Voor de dagwandeling van maart heeft Charles een compleet nieuwe wandelroute uitgezet. Charles heeft hiervoor het coulissenlandschap in de omgeving van Diessen en Biest-Houtakker gekozen. Hierbij is hij uitgegaan van het verzoek van Uitgeverij Elmar Delft om samen met Theo een wandelnetwerkgids te ontwikkelen in het Hart van Brabant voor hun serie “De mooiste Netwerkwandelingen”. De basis en inspiratie voor deze route vormt het digitale wandelroutenetwerk van Routebureau Brabant van VisitBrabant en zal een van de te plaatsen netwerkwandelingen worden. Voor de wandelvrienden van L.A.W.V.”Via-Via” een nieuwe uitdaging! Voor deze wandeling op 20 maart melden zich per mail Theo, Hans, Wil, Arie, Lauran en Jac. Maar op het laatste moment geeft Jac aan dat ook Jasper Mikkers graag wil mee lopen. Voor Charles een hernieuwde kennismaking met zijn oud-studiegenoot aan het Oelbert Gymnasium in Oosterhout in de periode 1960-1967. Dus op voorhand gesprekstof genoeg tijdens deze wandeling om vervlogen ervaringen te delen.
Volgens afspraak treffen we elkaar om 9.15 uur treffen op de parkeerplaats aan de Willibrodusstraat in het centrum van Diessen. Dit pareltje onder de Brabantse dorpen heet vroeger Deusone en de geschiedenis gaat ver terug in de tijd. In de omgeving van het dorp zijn archeologische vondsten ontdekt uit ongeveer 700 voor Christus, die bewoning in de Vroege IJzertijd veronderstellen. Maar in de Romeinse tijd wordt Diessen voor het eerst genoemd als in het jaar 370 Saksische plunderaars hier door de Romeinen overvallen worden en tot de laatste man gedood. In de Middeleeuwen is Diessen een drukbezochte bedevaartplaats en de naam van Willibrordus is aan dit dorp verboden, getuige de huidige St. Willibrorduskerk, die uit de 15e eeuw dateert. Het gebied heeft door de eeuwen heen toebehoord aan de Abdij van Echternach en de Abdij van Tongerlo. Bestuurlijk maakt Diessen vroeger deel uit van de Heerlijkheid Hilvarenbeek, die deels in bezit is geweest van het Hertogdom Brabant en voor een ander deel tot het Prinsbisdom Luik heeft behoord. Bij het opheffen van de Heerlijkheid Hilvarenbeek ten tijde van de Franse overheersing vanaf 1795 wordt Diessen in 1810 een zelfstandige gemeente, die bij de gemeentelijke herindeling in 1997 wordt samengevoegd met de Gemeente Hilvarenbeek.
Voor vertrek nemen we even de tijd om op het pleintje een opmerkelijk kunstwerk te bewonderen. Het is de sculptuur Hercules uit 1995 van de in Oirschot wonende beeldhouwer Hans van Eerd, voorstellend de Romeinse halfgod Hercules en een inheemse godheid Hercules Magusanus is een verwijzing naar het Romeins verleden van Diessen. Hier is een van de werken van Hercules afgebeeld als reiniger van de Augiasstal. Augias, koning van Elis, heeft een stal waarin 3000 runderen staan, die in geen dertig jaar gereinigd is. Hercules reinigt die stal en volbrengt dit werk door er in één dag de rivieren Alfeus en Peneus doorheen te leiden. In het oeuvre van Hans van Eerd reist de mens door tijd en ruimte en zoekt beschutting tegen de krachten van de natuur, door middel van ruimtes die hij om zich heen bouwt. Het zijn poëtische maar ook archetypische vormen van beschutting zoeken tegen het geweld van de natuur.
