[IMAGE]

Opnieuw werd door het voltallige clubje wandelfanaten van L.A.W.V. “VIA-VIA” besloten voor de collega's een wandeldag te organiseren. Peter zorgde voor een passende tekst en aankondiging in de docentenkamer. Daarna was het afwachten hoe de geachte collega's op het wandelaanbod zouden reageren. Dit jaar had Charles een wandeling van ongeveer 16 KM uitgezet door het landgoed "De Utrecht” tussen Esbeek en Lage Mierde.

De belangstelling was jammer genoeg minimaal. Want toen de dag gekomen was. stapten slechts 7 "doorwinterde" wandelaars in de speciale wandelbus. In de bus zouden plaatsnemen: Toine, Dymphna, Jaap, Dinie, Marlien, Peter en Charles. De bus was om ongeveer 8.30 uur vanuit St. Willibrord vertrokken en reed via Oosterhout en Loon op Zand naar het landgoed "De Utrecht" alwaar bij de bekende uitspanning "In den Bockenreijder" werd uitgeladen. Hier dronken we eerst een overheerlijk kopje koffie, gezeten bij een knappend open-haard-vuurtje. We maakten ook kennis met Els, een vriendin van Marlien. Volgens Marlien zou ze met een witte auto komen, maar dit bleek uiteindelijk een blauwe te zijn. Voor vertrek om 10.30 uur eerst nog even naar "De Plee" en genieten van een dansje van Jaap en Dinie.

We kozen het zandpad achter de herberg om en namen de eerste weg links tot we aan het riviertje De Reusel waren. In de nog frisse ochtendzon liep het bospad in noordoostelijke richting langs de steile, soms afgekalfde bedding van deze bosbeek. De vegetatie was er welig en de biologen in het gezelschap besloten om bij een volgende wandeling een flora mee te nemen om de voor ons vaak onbekende vegetatie op te zoeken. We volgden de sterk meanderende Reusel tot aan de Poelebrug. Hier kwamen we op de Prins Hendriklaan. Deze vormt een belangrijke verbindingsweg door het hele landgoed. Tijdens de laatste jaren van de oorlog werden door het verzet Franse militairen, Engelse piloten en joodse vluchtelingen ( in totaal zo'n 150 joodse onderduikers, dertig vliegeniers en bijna veertig Fransen) via de Prins Hendriklaan naar de vijfsprong bij de Weelsedijk en boerderij Bolijn, vlakbij de grens gebracht en naar België geloodst.

We wandelden over deze laan eerst in NO-richting en met de bocht mee tot aan de Dunsedijk. Op dit kruispunt gingen we rechts af de brede zandweg van de Dunsedijk op tot even voorbij "De Ekster". De verharde weg naar links bracht ons tot aan de provinciale weg van Hilvarenbeek naar Reusel. We stonden nu bijna recht tegenover de houtvesterij, die met zijn markante vierkanten brandtoren boven de bossen van het landgoed "De Utrecht" uitsteekt en bepalend is voor dit landgoed.

Over de smalle klinkerweg, die onder het geweld van de zware landbouwmachines in een slechte staat verkeerde, liepen we tot voorbij de Hoogeindsestraat. Hier wilden we volgens de kaart met de bocht mee naar links afslaan, achter het ven de Broekeling om. Er bleek geen bospad te zijn en zodoende namen we de eerste mogelijkheid om dit bosperceel in te gaan. Een bord: "Natuurreservaat, streng verboden toegang" ontsnapte aan onze aandacht en meteen zaten we in een prachtig stiltegebied. Langs weilanden kwamen we over de Hoogeindse Beek op de Torenlaan, een breed bospad waarlangs enig hout klaar lag voor transpart. Het vinden van een klein bruggetje aan de linkerkant van de weg leverde enige problemen op. Maar eenmaal gevonden vervolgden we onze wandeling over een smal dijkje, omzoomd met berkebomen en aan weerszijden moerassige veengebieden met veel gagelstruiken. Aan het einde van dit pad moesten we naar rechts om na een paar honderd meter uit te komen bij een groot ontgonnen bosperceel met hoge stapels dennenstammen. Hier liepen we even naar rechts en vervolgens naar links in zuidwestelijke richting. Het was intussen aardig warm geworden in dit dennenbos en van de noordwestelijke wind was hier niet veel te merken.

