© L.A.W.V.VIA-VIA

Na de laatste wandeling in september hebben we voor 20 oktober de nieuwe wandeldag in de agenda gezet. Het is de bedoeling op die dag de laatste wandeling voor de bij Uitgeverij Elmar te publiceren wandelgids ‘De mooiste netwerkwandelingen – Baronie van Breda’ na te lopen. Als Charles een mail rondstuurt om te inventariseren wie mee op pad gaat, zijn de reacties positief! Hans, Harrie, Theo, Lauran en Jasper zullen mee wandelen. Wil moet op het allerlaatste moment afhaken. Jammer! We kunnen weer met de vaste mannen van L.A.W.V.”Via-Via” op pad gaan, zeker nadat we een aantal maanden met slechts een klein groepje zijn gaan wandelen.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Theo en Charles hebben voor deze speciale wandeldag in het Mastbos een route van 15 kilometer uitgezet. Die wandeling zal voor een groot gedeelte door een minder druk bezocht bosgebied voeren van het uitgestrekte Mastbos aan de zuidkant van Breda. Dit Mastbos is namelijk, met name aan de noordkant dicht tegen de bebouwing van Breda, een druk wandelgebied voor een snel ommetje of om er groepsgewijs te joggen. Onze route wil de rust laten ervaren van de lange indrukwekkende lanen, de dreven met eeuwenoude bomen en mooie doorkijkjes. Maar ook het brede rivierdal van de Mark ontbreekt niet in de route