We starten in de richting van het kruispunt met de Julianastraat, de doorgaande weg N395 naar Hilvarenbeek of Middelbeers. Als we oversteken bij KNP3 en de Echternachstraat in lopen, staat hier opnieuw een sculptuur. Het beeldje van een vrouw, dat een lammetje op haar arm draagt en met hond aan haar voeten. Dit kunstwerk houdt de herinnering levend aan het jaar 1953 als in Diessen gedupeerden van de watersnoodramp van 1 februari 1953 tijdelijk een onderkomen hebben gekregen. Hier hebben we ook zicht op Julianastraat 29: het Pannenhuis. Dit pand dateert blijkens de jaarankers uit 1658. Het is een boerderij van het Kempische langgeveltype met een zadeldak tussen zijtopgevels, met vlechtingen in rode baksteen, toppilasters en duivengaten. Het pand staat op de monumentenlijst. De naam Pannenhuis krijgt deze boerderij destijds omdat het een van de eerste panden met pannendak is. Een ander optie heeft als verklaring dat dit pand met bier te maken heeft. 'Paan' is namelijk Zuid-Nederlands voor bier. In het jaar 1687 is hier namelijk één van de Diessense brouwerijen gevestigd met Hendrik Sweens als brouwer en herbergier. Deze bierbrouwerij houdt echter in het begin van de 19e op te bestaan.
Door de Echternachstraat wandelen we de bebouwde kom van Diessen uit langs de kapel "Ter ere van Onze Lieve Vrouw van Brabant, ons aller Moeder en Hertoginne", in 1950 naar een ontwerp van Eindhovense architect Frans Vervest (1888–1966) gebouwd door studenten van het Brabantse Studentengilde Onze Lieve Vrouw die een week in Diessen op kamp zijn o.l.v. Tilburgse studentenpriester Frans Siemer, die het beeld van Maria heeft gesneden. De inzegening vindt plaats op 6 augustus 1950. Hier bij KNP5 houden we rechts aan en passeren een aantal imposante Kempische langgevelboerderijen. Op de Laarstraat aangekomen voert ons de route naar links over het Hoekske tot we op de Y-splitsing met de Bremstraat staan. Hier volgen we de groengele markering naar links over de onverharde Bremstraat. We passeren de sportterreinen en het verderop gelegen terrein van het Crematorium tot we aan onze linkerzijde bij een oud langgevelboerderijtje uitkomen met de naam “Huiske ten Halve”.
Het pandje is architectuurhistorisch van belang vanwege de sobere ornamentiek van het gave exterieur en de wijze waarop eclectische motieven op het platteland worden gebruikt ter verhoging van de representativiteit. Zo zijn de gevels opgetrokken uit handvorm baksteen en op het zadeldak liggen zwarte Oudhollandse dakpannen. De aangebouwde stal heeft een wolfsdak met rode Oudhollandse dakpannen. In de gevel zitten gietijzeren schotelankers bij het woonhuis en rechte muurankers bij het stalgedeelte. Boven de dichtgemetselde staldeuren onder korfboog met hardsteen aanzetstenen zien we een sluitsteen met de inscriptie H.M. 16 sept. 1871. Het huisje is gebouwd op de fundamenten van een veel oudere boerderij door de uit Frankrijk afkomstige Luitenant-Kolonel Jacques Joseph Majoie (1787-1878), bewoner van het nabijgelegen kasteel Groenendaal. Daarnaast is het boerderijtje van 1907 tot 1933 ook in gebruik geweest als café en heeft als zodanig cultuurhistorische waarde als voorbeeld van de sociaaleconomische ontwikkeling van de landbouw en de horeca in de Kempen in de late 19de eeuw.
