Het zal nooit meer hetzelfde zijn! Zijn we vanaf 1993 in de herfstvakantie met de trouwe wandelaars van L.A.W.V.”Via-Via” steeds een lang weekend op pad geweest in de Ardennen of de Eifel, vanaf juli 2012 heeft Peter ons allemaal laten weten dat hij door de voortschrijdende achteruitgang van zijn fysieke gezondheid noodgedwongen moet afhaken. Op 16 juni heeft hij de laatste wandeling meegelopen. Maar het is pas enige tijd later iedereen duidelijk geworden, dat L.A.W.V.”Via-Via” voortaan zonder Peter de wandeldagen zal moeten plannen. Dit bericht is ook de anderen zwaar gevallen en we hebben nagedacht: hoe nu verder zonder hem. Gelukkig houden we de beste herinneringen aan de vele kilometers en de geweldige wandeldagen in de herfstvakantie, die Peter vol enthousiasme met ons allemaal heeft meebeleefd. Het heeft Charles dan ook enige moeite gekost om in overleg met Peter en de trouwe wandelaars van L.A.W.V.”Via-Via”, de wandeldagen van 14, 15 en 16 oktober in de Eifel te organiseren in de wetenschap dat we Peter zeker zullen missen!
Al met al legt Charles pas begin september het verblijf in de Eifel vast. Enig speurwerk op het internet brengt hem bij Pension Oeffling in Dodenburg, op slechts een paar kilometer afstand van het routetraject van de Eifelsteig. Per mail is het verblijf snel geregeld voor het verlengde weekend van 14 oktober. Het is de bedoeling om in die drie dagen opnieuw twee dagetappes van de Eifelsteig te wandelen. Was de Abdij Himmerod in 2011 het eindpunt van onze Eifelsteig, nu wordt dit het vertrekpunt en zal het dal van de Kyll bij het gehucht Mühlenflürchen het eindpunt zijn. De totale afstand bedraagt 43 kilometer, maar Charles heeft het zo gepland dat we dit traject in drie dagen zullen wandelen. Na aankomst op zondag en op de afsluitende dinsdag zijn het ongeveer 13 kilometer, op de tweede dag een stevige wandeling van 17 kilometer. Door die kortere dagmarsen kunnen we op zondag ook later vertrekken en zijn we ook op de dinsdag bijtijds terug en wordt het geen nachtwerk! Een paar dagen voor vertrek naar de Eifel pleegt Charles nog een laatste telefoontje naar Pension Oeffling om te controleren of de reservering van twee 2-persoonskamers en een 1-peroonskamer geregeld is. Alle is OK en dus kunnen Charles, Bert, Marion, Lorenz en Wilma met een gerust hart op zondag 14 oktober van huis vertrekken. Iedereen is immers op de hoogte van tijd van vertrek en plaats van afspraak. De mail bevat ook de adressen en telefoonnummers voor eventuele calamiteiten onderweg!
Ondanks de planning met een kortere dagmars op zondag 14 oktober hebben we afgesproken op tijd te vertrekken en zo zijn Bert en Marion rond de klok van 8.30 uur in Loon op Zand om Charles op te halen. Zij vertrekken van hier naar Landscheid aan de BAB60, het verzamelpunt voor de eerste dagwandeling van de Eifelsteig. Lorenz en Wilma zullen om dezelfde tijd uit Enschede wegrijden en hopen tussen 11.30 uur en 12.00 uur in Landscheid te arriveren. De navigatie brengt de Brabanders soepel door België naar Duitsland en zij zijn keurig op tijd in Landscheid, waar ze neerstrijken in Bäckerei-Café Flesch in afwachting van de Tukkers. De tijd verstrijkt en het wachten wordt moeizaam. Wilma meldt zich met de mobile telefoon en zegt over een kwartiertje bij de kerk te zullen zijn. Na enig wachten gaat opnieuw de telefoon en Wilma geeft aan bij de kerk te staan en vraagt waar ze ons kan vinden. Na enig over en weer gepraat, blijkt dat zij en Lorenz niet in Landscheid zijn beland maar in het 30 kilometer noordelijk gelegen dorpje Üdersdorf. Groot is in Landscheid de hilariteit als blijkt dat Lorenz de infomail van het vorige jaar heeft uitgeprint en meegenomen.
