oversteek naar rechts de Mozartlaan in. De route volgend gaat in de Mozartlaanwandelen we na de oversteek van de Ambachtsherenlaan door de brede Van Wijngaardenstraat. Voorbij de bushalte de Beatrixstraat steken we over en vervolgen de route door de Emmastraat. We passeren de Protestantse Emmakerk.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Deze Emmakerk is gebouwd in 1880 naar een ontwerp van de Geertruidenbergse architect C. van Seters en heeft een eclectische vormentaal met overwegend Neo-Gotische stijlelementen. Zo ook het orgel van de Leeuwarder orgelbouwer P. van Dam (1881). Omstreeks de jaren 1970 is de kerk inwendig verbouwd door de architect P. van der Sterre uit Leiderdorp. Hierbij worden het oorspronkelijke bankenplan en het tongewelf boven het schip verwijderd. De kerk bezit cultuurhistorische waarde, die herinnert aan de ontwikkeling van het Protestantisme in het noordwesten van Noord-Brabant. Het gebouw bezit bovendien architectuurhistorische waarde vanwege de gaafheid van het exterieur en de stijl, die vermenging uitstraalt van traditionele en Neo-Gotische vormen met het bijzonder materiaalgebruik, met name de industrieel vervaardigde ramen. Sinds 2020 is de Emmakerk de centrale kerk van de Protestantse Gemeenten Geertruidenberg, Raamsdonk en Raamsdonksveer.

Met de bocht mee steken we de Wilhelminalaan over en vervolgen onze wandeling door het Poststraatje. Door het Poststraatje komen we op het Heereplein met zijn kiosk en beeld van de straatmuzikant. Dit grote plein is de plek in Raamsdonksveer waar de bevolking zich treft bij allerlei gebeurtenissen en evenementen, zoals muziekuitvoeringen in de kiosk, de kermis, toespraken door de Burgemeester op het bordes van het Gemeentehuis of de ontvangst van Sinterklaas. Opvallend is de huidige centraal gelegen kiosk. Al in 1908 schenkt de bevolking van Raamsdonksveer aan de Koninklijke harmonie 'De Eendracht' een mobiele kiosk. En in 1949 zijn plannen voor een permanente kiosk, maar het duurt nog tot 30 april 1951 alvorens die kiosk in gebruik wordt genomen. Eind 2007 start op initiatief van Stichting Veers Erfgoed een grootschalige renovatie van de kiosk, die op 29 april 2008 met hulp van plaatselijke ondernemers en organisaties feestelijk in gebruik is genomen. Naast de kiosk staat het beeld “De straatmuzikant” (1990) van kunstenaar Ruud Ringers. De marktzanger vertolkt het lied: De Moord van Raamsdonk, uitgebeeld op de voet in zes taferelen: de man en vrouw, die geld hebben, de rovers, de veldwachter en de rechter en tenslotte de ophanging van de schurken.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Vanaf dit plein komen we aan de plek van de voormalige haven van Raamsdonksveer, de in 1971 gedempte haven, die van de Donge tot aan het Heereplein liep en nu parkeerplein is. Aan die haven lagen scheepswerf, hoepelmakerij, zoutziederij en leerlooierij. Ook allerlei ambachtslieden oefenden op de oevers van de haven hun werkzaamheden uit. Grondstoffen kwamen veelal per schip naar Raamsdonksveer en ook de vervaardigde producten werden onder andere over het water getransporteerd. Binnenvaartschippers uit Raamsdonksveer gebruikten de haven veelvuldig om een bezoek aan het thuisfront te brengen. Tot de afsluiting van het Haringvliet in 1970 kent de haven eb en vloed, die voor ongemak zorgt voor de aangemeerde schepen en bij extreem hoog water de kaden laat onderlopen. Ook de woningen aan het Heereplein hebben hieronder te lijden gehad. Met schotten en zandzakken proberen de bewoners hun huizen tegen het hoge water te beschermen. Na weer een overstroming in 1965 maakt men plannen om de haven te dempen en dit wordt in 1971 gerealiseerd.