© L.A.W.V.VIA-VIA

Als het dan 20 oktober is, wordt afgesproken elkaar om 9.15 uur te treffen op het startpunt Horeca De Boschwachter aan de Huisdreef 4 in Breda. De weersvooruitzichten op deze woensdag zijn slecht! Er wordt veel regen gemeld en als wandeldag krijgt die dag een povere 5. Bij vertrek naar Breda naar het startpunt is het nog droog maar onderweg vallen de eerste druppels. Aangekomen op de parkeerplaats bij De Boschwachter valt er nog wat miezerregen, niet genoeg om de paraplu te pakken. Maar wat schetst onze verbazing! Bijna alle parkeerplaatsen zijn op dit tijdstip al bezet en het wemelt er van groepjes joggers en fitnessclubjes. Het zijn vooral dames. Ook Harrie, die vandaag een thuiswedstrijd heeft, kijkt zijn ogen uit. Dit is hij niet gewend en zeker niet bij deze weersomstandigheden. Theo en Lauran moeten de auto in de berm parkeren, want ook de even verderop gelegen parkeerplaats is al vol.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Het vertrekpunt van onze “Koninklijke boswandeling” door het Mastbos is KNP77 aan de Bouvignedreef. Het is immers Graaf Hendrik III van Nassau-Breda die dit bos vanaf 1515 heeft laten aanleggen met zaaigoed van de grove den uit het Duitse Neurenberg als een van de alleroudste naaldbossen en cultuurbos van Nederland. Voor die tijd was dit gebied een heideveld met kleinere eikenbossen. Het Mastbos heeft in de loop der eeuwen hout geleverd voor de bouw van het Kasteel van Breda, de Spaanse vloot en het leverde masten voor de VOC schepen. Vanaf 1621 wordt het Mastbos in kaart gebracht en planmatiger beheerd met brede bomenlanen, wallen en sloten. De uitgestrekte bossen waren ook het jachtgebied van de Heren van Breda. Onder Koning-Stadhouder Willem III van Oranje worden in de periode 1686-1695 de bossen en dreven rond Breda verder uitgebreid en onderling verbonden door lange dreven. Tot 1899 is het Mastbos in bezit van ons koningshuis. In dat jaar gaat het Domeinbos over naar Staatsbosbeheer. Houtvester Adriaan van Schermbeek (1855–1915) zorgt direct voor een meer natuurgetrouwe en duurzame bosbouw met minder monoculturen, gevarieerde boomsoorten en een aangepast kapbeheer.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Vanaf KNP77 wandelen we richting KNP88, waar we rechtsaf de brede statige Torendreef inslaan. Deze lopen we helemaal uit tot op de kruising van de Burgemeester De Manlaan en de Overaseweg. Hier steken we recht over en nemen naast KNP76 het onverharde voetpad langs de sportvelden van Atletiekvereniging Sprint, de grootste atletiekvereniging van Nederland. We komen nu aan de Houtbrug, gelegen over de Aa of Weerijs. Op deze plek heeft waarschijnlijk tussen 1300 en 1422 een watermolen gestaan en in latere tijden is het gekapte hout uit het Mastbos hier verscheept. Over de brug komen we aan KNP50 en steken er de straat over. We volgen het jaagpad op de oever van de Aa of Weerijs stroomopwaarts tot we door het bosje bij KNP61 uitkomen. Het bospad leidt ons verder naar de Doctor Batenburglaan. Waar het asfalt naar rechts afbuigt, slaan we linksaf en komen in het gebied De Trippelberg. De route gaat voorbij aan de statige en monumentale Prinsenhoeve.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Ter hoogte van deze Prinsenhoeve stond in de Middeleeuwen de Burcht "Ten Houte”, die waarschijnlijk na 1286 is ontstaan en in 1457 over gegaan is in de handen van de Heren van Breda, Huis Oranje Nassau. Bij archeologisch onderzoek zijn fundamenten, aardewerk en omgrachting van deze burcht blootgelegd, maar ook verdedigingslinies uit de 80-jarige oorlog van zowel de Spanjaarden als de Nederlanders. De huidige bouw van de Prinsenhoeve stamt uit 1820 met als laatste eigenaar Prins Frederik van Nassau, die dit landgoed in 1816 in vruchtgebruik krijgt van Koning Willem I. Als hij in 1881 zonder mannelijke nakomelingen overlijdt, komt de boerderij onder het beheer van de Dienst der Domeinen. Aan de hoeve zijn de stallen gekoppeld en op het erf bevinden zich nog drie schuren en een bakhuis. Rondom de boerderij met zijn grote historische, natuur- en landschapwaarden ligt 33 hectare graslandschap, die aansluit op het zuidelijk gelegen natuurgebied de Trippelenberg.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Naar rechts wandelen we langs de Prinsenhoeve en het bakhuis door een mooi open gebied met statige lanen en mooie zandpaden langs KNP89 richtingKNP97. Zo komen we in het natuurgebied De Trippelenberg. De route gaat over het bospad tussen de varens door tot we op een brede zandweg uitkomen bij KNP97. We laten het bos achter ons en komen in open terrein. We volgen het Overasepad naar links met aan de rechterzijde zicht op de A16 en het daaraan parallel verlopende spoortraject van de HSL. De zandweg gaat over in een geasfalteerd fietspad, het Effensepad. Als we de Aa of Weerijs zijn overgestoken, blijven we na KNP40 het asfalt volgen en komen verderop met de bocht langs het talud van de Effenseweg in het kleine buurtschap Overa. Het gehucht Overa dankt zijn naam aan de ligging ‘Over’ de ’Aa’. Aan het aantal boerderijen langs de lintbebouwing is het oorspronkelijk agrarische karakter van het buurtschap nog duidelijk zichtbaar. Aangekomen bij KNP39 slaan we linksaf en volgen we de Overaseweg. We passeren het domein ‘Grand Maupertuis’, grenzend aan het Mastbos. Waar de Overaseweg naar links afbuigt, gaat onze route rechtuit door het klaphekje en komen we opnieuw in het Mastbos tot we bij KNP29 staan. Hier slaan we rechtsaf en wandelen door de lange Goordreef naar KNP41.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Deze Goordreef maakt onderdeel uit van het ‘Vierkant van Prins Maurits van Oranje’. Als Heer van Breda en eigenaar van het bos geeft hij in 1621 de landmeters Jacobs Lips en Jan Pieterszoon Dou opdracht een kaart maken van het gebied tussen de vesting Breda en het dorpje Galder. Die kaart was bedoeld om alle percelen te inventariseren. De landmeters beschrijven ook hoe dit vierkant, met vier zijden van elk ongeveer 1.300 meter, er uit zou moeten zien. Het moesten brede lanen of wallen worden, geflankeerd door bomen en sloten. Het vierkant wordt gevormd door de Goordreef aan de westzijde, in het zuiden door de Oude Postbaan en de Stouwdreef en Mastenlaan aan de oostkant. Die wallen, lanen en dreven bestaan nog steeds en zijn nog aanwezig en zichtbaar in het landschap. De Goordreef was gericht op de kerktoren van Princenhage.