Dus in Bäckerei-Café Flesch wordt nog een kopje koffie genuttigd en duurt het wachten voort! Maar alles komt goed en rond de klok van 13.00 uur arriveren de “verdwaalden. Onder het genot van nog een kopje koffie of warme chocolademelk met heerlijk gebak nog eens wordt nog eens hartelijk gelachen om die doldwaze rit uit Enschede. Daarna wordt het tijd om op te krassen en met één auto op weg naar Himmerod te rijden, alwaar het vertrekpunt is van onze eerste dagetappe van de Eifelsteig. De navigatie wil ons echter dwars door het bos sturen en dus even terug om over bekend terrein via Grosslittgen naar de Abdij Himmerod te rijden. Voor de auto vinden we een geschikte parkeerplaats bij Gasthof Graf-Zils, waar we net doen of we tot de gasten behoren. De wandelschoenen gaan aan, de rugzak wordt gepakt en zo gaan we even na 13.30 uur op pad!
Op deze etappe zal de Eifelsteig bij vertrek vanaf de Abtei Himmerod het riviertje Salm steeds in de buurt houden. Het gaat hier om een uiterst interessant wandeltraject, omdat het dal van de Salm een bont geschakeerd landschap heeft en de hoogteverschillen beperkt zijn. We wandelen wel voor zowat 85 % over onverharde paden. De route voert ons langs de beboste valleiwand van rode rotsen die zo typisch zijn voor de zuidelijke Eifel en onderweg passeren we een aantal oude watermolens in het diepe romantische rivierdal. De Eifelsteig worstelt wat met de snelweg BAB60 van Luik naar Trier die de alvorens we het Eifeldorp Landscheid bereiken.
Abtei Himmerod is vertrekpunt voor deze dagwandeling. De geschiedenis van dit klooster Cisterciënzer gaat terug tot omstreeks 1135, als Bernardus van Clairvaux zijn monniken uitstuurt over Europa om overal nieuwe kloosters te stichten. Hier in het stille dal van het riviertje de Salm vinden ze een uitstekende locatie. In 1178 wijdt Aartsbisschop Arnold van Trier de Romaanse kloosterkerk, waar tot het begin van de 15e eeuw ook de Graven van Spornheim begraven worden en waarvan de grafstenen nog tot in de 18e eeuw aanwezig zijn geweest. De abdij heeft zwaar te lijden tijdens de 30-jarige oorlog en het klooster wordt weer opgebouwd en in 1739 verrijst de nieuwbouw met de Barokke kloosterkerk. Op 26 juli 1802 in de nasleep van de Franse Revolutie heft Napoleon het klooster op en vervallen de Barokke abdijgebouwen al snel in een ruïne, die in de daarop volgende periode vaker van bezitter wisselen. Alleen de watermolen en de portierswoning blijven intact, van de kloosterkerk blijft alleen de gevel staan, die Fritz Gustav August Julius Philipp Rudolf von Wille (1860-1941) enkele keren als onderwerp van zijn schilderijen heeft gekozen vanwege de romantische uitstraling. De laatste eigenaar is Reichsgraf Ottokar von Kesselstatt (1894-1938) die Himmerod in 1919 verkoopt aan Duitse Trappisten van het in Bosnië gelegen klooster Mariastern. Pas in de jaren twintig van de vorige eeuw vestigt zich opnieuw een Cisterziënzergemeenschap in Himmerod. De kloosterkerk en bijgebouwen worden onder Abt Vitus Recke (1887-1959) tussen 1937 en 1962 gebouwd. Binnenin de abdijkerk valt zeker de koelheid en kaalheid van de kerkaankleding op, hoewel er veel warme rode zandsteen is verwerkt. Hierdoor wordt ook het verticale effect in de architectuur versterkt. Vermeldenswaard is de bijeenkomst in Abdij Himmerod van oktober 1950 als voormalige Duitse Wehrmacht officieren in opdracht van de Bundesregierung van Kanzler Conrad Adenauer (1876- 1967) de nieuwe opzet van het Duitse leger na WOII voorbereiden, neergelegd in de “Himmeroder Denkschrift”.