We volgen de bebouwing langs de Haven voorbij aan parkeerplaatsen en na de oversteek van de Pieter Brueghelstraat komen we na het open terrein aan de kleine jachthaven aan de Beneden Donge, die zich in het stroomgebied rondom Raamsdonk, Raamsdonksveer en het vestingstadje Geertruidenberg verbreedt en uitstroomt via het Noordergat en de Amer in de Bergsche Maas. Voor de realisatie van het Deltaplan is hier nog eb en vloed! De Donge dankt haar naam aan het samengestelde woord ‘Donk’ en ‘Aa’, wat zoveel betekent als water dat langs een donk (hoogte) stroomt. Het riviertje heeft eeuwenlang de grens gevormd tussen het Hertogdom Brabant aan de kant van het Katholieke Zuiden en het Graafschap Holland aan het Protestantse noorden. In de late Middeleeuwen zijn hier aan de Donge nog voorden, ondiepe doorwaadbare plaatsen. Al in die tijd is het riviertje de Donge van vitaal belang voor deze streek, zowel voor drinkwater, de visserij, scheepvaart en later ook voor het looien van het leer. Het is begrijpelijk, dat boeren zich hier vestigen, want er is kwelwater beschikbaar. Op de droge zandgrond kan men wonen en het veengebied in het noorden levert turf en biedt weidegronden en hooiland. Uiteraard heeft het land te lijden gehad van de Sint Elisabeth Vloed van 1421 en het moerassig gebied wordt in 1708 uiteindelijk ingepolderd.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Voor ons doemt de Wim Letschertbrug (2007) over de Donge op voor voetgangers en fietsers. De brug is vernoemd naar de op 45 jarige leefttijd overleden burgemeester van Geertruidenberg. We wandelen over de brug en komen rechtuit aan de brede Stationsweg. Als we deze zijn overgestoken gaat de route schuin naar links bij KNP9 de Brandestraat in. Zo komen we in het centrum van het vestingstadje Geertruidenberg op de Markt bij KNP90 met hier op de hoek de voormalige Joodse synagoge. Als aan het eind van de 18e eeuw zich een kleine Joodse gemeenschap in Geertruidenberg vestigt, is hun synagoge aanvankelijk in een huis ingericht, maar dit huis verkeert in slechte staat en moet worden afgebroken. Met steun van andere Joodse gemeenten en subsidies wordt in 1874 de huidige synagoge gesticht, die niet alleen gebruikt wordt door de Joodse inwoners van Geertruidenberg, maar ook door leden van het garnizoen, die Joods zijn. Het gebouw is een eenbeukige zaalkerk in baksteen met hardstenen elementen. Op de voorgevel aan de Marktzijde zien we de voorstelling van de Stenen tafelen van Mozes en de Hebreeuwse tekst die luidt: Gezegend zijt gij die binnentreedt en gij die buitentreedt. Het uitwendige van het gebouw is nog in originele staat. Weinig Joden hebben echter de Tweede Wereldoorlog overleefd en daarom wordt de Joodse gemeente in 1947 ontbonden en bij die van Breda gevoegd. Het gebouw wordt verkocht en doet een tijdlang dienst als opslagruimte en later als kantoor. In 1980 wordt het pand inwendig verbouwd en in 2002 wordt een deel van de veranderingen weer ongedaan gemaakt. Er zetelt een galerie in tot 2019 en sinds 2020 een pizzeria.