© L.A.W.V.VIA-VIA

We negeren alle zijpaden! Toch is een van deze zijpaden het vermelden waard. Na ongeveer 500 meter komt aan de linkerzijde een laantje uit op de Goordreef. Het is de Frederiksdreef, een van de weinige dreven in de bossen rond Breda die rechtstreeks vernoemd is naar een lid van de Oranje-Nassau dynastie. Deze dreef, die al op een kaart van het Mastbos van landmeter Vereijck uit 1709 staat, heeft dan nog geen naam. Pas op het minuutplan van het kadaster van Ginneken van 1827 staat de Frederiksdreef en is beplant met 507 dennen van 21 tot 30 jaar oud. De Frederiksdreef zou dus beplant zijn rond 1815. En dat betekent dat we 1815 moeten aanhouden als het jaar waarin de dreef grotendeels is aangelegd en waarschijnlijk ook die naam heeft gekregen.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Aan het einde van de Goordreef komen we bij KNP41 op een veelsprong van bospaden. Hier komen de Goordreef, het Eeuwig Laantje, de Oude Postbaan en een klein bospad bij elkaar. Het is even opletten om er de juiste route te kiezen naar KNP62. Dit betekent dat we nog een paar honderd meter over het Eeuwig Laantje van de Oude Postbaan tot aan Huis Den Deijl, pas aangelegd in de Tweede Wereldoorlog. Aangekomen bij KNP62 staan we bij het Huis Den Deijl. Deze horecagelegenheid is op dit moment gesloten! We wandelen bij KNP62 naar links tot we bij KNP50 staan. De route gaat linksaf en een infopaneel geeft aan dat we op de Galdersche Heide komen. Dit natuurgebied aan de zuidkant van het Mastbos bestaat uit heide, die deels is beplant met grove den. Het gebied staat nog steeds voor een groot deel te boek als militair oefenterrein waar Defensie incidenteel oefent, ook al is het openbaar wandelgebied. De rest is eigendom van Staatsbosbeheer. Een landbouwenclave in het gebied is teruggegeven aan de natuur, waarbij de voedselrijke toplaag is afgeplagd en het grondwaterpeil is verhoogd, waardoor weer een ven ontstaan is. Door het rulle zand wandelen we tot voorbij een karakteristieke grove den en volgen de groengele markering van het wandelroutenetwerk naar links. We zijn nu op de Galdersedreef. Voorbij KNP10 ligt achter een zanddijkje een groot ven. De markering van de Galdersedreef zou ons hier naar rechts moeten leiden, maar een duidelijke markering ontbreekt! Voor Charles geen probleem en dus werd er een markering aangebracht op een bermpaal. Gelukkig blijkt dat een tiental meter verder ook nog groengele verfstrepen op een boom zijn aangebracht.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Op de oever van het ven wandelen we verder op de Galdersedreef tot op het kruispunt van bospaden. Hier staat rechtsaf de verwijzing van het vlonderpad. Jammer dat dit markante punt niet in het wandelroutenetwerk is opgenomen! Onze route gaat naar links over de Schapendreef. Bij KNP8 steken we de Oude Postbaan over en vervolgen nu de onze wandeling via de Mastenlaan naar KNP6 bij het Turfven. De route gaat nu rechtsaf langs het aarden wal die in 1899 aan de zuidkant van het voormalige militaire oefenterrein is opgeworpen om de kogels van de oefenende militairen tegen te houden. Het draagt de toepasselijke naam “De Kogelvanger” draagt en behoort tot het niet toegankelijk natuurgebied in het Mastbos, dat officieel De Schietbaan heet. Vanaf 1978 wordt de Schietbaan niet meer gebruikt en sinds 2000 is het 41 hectare grote gebied eigendom van Staatsbosbeheer. De vennetjes op de Schietbaan zijn een ideaal biotoop voor amfibieën als alpenwatersalamander, vinpootsalamander en heikikker. Op en rond de poelen broeden veel water- en moerasvogels, zoals wintertalingen, kuifeenden, dodaarzen en heel af en toe een waterral. Ransuil, boomvalk, sperwer, groene specht, goudvink, gekraagde roodstaart en boompieper vinden het ook een aantrekkelijk broedgebied.
© L.A.W.V.VIA-VIA