Bij dit langgevelboerderijtje “Huiske ten Halve” slaan we rechtsaf bij KNP50 en hebben langs de slagboom en infopaneel toegang tot het Landgoed Annanina’s Rust. Het bijna 150 hectare groot landgoedbos is in 1899 gesticht door Notaris Emile M.J.W.E. Huijsmans (1850-1920) uit Hilvarenbeek. Het verhaal gaat dat het gebied is vernoemd naar de maîtresse van de notaris. Zij kwam uit Rusland en woonde in een huisje in het bos. Tegenwoordig valt het beheer onder de verantwoordelijkheid van het Brabants Landschap. Het landgoed is zeer karakteristiek voor de Noord-Brabantse zandgronden. Het bosgebied ligt op een dekzandrug en is omgeven door drie laaglandbeken: de Reusel, de Roodloop en het Spruitenstroompje. Van oudsher heeft dit landgoed een dubbele functie. Enerzijds wordt het bos gebruikt voor de houtproductie, anderzijds dient dit bos als parkbos in de trant van de Engelse landschapsstijl. Dit laatste is te zien aan de golvende paden met aan beide zijden monumentale exemplaren van oeroude zomereiken, beuken en rode beuken, afgewisseld door naaldbomen. De struiklaag wordt beheerst door rododendron en hulst. De hellingen van de bossloten zijn begroeid met dubbelloof, wijfjesvaren en mossen. In het overige bos op het landgoed, groeit voornamelijk naaldhout, stekelvaren, blauwe bosbes en struikhei.
Na de slagboom volgen we de geelgroene markeringen van het wandelroutenetwerk langs KNP11 en KNP53 over rechte lanen en naar links tot aan de driesprong bij KNP54. Hier staan we op de Rentmeestersdijk, die de westelijke rand vormt van het Landgoed Annanina’s Rust met kleinschalige weilanden omgeven door houtwallen. We volgen hier het onverharde pad schuin linksvoor richting KNP55. Het onverharde pad gaat over in asfalt en komt uit op de Hakvoortseweg. We wandelen even naar links, steken over naar KNP55 en betreden door het draaihekje het open landschap van het beekdal van het Spruitenstroompje. We zijn nu in natuurgebied De Gooren. In de Gooren lopen twee laaglandbeken, het Spruitenstroompje en de Roodloop. Het zijn langzaam stromende beken, niet sneller dan een halve meter per seconde, die kronkelend door het landschap hun weg zoeken. Het gebied is verder bijzonder omdat het is ontstaan door ontginning van bossen eeuwen geleden. Die ontginning levert weidegronden op voor het vee die beemden genoemd worden. De kavels waren lang en smal en lagen haaks op een stroom met de smalle kant. Rond de kavels waren houtwallen te vinden die het vee in de weide hielden. Maar veel van dit landschap is verdwenen door de jaren heen door moderne landbouw en ruilverkaveling. Hier in de Gooren is het landschap bewaard gebleven en deels hersteld. We volgen de smalle kronkelende grasweggetjes met de groengele markeringen die met elkaar verbonden zijn en deels langs het Spruitenstroompje lopen door een typisch coulissenlandschap.
De route leidt ons bij een bomenrij naar links en zo bereiken we het buurtschap Driehuizen. Rechts aanhouden door dit buurtschap komen we aan de Akkerstraat bij KNP64 en slaan hier even linksaf. Dan steken we schuin naar links over en volgen het zandpad langs de bosrand en gaan meteen bij KNP63 rechtsaf het zandpad op. Op het kruispunt van zandwegen bij KNP26 steken we over en houden de richting naar KNP28 aan tot e op de verharding van de Klein Westerwijksestraat uitkomen. Linksaf bereiken we de in 1668 door de familie De With gebouwde Heerlijckheid De Eksterhoeve in het gehucht Westerwijk. Door de eeuwen heen fungeerde het pand als boerderij, herberg en restaurant, maar in de eerste jaren zat er ook een brouwerij in. Het bijzondere interieur is van de bekende interieur designer Emile van Dijk. Of de uit 1668 stammende gevelschildering met kop van een everzwijn nog origineel is, laat zich niet raden. Bij KNP28 slaan we rechtsaf en komen in een open landschap dat grenst aan de zuidzijde van Speelland Beekse Bergen, het attractiepark en speeltuin die met Safaripark Beekse Bergen deel uitmaken van de Beekse Bergen. Het is rond 1960 ontstaan door zandwinning tussen Tilburg en Hilvarenbeek voor de aanleg van de snelwegen rondom knooppunt De Baars. Bij KNP1 gaat de route rechtsaf en we negeren bij KNP2 de afslag naar rechts. Rechtdoor en met de bocht naar rechts komen we langs de forellen visvijver, De Biestse Oevers met horecagelegenheid. Hier bereiken we de brug over het Wilhelminakanaal.