We staan nu in het centrum van Geertruidenberg op de Markt. Als Geertruidenberg in 1213 stadsrechten krijgt van de Hollandse Graaf Willem I, is Geertruidenberg de oudste stad van dat voormalige Graafschap en latere Gewest Holland. De stad ligt op een zandrug, die al gauw berg genoemd wordt, waarop volgens de overlevering de H. Gertrudis van Nijvel in 645 een cella en een kerkje zou hebben gesticht. In aktes uit de 10e eeuw wordt gesproken over Virginis Mons (Berg van de Maagd) en Mons Littoris Oeverberg). betekent. De naam Geertruidenberg stamt vermoedelijk uit de Middeleeuwen. Geertruidenberg is een belangrijk handelscentrum waar graven, edelen en de vertegenwoordigers van steden tezamen komen. Na de St. Elisabethsvloed (1421) en de verovering in 1420 door het Kabeljauwse Dordrecht raakt de stad in verval. Maar de strategische ligging aan de Zuiderwaterlinie maakt Geertruidenberg als militaire verdedigingslinie ook tot een gewild bezit voor elkaar bevechtende mogendheden. Zo krijgen de Spanjaarden tijdens de 80-jarige Oorlog de stad in 1589 in handen door deze te kopen van de Engelsen, die aan de zijde van de jonge Republiek vechten. Vier jaar later herovert Prins Maurits de stad weer tijdens het Beleg van Geertruidenberg. In de 2e helft van de 18e eeuw wordt Geertruidenberg een garnizoensstad, die aan het einde 18e eeuw wordt ingenomen door de Fransen. Als na de Vrede van Wenen in 1815 het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden ontstaat, wordt Geertruidenberg onderdeel van de provincie Noord-Brabant. De vestingomwalling wordt gesloopt, maar in 1833 wordt de stad opnieuw versterkt, vanwege de Belgische Opstand. In 1911 gebeurt de ontmanteling van de vesting, een deel is bewaard gebleven en in 1957 gerestaureerd.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Op de markt gaan we eerst op zoek naar een plekje voor een kopje koffie. Niet alle horeca is al open en zo strijken we neer op het terras van Tapperij Huis ten Bos aan de noordzijde van de Markt. Na dit pauzemoment wandelen we terug richting de Vismarktstraat langs een aantal historische panden tot we bij Cultureel Centrum De Schattelijn staan. Omstreeks 1786 is hier door Thomas Schattelijn een nieuw woonhuis in Lodewijk XVI stijl gebouwd op de plaats waar de voormalige brouwerijen De Bel, Den Ancker en De Posthoorn hebben gestaan. In 1809 logeert Koning Lodewijk Napoleon hier als gast van de stad en in 1833 koopt het Departement van Oorlog het complex, dat kazerne en militair hospitaal wordt. Na 1920 kent het gebouw diverse bestemmingen, maar het pand raakt in de loop der jaren in verval totdat in de jaren 80 van de 20ste eeuw de Gemeente Geertruidenberg het gebouw koopt. Slechts de brouwerij De Bel is bewaard gebleven en De posthoorn is in 1934 door brand verwoest. Na restauratie krijgt het pand in 1989 een culturele bestemming. Onder het gebouw bevinden zich enorme kelders, waar tijdens WOII zo'n duizend mensen een schuilplaats zochten voor het oorlogsgeweld als vanaf 31 oktober 1944 tot 5 mei 1945 Geertruidenberg frontstad is.

We wandelen de Vismarktstraat in tot we bij de oude Vismarkt met pomp komen. Deze is in 1772 gebouwd naar ontwerp van Philips Willem Schonck (1735-1807) en in hardsteen uitgevoerd door steenhouwer Guilliam Carrier, De vierkanten hal wordt gevormd door twaalf hardstenen zuilen, die verbonden zijn door hardstenen korfbogen, waarboven baksteenmetselwerk en een mansardedak met leien en bekroond door een koepeltje met klok en een windwaan met de afbeelding van een zalm. De visserij is eeuwenlang een belangrijke inkomstenbron voor Geertruidenberg geweest. De bloeitijd ligt tussen 1421 en 1800. Er wordt zalm, steur en elft gevangen, die tot ver over de grenzen wordt uitgevoerd. Langs de straten wordt vanuit manden en kramen de levende vis verkocht.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Hier op het punt waar de Vismarktstraat overgaat in de Havendijkstraat gaat de route linksaf de Dordtsestraat in. Na het kruispunt wandelen we rechtdoor over het W. Muldersplein en volgen het voetpad naar de Statenlaan, die we naar links volgen tot op het punt, waar de groengele markering van het wandelroutenetwerk linksaf gaat. Op de oever langs het water van het Statenbolwerk aan de noordzijde van Geertruidenberg gaat onze route naar KNP16 bij het bruggetje. We blijven hier het oeverpad richting KNP13 volgen. Met de bocht naar links wandelen we op het Commandeursbolwerk aan de westzijde van de voormalige vestingwerken. We komen op de Stadsweg bij KNP13 en gaan linksaf tot aan de Zuil van Geschiedenis en de Zuil van de Toekomst, gemaakt ter gelegenheid van 800 jaar stadsrechten Geertruidenberg. Bij deze markante zuil gaat de route bij KNP70 rechtsaf over de ravelijn van het Commandeursbolwerk, dat midden in het water ligt. Aan de zuidkant komen we via het bruggetje langs KNP11 op de Centraleweg. We passeren het opmerkelijk Kunstwerk Stadspoort (1997) van Ton Buijnsters op de plek waar ooit aan het einde van de Koestraat een van de oude stadspoorten van Geertruidenberg gestaan heeft.