Vanuit de Abdij Himmerod gaat de route van de Eifelsteig voorbij Gaststätte Graf-Zils naar links het voetpad in, waar we verderop bij een waterpompstation het riviertje de Salm voor een eerste keer oversteken. De Salm ontspringt in de buurt van Gerolstein en mondt na 67 kilometer bij Klüsserath uit in de Moezel. De middenloop van het riviertje is vroeger de grens tussen Luxemburg en Trier geweest. Op de westelijke oever leidt het bospad met aan de rechterzijde een steile beboste helling ons zuidoostwaarts. Aan de andere oever hebben we een laatste blik op Abdij Himmerod met de oude kloostermolen uit 1701, die nu dienst doet als museum. Na een paar honderd meter verlaten we het brede bospad en met enkele trapjes en een bruggetje steken we de Salm over en passeren een in het bos liggend vennetje. Naar links verwijst een bord naar het in het bos gelegen Ehrenfriedhof Himmerod, waar 579 Duitse soldaten uit WOI en WOII begraven liggen. Van hen zijn er 200 hier in de Abdij Himmerod, dat vanaf de zomer 1944 als noodhospitaal is ingericht, gestorven en buiten de kloostermuren in het oude beukenbos begraven met op ieder graf een kleine steen en hun naam.
De route van de Eifelsteig volgt onder het overhangende bladerdak van dikke beuken de bedding van de Salm steeds dalwaarts, die zich door het brede dal met weilanden in zuidoostelijke richting meandert. Aangekomen op het asfalt van de K5 wandelen we naar links en klimt de route een beetje door het bos tot we na 250 meter de verharding voorbij een pompstation naar rechts verlaten. Hier hebben we voor eventjes het dal van de Salm verlaten. Langs de bosrand en door het open veld met naar het noorden zicht op de boerderij Salmtalhof gaat de route over de hoogvlakte van Grosslittgen. Voorbij de zandgroeve wandelen we naar rechts en komen tussen twee poeltjes door weer in het beekdal van de Salm. Langs de bosrand naar links en na goed 100 meter bij een mast rechtsaf. Het voetpad leidt ons naar de Grosslittgen Mühle aan de L60. Deze graan- en oliemolen aan de Salm wordt voor het eerst vermeld in 1587. De markering van de Eifelsteig gaat naar rechts en nog voor de brug over de Salm volgen we het brede pad naar links. Opnieuw volgen we het dal van de Salm. Nog steeds wandelen we stroomafwaarts de nu bredere Salm en passeren een imposante oude steengroeve.
Het pad volgend bereiken we even verderop opnieuw een watermolengebouw. De Musweiler Mühle, nu een manege, maar tot oktober 1963 in bedrijf geweest als een graan- en oliemolen, maar het schoepenrad draait nog steeds! Deze watermolen stamt uit 1727. Nu wordt het pad voorbij een kleine waterval al snel smaller en wilder en na een aantal bochten van de meanderende Salm wordt het dal smal en wildromantisch met mosbegroeide steile rotswanden en elzenbosjes en varens. Dit alles oogt als een klein oerwoud. Zo bereiken we de volgende watermolen: de Meesenmühle. Deze watermolen wordt voor het eerst in 1343 vermeld en is tot 1976 in bedrijf geweest. Het vakwerkwoonhuis is uit de 19e eeuw en de bijgebouwen zijn opgetrokken met gestukadoorde muren. We steken de watergracht over naar rechts en direct ook de Salm. De route verloopt 100 meter in een zijdal en we houden links aan om opnieuw in het dal van de Salm te komen. Door het bos omhoog passeren we een open weidegebied. De markering van de Eifelsteig leidt ons van het pad omlaag naar een wat bredere bosweg tot aan een asfaltweggetje. Achter de slagboom dalen we naar linksaf en komen op de B50. Over de verharding gaat het naar links tot aan de bushalte, waar we oversteken en de richting kiezen van Hotel Viktoria.