Tegenover Café De gulle Brabander wandelen we bij de picknickplek met KNP29 langs het haventje aan het Wilhelminakanaal naar rechts en volgen het pad voorbij KNP24 tot we na goed 1 kilometer bij KNP 22 uitkomen, net voor de ophaalbrug over het kanaal. Dan volgen we het asfalt naar rechts over de Akkerstraat tot huisnummer 12 aan de linkerzijde. Hier nemen we naar links het getegelde voetpad richting de bebouwing van Biest-Houtakker. Even verderop is naar rechts een voetgangersdoorsteek naar Café Ome Toon. Rechtuit komen we bij KNP 23 in de Biestsestraat in het centrum van Biest-Houtakker.
Het kleine dorp Biest-Houtakker is ontstaan uit het oorspronkelijke Middeleeuwse gehucht De Biest in de periode tussen het jaar 600 en 1000 na Christus rond een Frankische driehoek, een zogeheten "biest", die gelegen was nabij de uitloper van een hogere zandrug, De Schijf. Dwars over De Schijf liep een belangrijke verbindingsweg tussen Brussel, Antwerpen en Den Bosch, de drie hoofdsteden van het Hertogdom Brabant, via Turnhout waar een kasteel van de Hertogen van Brabant stond. Het woeste heidegebied rond De Biest werd in het noordwesten begrensd door bossen. Het drassige gebied in het zuidoosten werd doorsneden door het Spruiten-stroompje. Langs het stroompje lag een lange strook kleine akkers, die deels werden bebouwd vanuit enkele boerderijen op de Vossenhol. Uit deze twee bewoonde gebiedjes vormen zo het huidige dorp Biest-Houtakker.
Bij KNP23 gaat onze route naar links en komen we aan het voormalige kerkgebouw van de H. Antonius van Padua. In 1912 krijgt Biest-Houtakker de bisschoppelijke goedkeuring voor een eigen parochie en een kerk met pastorie. Franciscus Boelaars wordt in datzelfde jaar als bouwpastoor aangewezen en de Rotterdamse architect Jos Magry (1888-1982) ontwerpt de Neogotische kruisbasiliek. Deze is aan Antonius van Padua gewijd omdat het gebouw deels uit het Sint Antoniusfonds (de Bossche Kerkbouwstichting) is betaald. Op 15 januari 1913 vindt de aanbesteding plaats in café Jos Broeckx te Tilburg. Van de 18 inschrijvers wordt aan J. Vriens uit Moergestel het werk gegund voor de som van 41.340 gulden. De eerstesteenlegging vindt plaats op 18 februari 1913 en de bouw wordt in december 1913 opgeleverd. Als startdatum van de nieuwe parochie is vastgelegd 14 december 1913 en op 16 december vond de installatie plaats van Franciscus Boelaars als pastoor van de parochie Biest-Houtakker. In 1922 heeft Mgr. Diepen de kerk plechtig ingewijd. Door de ontkerkelijking aan het einde van de 20ste eeuw loopt het kerkbezoek drastisch terug en op zondag 9 juni 2013 is de laatste viering in de kerk van Biest-Houtakker, waarna de R.K. H. Antonius van Padua aan de eredienst is onttrokken. Sinds juni 2015 is de Coöperatie Behoud Kerkgebouw Biest-Houtakker U.A. de nieuwe eigenaar en hoopt aan de mooie en rijke geschiedenis van het voormalige kerkgebouw een tweede leven te geven.