Vanaf KNP6 gaat de route rechtsaf We wandelen nu langs de aarden wal van de Kogelvanger. In de gracht links worden sinds jaar en dag boomstammen gewaterd, waardoor het hout goed geconserveerd wordt. Opvallende waterplant is duizendknoopfonteinkruid, maar ook roodwangschildpadden zijn er te zien en natuurlijk is er kans op een ijsvogel. Naar rechts hebben we zicht op het Turfven. Zo bereiken we aan het eind van dit pad de drukke Galderseweg. Op de hoek aan de Galderse weg staat het oorlogsmonument met plaquette die verwijst naar het drama op de Vloeiweide. Het herinnert aan de fusillade door de Duitse bezetter in september en oktober 1944 van 11 verzetsstrijders. Op 10 september sterven 3 verzetsstrijders door het Duitse vuurpeloton hier op de schietbaan. En op donderdagmorgen 5 oktober 1944 worden 8 verzetsstrijders op de Kogelvanger door een Duits vuurpeloton onder bevel van Duitse Oberleutnant Adolf Balhüff geëxecuteerd . Zij maakten deel uit van de Radiopost op de Vloeiweide bij Rijsbergen en een Bewakingsgroep van de Ordedienst. Een gevangene ontspringt de executie, omdat hij niet tot de groep behoort van de radiopost op de Vloeiweide. Maar hij moet toezien bij de terechtstelling en wordt dan afgevoerd naar de Chassékazerne in Breda. Hij komt in de cel te zitten samen met Lodewijk de Coster, de Belgische verrader van het drama op de Vloeiweide en op 9 oktober 1944 wordt hij vrij gelaten. De stoffelijk resten van de omgekomen verzetsstrijders worden een aantal jaren na de oorlog herbegraven op het Nationaal Ereveld Loenen.
© L.A.W.V.VIA-VIA

Op de Galderseweg wijst de routemarkering ons naar links. Langs de bushalte en het infopaneel van het Mastbos bereiken we Café-Restaurant “De Kogelvanger”. In de route is dit voor ons het juiste moment voor de middagpauze. Om de coronamaatregels met betrekking tot een controle van de QR-code te ontlopen kiezen we een plaatsje op het terras. Voor ons hoeft de terrasverwarming niet aan. De koffie en het worstenbroodje laten we ons smaken! We strekken de benen om na drie kwartier weer op pad te gaan. Langs de parkeerplaats wandelen we oostwaarts over Reeptiend. Naar rechts hebben we zicht op het natuurgebied de Blauwe Kamer, eigendom van Brabants Landschap, maar voor 1980 deel uitmaakt van het Landgoed De Blauwe Kamer. Het landgoed is vernoemd naar het voormalig buitenhuis De Blauwe Kamer, een klein stenen huis met blauw leien dak, dat op een omgracht perceel aan het riviertje de Mark heeft gelegen. Het staat al op een kaart uit 1621. Aangenomen wordt dat het tijdens de Tachtigjarige Oorlog is verwoest. Vlakbij die plek ligt nu de hoeve met de naam “Blauwe Kamer”, wat hoger dan de weiden, die aan de Mark grenzen. Zo blijft deze plek bij hoog water droog. Het gebied is tegelijk met het Mastbos aangelegd in het begin van de 16e eeuw. En de indeling van het landgoed is al sinds ongeveer 1850 niet veranderd. Brabants Landschap beheert het natuurgebied met zorg voor het “blauwgrasland”, hooiland waarin gras met een blauwachtige aarpluim groeit. Op het Landgoed Blauwe Kamer laat eigenaresse weduwe Anna Tydeman aan het begin van de twintigste eeuw een Engels landhuis bouwen, dat groot genoeg is om niet alleen haarzelf, maar ook haar twee zoons en hun gezinnen te huisvesten. Voor de omvangrijke huisstaf wordt een aparte woning gebouwd. Na haar overlijden Anna verkoopt haar kleindochter in 1963 alles aan het toenmalige stichting Samivoz (nu Visio), een instelling voor visueel-verstandelijk gehandicapte mensen. Het natuurgebied wordt in 1980 verkocht aan Brabants Landschap, die wel zelf eigenaar gebleven is van het land.
© L.A.W.V.VIA-VIA