Voor Hotel Viktoria verloopt de route van de Eifelsteig naar links langs de molengracht tot aan een splitsing, waar we naar rechts de molengracht en de Salm oversteken. Links aanhouden stijgt de weg licht. Zo komen we voorbij de Burgermühle, die een van de oudste watermolens in het dal van de Salm is. In 1184 schenkt Erzbischof Folmar von Karden van Trier de watermolen aan de Abdij Himmerod, wat tot moeilijkheden leidt met het Stift Sankt Paulin en later in 1666 ook met Manderscheid. Door het bos vervolgen we onze wandeling en alsmaar verder stijgend over een bochtig parcours zien we het riviertje de Salm oostelijk van ons steeds dieper in het dal liggen. Nu komen we onder de Salmtalbrücke door, de Autobahnbrücke van de BAB60, de snelweg van Luik naar Kreuz Wittlich. Deze brug, die het dal van de Salm overspant, is 653 meter lang en meet 71 meter hoog op het diepste punt. Na de passage van deze brug gaat de route naar rechts en komen we aan de L34. Vanhier wandelen we linksaf in de richting van Landscheid over de Burgerstrasse tot we in het centrum van dit Eifelstadje bij de parochiekerk St. Gertrud aan de Hauptstrasse het eindpunt van onze dagwandeling bereiken.
Het is inmiddels 17.00 uur geworden en we besluiten toch nog even in Bäckerei-Café Flesch koffie te drinken alvorens we ons onderkomen in Dodenburg gaan opzoeken. Met de navigatie gaan we op weg en deze leidt ons over de BAB60 naar de afslag Dreis. Eenmaal in Dreis is het even oppassen met de juiste richting. Omdraaien en dan de slingerende weg door het bos naar Dodenburg, waar we zonder moeite Pension Oeffling vinden aan de Schlossstrasse 43. We worden allerhartelijkst ontvangen door Mathilde en Paul Oeffling en we betrekken onze ruime kamers. Even opfrissen en dan om 18.30 uur aan tafel voor het degelijke Duitse avondeten met een stevig biertje en een glaasje wijn. Iedereen is tevreden dat de wandeling goed is verlopen ondanks dat de regen aan het einde van de wandeling doorzet en we geen last hebben van onze voeten. Natuurlijk bellen we even naar Peter om onze belevenissen te vertellen. Even na 22.00 uur kruipen we onder de wol en hopen de volgende morgen fris en zonder veel spierpijn wakker te worden. De weersvooruitzichten lijken acceptabel te worden. Als we na een goede nachtrust wakker lekker onder de douche en de spieren met enkele oefeningetjes in vorm brengen. Fris en monter verschijnen we aan het ontbijt, dat er goed uit ziet met een sapje en een gekookt eitje. Er is een ruime keuze in brood en beleg. Voor onderweg is er nog een broodje en de rest van ons proviand nemen we zelf mee.
Voor de wandeling op deze tweede dag vertrekken we vanuit Gladbach, dat slechts op een paar kilometer van ons pension in Dodenburg ligt. Over een hoogvlakte gaat het traject van Gladbach naar Greverath en zal ons langs een afwisselend landschap door dichte bossen en met weidse vergezichten voeren. Dan wandelen we door het uitgestrekte Landschaftsschutzgebiet Meulenwald naar Zemmer en langs de uitkijktoren van Rodt met zijn uniek panorama over Eifel, Hunsrück en het dal van de Moezel. Vervolgens dalen we langs de Schleidweilerbach door het bos af naar het dal van de Kyll, waar Mühlenflürchen het eindpunt van deze dagwandeling is. Dus rijden we eerst naar Mühlenflürchen waar we de auto van Lorenz parkeren bij de bushalte in het Kylldal. Bert brengt ons vervolgens naar het startpunt in Gladbach, waar we op aanwijzingen van een “local” de auto parkeren bij de sporthal in het centrum. Dan zijn we klaar voor vertrek!