Tegenover het kerkgebouw vinden we in het perkje een opmerkelijke sculptuur uit 1997. Het is een figuratief beeld van drie regenten, twee heerboeren en een aristocratisch figuur, die de gronden van 'de Gemeynt' schouwen. Kunstenaar is de uit Loon op Zand afkomstige beeldhouwer Harm Timmermans. Zij beheren de gemeenschappelijke gronden, die nog steeds gemeenschappelijk bezit zijn van de ingezetenen. Het dagelijks beheer van de Gemeynt rust bij drie regenten die worden benoemd door Gedeputeerde Staten uit en op voordracht van de inwoners van Biest-Houtakker. Sinds 1978 ziet ook het Belangenorgaan Biest-Houtakker toe op het beheer van de Gemeynt en de besteding van de opbrengsten.
Dit is uniek in Nederland!
We vervolgen de wandeling door de Biestsestraat en komen na de laatste huizen van dit rustige dorpje aan het bruggetje over Het Spruitenstroompje aan een Mariakapelletje. Hier wordt de herinnering levend gehouden van de vondst van een beeldje van Onze Lieve Vrouw in het jaar 1643 door vier jongelingen in het toenmalige gehucht de Biest in het Spruitenstroompje bij de Bevertbrug. Deze gebeurtenis staat beschreven in een oud Geestelijke Liedeken uit 1644 en houdt mogelijk verband met de toenmalige politieke gebeurtenissen, met name de opkomende Reformatie en het zich vestigende gezag van de Republiek der Nederlanden. Indachtig deze overlevering bestaat er eeuwenlang een bijzondere verering van Onze Lieve Vrouw in het dorpje Biest-Houtakker. Voorbij het veldkapelletje slaan we bij KNP68 linksaf de Bundersweg in, die voorbij de Mini Camping De Biest overgaat in een zandweg. Over deze eeuwenoude zandweg in het weidse coulissenlandschap komen we aan KNP20 op de Gemeintsedijk. Hier slaan we linksaf en volgen de met eiken omzoomde onverharde weg en negeren het pad aan de linkerzijde. Als deze onverharde weg naar rechts afbuigt, gaat onze route links door het draaihekje en meteen rechts over het dijkje. Aan de overzijde van de sloot ligt de waterzuiveringsinstallatie van Waterschap De Dommel.
Aan onze linkerzijde hebben we een weids uitzicht over het natte Diessens Broek met het beekdal van de Reusel. Aanvankelijk ligt dit gebied er na de kanalisatie in de jaren ‘60 van de vorige eeuw lelijk bij. De Reusel is rechtgetrokken en haar oude meanders zijn dichtgegooid. Maar gelukkig heeft de herinrichting en natuurontwikkeling van het beekdal in 2010 voor de huidige metamorfose gezorgd. Over een oppervlakte van 60 hectare is de overbemeste bodemlaag afgegraven en bepaalt de Reusel zelf weer haar loop over een breedte van 100 meter. Het Diessens Broek dat nu in bezit is van het Brabants Landschap, is een belangrijk weidevogelgebied geworden, waar gutto's en watersnippen zijn te vinden. Er wordt niet gemaaid en in de daardoor ontstane ruigten nestelen kneu en bosrietzanger, maar er is ook ruimte voor zwanen, ganzen en doortrekkende regenwulpen. Een deel van de hooilanden wordt verschraald, waardoor zeldzame planten kunnen opkomen. Omdat de Reusel een van de belangrijkste riviertjes is voor de afwatering van Midden Brabant, kan bij een te groot aanbod van regenwater in het stroomgebied van de Dommel met name in het Bossche Broek overstroming ontstaan. Om dat te voorkomen heeft Waterschap De Dommel het Diessens Broek ingericht als inundatiegebied en retentiebekken. Hier kan door de nieuwe natuurontwikkeling veel water worden geborgen. Deze waterberging maakt deel uit van ecologische hoofdstructuur met honderden hectare nieuw ingerichte natuur.