Dit werd plotseling anders toen we het bos verlieten en bij grenspaal 208 aan kwamen. Over de uitgestrekte akkers aan de Belgische kant stond er een straffe, kille zuidoostelijke wind. Gelukkig hadden we die op de brede zandweg schuin van achteren. Grenspaal 208 werd vereeuwigd en bij grenspaal 207 zochten we een geschikt plekje voor een welverdiende middagpauze. Goed beschut tegen de wind en in de zon gezeten lieten we ons de meegenomen proviand goed smaken. Het was inmiddels 12.30 uur geworden en deze adempauze deed ons goed.

Na een rust van 3 kwartier gingen we weer op pad, goed uitgerust en bedenkend dat we nu halverwege waren. We liepen bijna 2,5 KM in zuidwestelijke richting over deze brede zandweg, die hier duidelijk de grens tussen België en Nederland markeert. We staken de Poppelse Dijk over, de directe verbinding tussen Lage Mierde en Poppel. Nu vervolgen we de route op Belgisch grondgebied tot aan grenspaal 206. Op dit stukje zagen we verschillende fazanten, die schichtig wegvluchtten over de weilanden in het lage, dichte struikgewas. Grenspaal 206 was het meest zuidelijke punt van onze wandeling en van hieruit ging het weer in oostelijke richting, terug naar "In den Bockenreijdef'.

Het eerste gedeelte verliep over de Prins Hendriklaan. Het weer zag er plotseling even dreigend uit en er vielen een paar regendruppels. We lieten onze stemming hierdoor niet bederven, Want spoedig klaarde de hemel weer op en verdwenen de donkere regenwolken aan de einder. Op de vijfsprong aan de Poppelse dijk verlieten we de Prins Hendriklaan en kozen het Slingerpad. Dit loopt in bijna oostelijke richting kronkelend door loof- en dennenbos, afgewisseld met jonge aanplant. Na ongeveer 2 KM bereikten we opnieuw een vijfsprong en hier hielden we het meest linkse pad aan. We verlieten het bos en kwamen aan de achterzijde van Camping Hertewei. Over de verharde weg Buitenman bereikten we de laatste boerderij voor de provinciale weg Hilvarenbeek - Reusel en bekeken hier hoe de aspergeoogst er voor stond.

De grote weg overgestoken hield de verharde weg na goed 200M op en liepen we even voorbij de laatste prachtig verbouwde Brabantse langgevelboerderij tussen de weilanden door in noordelijke richting. De schrikdraadafzetting moesten we hier een paar keer open en dicht doen. Zo bereikten we opnieuw een voor ons eigenlijk niet toegankelijk gebied: het landgoed Wellenseind. Weer was dit voor ons een "point of no return" en vervolgden we gewoon onze weg. Het was een prachtig drassig en dicht begroeid bosgebied dat in laatste tijd waarschijnlijk nauwelijks betreden was. Op een breed bospad aangekomen, ging het rechts af en wandelden we weldra weer tussen de akkers, waarop een boer druk doende was de grond te bewerken. Ook hier maakten zich enkele fazanten uit de voeten toen het wandelgezelschap voorbij trok. Bij de boerderij aan de Dunse dijk werd een praatje gemaakt met de boer en bekeken de "kenners" de koeien in de stal.

We waren nu weer dicht in de buurt van ons vertrekpunt. Nog slechts een tweetal kilometers waren er af te leggen. Bij de boerderij gingen we links af in noordelijke richting en kozen voor het eerste bospad naar rechts. Hier troffen we een mierenhoop aan, waarin al de nodige bedrijvigheid werd geconstateerd. Het grote watergebied van De Flaes lag nu voor ons, goed verscholen achter de omringende bossagen van berken en vliegdennen. Ook deze waterplas is niet toegankelijk voor het publiek, maar we konden het niet nalaten toch even naar de oever van dit grote ven te lopen. Voor de laatste keer hielden we even een kleine pauze.

Nog slechts één kilometer restte ons tot "In den Bockenreijder". We namen de meest direkte route dwars door het bos tot op aan de fietspad en links af gaande, lag ons einddoel na een paar honderd meter al duidelijk zichtbaar in het bos.

Voldaan van deze stevige wandeling, vol afwisseling en verrassende momenten, waren we nu toe aan een steviger drankje dan appelsap. Het was inmiddels half vier geworden en een lekker koud Trapist-biertje wilde er wel in. Zo lieten we de wandeldag nog eens de revue passeren en keerden we om half vijf huiswaarts, toch wel wat moe maar tevreden dat ook de weergoden ons op deze zaterdag niet in de steek hadden gelaten.

Charles Aerssens
14 mei 1995



Lange Afstand Wandelvereniging "VIA-VIA".

Gegenereerd op 11-03-2005 door C.P.J. Aerssens