De geschiedenis van dit kleine Eifeldorp Gladbach gaat terug tot aan het einde van de 8e eeuw. Het komt dan in bezit van de Abdij Echternach als Karloman, de broer van Karel de Grote, het koninklijk landgoed met de nederzettingen met de naam Dreyse aan het riviertje Salmana, de Salm, aan de abdij schenkt. Dit wordt in 895 door Hertog Zwentibold (870-900) aan de Abdij Echternach op voorspraak van de Aartsbisschop van Trier Ratbold bevestigd. Hierbij wordt ook Gladbach vermeld. Gladbach heeft lang tot het Hertogdom Luxemburg gehoord, omdat het op de westelijke oever van de Salm ligt, die de dan de grens vormt tussen het Hertogdom Luxemburg en het Erzstift en Kurfürstentum Trier. Vanaf 1794 staat Gladbach onder Frans gezag en valt van 1795 tot 1814 onder het Kanton Dudeldorf in het Département des Forêts. Ook hier wordt de streek na het Congres van Wenen toegewezen aan het Koninkrijk Pruissen.
Vanaf de sporthal wandelen we naar links tot we de Neustrasse naar Greverath nemen. Ongeveer 150 meter na de bebouwing gaat de wandeling naar rechts en meteen links de helling in. Een holle weg voert ons door het bos en we houden rechts aan tot we voor een zandstenen wegkruis op de hoogvlakte naar links gaan, eerst door het bos en dan langs de bosrand. Door het open landschap hebben we zicht op Greverath, waar we recht naar toe wandelen. Op de L49 even naar rechts en dan meteen links Zum Weissenstein in, afdalend naar het midden van dit kleine dorp Greverath, dat voor het eerst in de annalen vermeld wordt in de 13e eeuw als bezit van het Kloster St. Thomas in Kyllburg. Op de Hubertusstrasse aangekomen houden we rechts aan bij het wegkruis uit 1815 en laten de huizen van Greverath achter ons. Het asfalt daalt licht en na de beek stijgen we met een ruime bocht tot voorbij het kerkhof. Even verderop na het wegkruis uit 1799 gaat onze route naar rechts en houden de richting aan Zum Steinesseberchen. Het bospad brengt ons door het dal van de Gumbach in het Landschafsschutzgebiet Meulenwald.
Het Meulenwald sterkt zich uit van Trier tot de Wittlicher Laagte bij Dreis en wordt begrensd door de beekdalen van de Salm en de Kyll. Het woud heeft zijn naam te danken aan de met markeringsstenen afgebakende Romeinse heerban, de Via Antunnaca, die van Trier naar Andernach aan de Rijn gaat. Een overblijfsel uit die tijd zijn de resten van de 72 kilometer lange Romeinse muur, die van Greverath in de richting van Trier ook door het Meulenwald verloopt. Het huidige Landschafsschutzgebiet Meulenwald heeft een oppervlakte van 15.000 hectare. Vele gemarkeerde wandelrouten lopen door dit gebied, zo ook dit traject van de Eifelsteig. Wij wandelen over vaak rechte, lange en brede bospaden, nu eens links en dan weer rechts afslaand de routemarkering van de Eifelsteig volgend. Ongeveer een kilometer voert ons de wandeling langs de resten van de Romeinse muur, die in het bos verscholen moet liggen en aan het oog onttrokken is door de dichte begroeiing. Enkel een informatiebord geeft tekst en uitleg over dit Werelderfgoed van de UNESCO uit de tijd van de laatste West-Romeinse keizers: Keizer Valentinianus I (321-375) en Keizer Gratianus (359-383). Het zou hier om een ringmuur gaan van geringe hoogte en zonder verdedigingstorens, die een gebied van 220 km2 omsluit, wat kan betekenen dat het om een beschermingsmuur tegen roofdieren voor de legerpaarden en als bescherming voor de boerderijen en pottenbakkerijen gaat.