Bij KNP87 gaat de verharding over in een fietspad. We komen nu aan het Landgoed Nieuwenhuis. Al in 1425 stond op deze plek de hoeve Nuwenhuys, die viel onder het bezit van de Abdij van Thorn. De gronden behoren zo tot de oudst ontgonnen plekken in het Markdal. Dat het een aanzienlijke hoeve was, blijkt uit een vermelding van voor 1516 van een vroege steenbouw. Belastingen moest worden afgedragen aan de Abdij van Thorn en de Heren van Breda. In 1786 wordt Nieuwenhuis een zelfstandige boerderij en blijft tot 1928 gewoon een vrij groot boerenbedrijf. Op het erf stonden het woonstalhuis, een grote schuur, een extra stal, een schaapskooi en een bakhuisje. De hoeve had een eigen losplaats aan de Mark. Deze gebouwen dateren vermoedelijk uit 1850 en zijn gebouwd met de resten van een eerdere bebouwing uit 1567. Als het complex In 1972 wordt verkocht, resteren alleen nog het woonstalhuis en het bakhuis. De boerderijgebouwen raken in verval en de Vlaamse Schuur brandt af. Nu is de eeuwenoude boerderij gerestaureerd. Er is een Bed and Breakfast en de nieuw gebouwde Vlaamse schuur is een plek voor dagbesteding, bedoeld voor volwassenen met een beperking.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Na het Landgoed Nieuwenhuis bereiken we bij KNP7 het Kippenbruggetje over de Mark. Vanaf de arduinen poëziebank heb je een prachtig uitzicht over de Mark en het Markdal in de richting van Ulvenhout! Door het Klaphekje volgen we het onverharde pad op de oever van de Mark in de richting van KNP18. Nog duidelijk zichtbaar is de overlast van het hoogwater in de Mark na de overvloedige regenval in de voorgaande weken. Op sommige plekken is het nog modderig en zompig. We komen nu bij KNP18 aan de stuw Bieberg met een vispassage in de Mark en de bescherming van de oude beekmeander. Links zien we de domeinhoeve nabij Kasteel Bouvigne waar eens Kaat van Haperen gewoond heeft met twee ongehuwde broers en een zuster, personeel en pluimvee. Zij is ongetwijfeld de meest bekende boerin van Ginneken en omstreken geweest. De boerderij is op 29 oktober 1944 afgebrand en later opnieuw opgebouwd. Bij de stuw wandelen we naar rechtuit langs de Mark voorbij aan een bankje en infopaneel. We houden het voetpad aan dat het meest rechts verloopt tot we aan KNP60 staan.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Als we over de Mark in oostelijke richting naar Ulvenhout kijken, hebben we zicht op mooie tuinen en monumentale villa’s, die direct aan het Markdal liggen. Direct in het oog springt Villa Valkrust, een fraai 18e eeuws landhuis. Oorspronkelijk heet het landhuis "De Grote Wijngaard", maar wordt "Valkrust" als Mr. Cornelis Valk van Aalst in 1772 het landhuis koopt en het naar zichzelf noemt. In de loop der tijd heeft het landhuis verschillende eigenaren tot het vanaf 1856 in bezit komt van de Bredase Familie De Grez-Mahie. Villa Valkrust heeft nu een andere bestemming, maar met de charitatieve Stichting Erfgoed De Grez-Mahie en De-Grez-Mahie-kamer in het Bredase stadhuis, ingericht met voorwerpen van de familie, leeft de herinnering aan de gefortuneerde Familie De Grez-Mahie voort.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Bij KNP60 net voor de witte gebogen brug over de Mark ligt de poosplaats waar Jasper Mikkers het gedicht voor schreef. Over deze dichtsteen heen kijkend zie je aan de overzijde van de Mark de Villa Valkrust liggen. Zijn gedicht ‘Slechtvalk’ verwijst naar de valk en valkenjacht, die onlosmakelijk met de adel zijn verbonden. In dit landelijk gebied is de valk ook heden ten dage waar te nemen, jagend op klein wild, biddend boven het Markdal. De in de zwerfkei gebeitelde dichtregels zijn een citaat uit de cyclus die Jasper aan de valk heeft gewijd. Wij zijn blij dat Jasper voor zijn trouwe wandelvrienden van L.A.W.V.”Via-Via”, op deze dag en op deze, ook voor hem, memorabele plek zijn gedicht “Slechtvalk - vliegen is dineren met de goden - de angst voor het onzekere - en onbegrensde overwonnen - waait ze met onbekende stromen mee” kan voordragen en kan toelichten! Het is een bijzonder moment voor ons allemaal als zijn wandelvrienden op deze wandeling!