Dit Kunstwerk Stadspoort is geen traditionele, historisch verantwoorde stadspoort, maar een staaltje van 20e eeuws technisch vakmanschap, vervaardigd uit betonnen met graniet beklede zuilen en een hekwerk als stalen poort met dubbele bronzen handgrepen. De spijlen van het hekwerk symboliseren de samenleving en het bestuur, dat in de loop der eeuwen steeds complexer geworden is. Het jaartal 1213 in de linkerzuil herinnert aan het jaar waarin Geertruidenberg stadsrechten krijgt en op de rechterzuil staat het teken voor oneindigheid. De Koepoort is in zijn oorspronkelijke vorm rond 1321 gebouwd en meer dan 300 jaar moeten bezoekers hier aan de poort kloppen om toegang te krijgen tot de vestingstad Geertruidenberg. Ergens tussen 1573 en 1639 moet de stenen Koepoort zijn gesloopt.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Bij de rotonde aangekomen kiezen we voor de richting naar Breda - Raamsdonksveer en wandelen naar de Koedambrug over de Beneden Donge. Bij KNP10 steken we de drukke weg over en nemen we het grasbaantje naar rechts langs het Noordergat, zoals dit deel van de Beneden Donge heet. Over het dijkje komen we eerst langs Polder Gasthuisweide en daarna met een ruime bocht tegen de klok in langs de Karthuizerpolder. Hier vinden we nog bestaande Middeleeuwse waterkerende dijken of kaden waarover verkeer gedeeltelijk nog steeds mogelijk is. Aangekomen op het punt waar Noordergat en Donge samenvloeien met de Amertak en het Wilhelminakanaal hebben we naar het oosten zicht op het landschap met de statige bomenrij aan de doodlopende Kloosterweg in de Karthuizerpolder. Hier heeft ooit van 1336-1573 het eerste kartuizerklooster in het Graafschap Holland gestaan. Stichter is Willem van Duivenvoorde, Heer van Oosterhout, Heer van Breda, Burggraaf van Geertruidenberg en vertrouweling van de Graaf van Holland. Een twintigtal kartuizers heeft hier min of meer als kluizenaars op een afgesloten domein gewoond. Als in 1566 in Holland op een aantal plaatsen de Beeldenstorm plaats vindt, gaat deze aan Geertruidenberg voorbij, hoewel in de jaren daarna rondtrekkende Geuzen voor onrust zorgen. Op 31 augustus 1573 wordt Geertruidenberg ingenomen door Willem van Oranje, de monniken vluchten en het klooster wordt geplunderd en in brand gestoken. Op de plaats van het klooster werd een fort opgericht. Van het klooster is zelfs geen ruïne meer overgebleven.

Met deze Karthuizerpolder is nog een opmerkelijke gebeurtenis verbonden. Hier stort op 19 augustus 1943 om 18.20 uur de Amerikaanse bommenwerper B 17F 42-3192 'G-for-George' van het 359th Bomber Squadron, 303rd Bomber Group neer. De bemanning bestaat uit Pilot Captain James Seth Nix, Co-Pilot Second Lieutenant Daniel A. Shebeck, Navigator Second Lieutenant Dwight M. Curo, Bombardier First Lieutenant Robert K. Solverson, Crewmember First Lieutenant Louis T. Moffatt, Flight Engineer Technical Sergeant Frank G. Krajacic, Wireless Operator Technical Sergeant. Curtis O. Brooke, Ball Turret Gunner. Staff Sergeant Frank K. Perez, Right Gunner Staff Sergeant Joseph Gross, Left Gunner Staff Sergeant George W. Buck en Tail Gunner Staff Sergeant Fred C. Boyd. Het toestel is op die dag opgestegen voor Combat Mission 61 vanaf het vliegveld Molesworth, de thuisbasis van het 359th Bomber Squadron in Engeland, om het door de Duitsers in gebruik genomen vliegveld Gilze-Rijen te bombarderen. Bij de eerste aanval kan de bemanning van B-17F 42-3192 'G-for-George' het doel niet vinden door grondnevel en reflectie van het zonlicht. Er wordt een tweede aanval ingezet, maar de B-17F 42-3192 'G-for-George' wordt nu door het jachtvliegtuig van Oberleutnant Georg Schott van de 1./NJG 1 neergeschoten, die met zijn Focke Wulf 190 A-6 opgestegen is van vliegveld Deelen. Het toestel crasht tussen Oosterhout en Raamsdonkveer in de Karthuizerpolder. Het wrak van de B-17F 42-3192 'G-for-George' wordt hier in 1983 gelokaliseerd. Bij deze crash vinden First Lieutenant James S. Nix, Second Lieutenant Daniel A. Shebeck, Technical Sergeant Frank G. Krajacic en First Lieutenant James S. Nix en Robert K. Solverson de dood. De eerste drie worden begraven op het Amerikaanse oorlogskerkhof in Margraten. De bemanningsleden, die de crash overleven, worden krijgsgevangen gemaakt.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Op het dijkje aan de oever van de Donge bereiken we KNP45. Hier komen we bij een monument van zandzakken. Het zijn 18 zandzakken in beton, in drie lagen gestapeld tot een zitbankje en geplaatst op een vierkant van bielzen. Het geheel is voorzien van een plaquette met de tekst: “Hoogheemraadschap van West-Brabant - Oktober 1994. De laatste zandzakken van de oostelijke Dongedijk - H v E”. Tot 1993-1994 is het poldergebied hier gevoelig voor hoogwater en moeten het Hoogheemraadschap en de brandweer regelmatig uitrukken voor dijkbewaking of versteviging met zandzakken. Het Hoogheemraadschap verhoogt en verbreedt in 1993-1994 de oostelijke Dongedijken en werknemer Hans van Eersel van het Hoogheemraadschap komt met de idee om de door het werk overbodig geworden laatste zandzakken een plaats te geven bij de dijk tussen de Kloosterweg en het viaduct van de A59. Hier is het fietspad van de Vrachel- en Dongeroute, dat verderop onder de Maasroute doorgaat.