Geen Romeinse muur te zien en als we steeds duidelijker het verkeer op de L46 horen, slaan we op de kruising van bospaden af naar rechts en komen bij Gasthof Rothaus op die drukke L46. We steken hier over en vervolgen de route van de Eifelsteig over de parkeerplaats van Gasthof Rothaus, ooit postkoetsstation. Op het fietspad gaat het rechtdoor tot aan de eerste mogelijkheid naar links en onder de hoogspanningsmasten door langs een met fruitbomen omzoomd onverhard pad komen we langs een retentiebekken van de Grundsgraben net buiten de bebouwing van het dorp Zemmer. Hier wandelen we even naar rechts om dan naar links over een graspaadje uit te komen op In den Eichen en de doorgaande weg, Am Schiessberg. We zijn nu in Zemmer aangekomen en wandelen naar rechts het centrum van het Eifeldorpje in.
We hebben voor deze route door het Eifeldorp Zemmer gekozen en even de officiële route van de Eifelsteig verlaten. Al wandelend komen we van Am Schiessberg in de Meulenstrasse. Hier brengt onze penningmeester een bezoekje aan de plaatselijke spaarbank en maakt zijn betaalrekening wat lichter om de financiële verplichtingen van ons verblijf in Pension Oeffling later te kunnen voldoen. Dan buigen we van de doorgaande weg naar Schleidweiler af op de kruising met de Schleidweilerstrasse en gaan rechtdoor richting Markt. Op zoek naar een mogelijkheid om hier ergens een kopje koffie te kunnen drinken en het lunchpakket te verorberen komen we bedogen uit. Nada, niets en we hebben dit zo verdiend! Gelukkig biedt de dorpssupermarkt uitkomst. Naast winkel is er het plaatselijk postkantoor, het Lotto verkooppunt en je kunt er koffiedrinken! We zijn gered. Na wat gehakkewar met de koffiezetmachine kunnen we toch nog genieten van een verdiend kopje koffie en een koek uit de winkel.
Na de aangename pauze vertrekken we bij de supermarkt op de Markt en kiezen op het plein de route naar rechts door de Waldstrasse, die ons weer in de richting van de route van de Eifelsteig moet brengen. Na goed één kilometer komen we voorbij het zandstenen Bernartkreuz. Dit kruis is opgericht door Bernart Schmit von Zemmer in 1635 als dank dat hij zijn zwaar ongeluk bij het werken op het veld overleefd heeft. Even verderop pikken we de routemarkering van de Eifelsteig weer op en gaan over het brede bospad zuidwestwaarts. Vlak bij het volgende rode zandstenen wegkruis, het Bucheckerkreuz, passeren we een bijzonder bouwwerk. Het is een oude paarden drinkplaats, die uit 1940 stamt als onderdeel van de vijf bunkers die hier tussen Zemmer en Rodt hebben gelegen van de in 1936 door de Duitsers aangelegde Westwall. Hier komen de legerpaarden drinken van het bronwater dat uit de omgeving wordt aangevoerd.