© L.A.W.V.VIA-VIA

Van KNP60 gaat onze route richting KNP17. Het voert ons op een dijkje langs de Bredase natuurijsbaan IJsvermaak, schilderachtig gelegen in de schaduw van Kasteel Bouvigne, ingesloten door de Mark en het Mastbos. Deze natuurijsbaan stamt uit 1907, als Mr. Pels Rijcken contact opneemt met de dienst der Staatsdomeinen over een terrein tussen de Duivelsbruglaan en Kasteel Bouvigne om hier een nieuwe ijsbaan aan te leggen. Er moeten wel enige aanpassingen aan het terrein plaatsvinden, zoals aanleg van dijken en egaliseren of vlak maken van de grond. De kosten daarvan worden geraamd op tweeduizend gulden. Voor de bemaling en de verlichting worden daarnaast een elektromotor en verlichtingsmateriaal aangeschaft bij de Nieuwe Elektriciteit en Waterleiding Maatschappij te Ginneken, die ook voor de installatie ter plaatse zou zorgen. De oppervlakte en vorm van het terrein, dat in 1907 van de Staatsdomeinen wordt gepacht is tot in onze tijd grotendeels hetzelfde gebleven.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Zo komen we op de Galderseweg. Naar links staan we dan bij Landgoed Bouvigne, nu eigendom van Waterschap Brabantse Delta, met het historisch erfgoed van Breda: Kasteel Bouvigne. Eén van de bekendste schilderijen is “Le Siège de Breda” over het beleg en de overgave van Breda aan Spinola, een ets van de Franse tekenaar Jacques Callot in 1628. De eerste vermelding van Kasteel Bouvigne in een officiële akte dateert van 1554. Door allerlei verbouwingen, waaronder het verhogen van de toren met een tweede verdieping, krijgt het kasteel in de periode van 1611 tot 1614 zijn huidige vorm en komt dan in handen van de Prinsen van Oranje. Zij hebben nooit veel belangstelling voor Bouvigne gehad, ze laten er hun rentmeesters wonen. Deze rentmeesters onderhouden het kasteel slecht, want in 1774 is het zo vervallen dat er opdracht gegeven wordt om het 'Casteel van Boeverijen', de oorspronkelijke naam van dit kasteel, te slopen. De plaatselijke bevolking weet dit te verhinderen en het wordt opgeknapt. Toch doet Prins Willem V het kasteel in 1775 van de hand. Gedurende de volgende anderhalve eeuw wisselt de Kasteel Bouvigne vaak van eigenaar. In 1971 verkoopt de Gemeente Breda, die na een grenswijziging in 1942 eigenaar is geworden, het landgoed aan het voormalige Hoogheemraadschap van West-Brabant, dat in 2004 is opgaat in Waterschap Brabantse Delta. De restauratie van het kasteel is in 1977 voltooid. De kasteeltuinen zijn aangelegd naar een Frans, een Engels en een Duits tuinmodel. De beelden in de tuinen van landgoed Bouvigne maken het tot een fraai geheel.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Bij Kasteel Bouvigne aan de Galderse Weg steken we over en wandelen de Bouvigne Dreef in. We komen weer in Boswachterij het Mastbos en volgen de Bouvigne Dreef tot aan wandelknooppunt 17. De route gaat nu schuin links voor het bospad in. Dit is het Eeuwig Laantje, dat in zuidwestelijke richting over de diagonaal van het ‘Vierkant van Prins Maurits van Oranje’ verloopt. De naam Eeuwig Laantje treffen we voor het eerst aan in de ‘Gids voor Ginneken en Omstreken’ van 1889. Het is een oud voetpad van Breda naar Rijsbergen, maar ook een belangrijk relict uit de tijd van de opkomst van het toerisme aan het eind van de 19e eeuw. Dit bospad wordt voor het eerst vermeld op een kaart van het Mastbos uit 1625. Op de kaart van 1709 en het minuutplan van het Kadaster van 1824 en 1827 is te zien dat het pad toen nog begon bij de huidige Bouvignelaan, via het huidige Julianapad het Mastbos in liep en dan het huidige tracé volgde tot aan de Oude Postbaan. Het laatste gedeelte, van de Oude Postbaan tot Huis Den Deijl, is pas aangelegd in WOII. De groengele markering brengt ons naar KNP4 met uitzicht op een ven. We komen uit op de Stouwdreef, waar we noordwaarts door een brede laan naar KNP77, het startpunt van deze “Koninklijke boswandeling”.

Charles Aerssens
28 oktober 2021



Lange Afstand Wandelvereniging "VIA-VIA".

Gegenereerd op 28-10-2021 door C.P.J. Aerssens