Bij KNP72 kiezen we voor de mogelijkheid om naar links het Diessens Broek in te gaan. Dit is in een extreem natte periode niet mogelijk! Dan komen we aan een voorde en brug. De stalenbrug over de Reusel vormt geen probleem, maar de markering van waterhoogte bij de voorde kan verderop hoogwater aangeven, waardoor een passage zeker in de winterperiode zeer lastig en zelfs onmogelijk kan zijn! Er zit niet anders op dan in dit geval de route te vervolgen terug naar KNP72 en langs KNP9, KNP8 naar KNP70 te kiezen. Na de oversteek van de Reusel komen we op een zandweg (kruising Willekensdreef met Dwarsbroekweg) bij KNP71. We wandelen rechtsaf en blijven deze zandweg zo’n 1,5 kilometer volgen tot we na KNP70 bij KNP7 komen. Op dit traject hebben we aan onze rechterzijde zicht op de meanderende Reusel, die hier in natte tijden nog steeds buiten haar oevers kan treden. Het overstromingsbereik is er breed en kalkrijk water zorgt zo voor een gunstige ontwikkeling van het vochtig schraalland met een hoge soortenrijkdom. Voorbij KNP7 gaat de groengele gemarkeerde route rechtsaf. Aangekomen bij het bruggetje is het gedaan met vrije baan van het riviertje en nu rest slechts het gekanaliseerde traject van de Reusel langs de oostzijde van Diessen. Over het bruggetje wandelen we naar links op het oeverpad langs KNP10 en komen bij KNP2 aan de brug met de drukke Beekseweg.
Hier op deze plek zijn op 12 mei 1940 elf Franse militairen om het leven gekomen in de strijd tegen Duitse bezetter. Op 11 mei 1940 trekken Franse militairen van het 6e en 7e Escadron van het 4e Regiment Dragon Portés (1e Division Légère Mécanique) Diessen binnen. Ze zijn uitgerust met lichte tanks, pantserwagens, gemotoriseerde infanterie en uitgebreide ondersteuningswapens en nemen stelling in aan de brug over de Reusel in afwachting van de Duitsers. De volgende dag komt het tot een gevecht tussen de Franse en Duitse troepen van SS Standarte Deutschland en delen van de 56 Infanterie Division, waarbij beide partijen ook ruim gebruik maken van artillerie. De overmacht van de Duitsers is te groot, waarop de Franse militairen besluiten zich via Esbeek terug te trekken. Tijdens de gevechten zijn elf Frans militairen om het leven gekomen, die de volgende dag op het bevel van Duitse militairen zijn begraven in een massagraf. Drie dagen later worden de lichamen van de Franse militairen opgegraven en krijgen ze een laatste rustplaats te geven op het R.K. parochiekerkhof van Diessen. Op het gezamenlijke graf werden de helmen van de gesneuvelden en een houten kruis geplaatst. In 1949 hebben de Franse autoriteiten het stoffelijk overschot van de militairen opgegraven en getracht hen te identificeren. Slechts van vier van de elf soldaten kon de identiteit worden vastgesteld. Zij zijn herbegraven in Frankrijk. De overige zeven zijn herbegraven op de Franse Erebegraafplaats in Kapelle in Zeeland.
Vanaf KNP2 wandelen we rechtsaf door de Julianastraat terug naar het vertrekpunt. Bij het stoplicht even naar links en dan staan we op de parkeerplaats, waar we de rondwandeling door de Biestse ommelanden zijn gestart. We keren huiswaarts met de afspraak elkaar de volgende maand opnieuw te treffen voor een nieuwe wandeling!
Charles Aerssens
28 maart 2019
Lange Afstand Wandelvereniging "VIA-VIA".
Gegenereerd op 28-03-2019 door C.P.J. Aerssens