Onder het viaduct van de Maasroute door bereiken we KNP44 waar de Donge is afgedamd. Wij wandelen hier naar links de oude loop van de Donge volgend in oostelijke richting. Aangekomen bij KNP43 gaat oude loop van de Donge rechtuit. Hier besluiten we rechtuit langs de oever van de grote waterplas te blijven wandelen, nog niet wetend dat de originele route van het wandelroutenetwerk door de werkzaamheden, die gestart zijn om verkeersknooppint Hooipolder om de bouwen, de rondgang bemoeilijken! Deze grote zandafgraving ten zuiden van Raamsdonksveer staat bekend als NIONplas en ligt in de schaduw van de watertoren vlak langs de A59. Door de goede bereikbaarheid wordt deze plek dan ook door veel duikers bezocht, omdat het zicht meestal redelijk tot goed is en je geen halsbrekende toeren hoeft uit te halen om in het water te lopen. Het pad voert ons rond deze waterplas tot we aan de Oosterhoutseweg komen. Hier steken we bij de uitrit van de A59 de drukke weg over en houden bij KNP39 richting Raamsdonk aan.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Over Het Gat en onder de A27 door komen we aan de zuidzijde van de Hooipolder en volgen het laatste traject van de dagwandeling door de Lange Broekstraat. Op de kruising met de Korte Broekstraat zien we enkele boerderijen uit de 18de en 19de eeuw, die van het Langstraatse type zijn. Kenmerkend is hier de langgerekte bouw en het rieten wolfdak met de vier schuine vlakken. De achterkant van deze boerderijen ligt aan de straatkant. Aan de voorzijde ligt oorspronkelijk een voetpad. Verderop passeren we Landgoed Het Broeck met de Villa Carpe Diem. Dit pand is in 1887 gebouwd door de eigenaar van de toentertijd ook aan deze straat gelegen brouwerij De Wereld. Het pand is een mooi voorbeeld van een luxueuze fabrikantenvilla behorend bij een lokale bierbrouwerij. Het woonhuis is gebouwd in de zogenaamde eclectische stijl. Typerend daarvoor is dat er onderdelen zijn toegepast die aan vroegere bouwstijlen zijn ontleend. Binnen de poort is het rijtuigmuseum De koetserij gevestigd. In het atelier worden authentieke rijtuigen in originele staat gerestaureerd en worden rijtuigen uit de periode 1865–1910 tentoongesteld. Het museum is ook de trotse bezitter van een Pels-Standaart orgel, en er is beeldentuin met kunst paviljoen. Onze route vervolgend komen we in de Kerkstraat en bereiken op het Kerkplein bij de R.K. St. Bavokerk het eindpunt van onze dagwandeling. Hier op het eindpunt is het de bedoeling om nog neer te strijken voor een gezellige nazit bij De Zeven Zusters. Maar er is geen gelegenheid om nog iets te drinken. Er is enkel plaats voor een gereserveerd gezelschap! Dus we moeten afscheid nemen en gaan op weg naar huis! We spreken af elkaar weer te treffen in november.

Charles Aerssens
30 okt0ber 2024



Lange Afstand Wandelvereniging "VIA-VIA".

Gegenereerd op 30-10-2024 door C.P.J. Aerssens