Door een open en licht golvend landschap met aan de wegrand weer eens zo’n typische Eifelsteigbank komen we na het sportterrein van Rodt aan de uitzichttoren Fidei. Deze 20 meter hoge toren biedt vanaf 1993 op het hoogste platform een wijds panorama over het dal van de Moezel en de Kyll met hun zijdalen, van Erbeskopf op de Hunsrück tot Hohen Acht, de hoogste top van de Eifel, en naar Luxemburg. Vanaf deze uitzichttoren gaat de route over het asfalt in noordwestelijke richting en passeren we restanten uit een industrieel verleden. Op de Zemmerer Strasse gaan we even naar links om dan over te steken en dit weggetje in te slaan, dat na enkele meters weer naar links te verlaten. De veldweg brengt ons buiten de bebouwing naar de K34, die naar Schleidweiler leidt. We laten het dorpje Rodt, dat in 1036 als “Rodre” in een oorkonde wordt vermeld, letterlijk links liggen. Hier naar rechts en na goed 50 meter op de K34 net bij het bosje aan de rechterzijde van de weg, steken we over en kiezen voor het pad langs de Buslichsgraben, een klein stroompje dat door de weilanden zijn weg zoekt. Eenmaal op het asfalt gaat de route licht omhoog tot aan een boerderij. Daar voorbij op de T-splitsing met de Mühlenweg is er een kleine doorgang tussen prikkeldraad rechtuit. Dit pad nemend wandelen we al dalend naar links in de richting van het bos. Een bospad, dat niet overal even goed begaanbaar is, brengt ons op de zuidelijke oever van de Schleidweiler Bach steil naar beneden. Zo bereiken we de eerste huizen van het gehucht Mühlenflürchen, waar we op de parkeerplaats aan de L43 deze dagwandeling beëindigen.
We zijn redelijk vroeg terug op het eindpunt van deze etappe van de Eifelsteig en hebben zodoende tijd genoeg om voor het avondeten van 18.30 uur nog even op zoek te gaan naar een Aldi. We willen immers hier de drankvoorraad voor thuis aanvullen. Volgens Mathilde Oeffling moet er een zijn in Dreis. Dus op naar Dreis. Maar als we er de weg vragen naar de Aldi, worden we verbaasd aangekeken met de mededeling dat hier enkel een Lidl te vinden is. Jammer voor ons, maar hier zijn we niet naar op zoek. Wat ons nog rest is om bij terugkomst in ons pension op internet even te kijken waar we wel kunnen slagen. Naar later blijkt moeten we voor een Aldi naar Wittlich en dat nemen we dus maar op in de planning van onze laatste wandeldag, morgen. Terug op de uitvalsbasis in Dodenburg kunnen we op ons gemak douchen en op tijd aanschuiven aan de dis voor het avondeten. Dit is zoals ook gisterenavond goed en gezellig. Peter wordt ook niet vergeten en we zijn blij hem opnieuw aan de telefoon te hebben. Na het eten blijven we nog hangen met een biertje en een schnaps en we vragen aan de vrouw des huizes of het mogelijk is om morgen na de wandeling voor vertrek naar huis nog een warme maaltijd te gebruiken, omdat we zeker rond het middaguur terug in Dodenburg zullen zijn op onze laatste dagwandeling. Dit is voor haar geen probleem en we kunnen dan samen afsluiten voordat we huiswaarts keren om ook niet te laat op onze eindbestemming aan te komen.
Als de wekker ons op dinsdagmorgen wakker trilt, weten we dat het alweer de laatste dag van ons Eifelweekend is. Nog een laatste wandeling en dan zit het er op voor 2012. Het is de bedoeling om vandaag dan het traject van de Eifelsteig, dat we nog open hebben staan tussen Landscheid en Gladbach, aan te pakken. Wat overblijft voor het komend jaar, is de route tussen Mühlenflürchen en Trier, een afstand van 26 kilometer! Na het ontbijt maken we ons klaar en zorgen dat de koffers gepakt en gezakt in de hal staan, de kamers moeten immers voor 10.00 uur geruimd zijn. Nu op pad voor de laatste etappe en hopen dat we op tijd terug in Dodenburg zijn voor ons “galgenmaal”. In Gladbach zijn we zo en we weten waar we de auto kunnen parkeren. Naar Landscheid is even zoeken, want er is een omweg aangegeven. Gelukkig valt het mee en kunnen we op tijd van start gaan. De weersvooruitzichten lijken gunstig, maar schijn bedriegt en al snel betrekt het weer en zij, die paraplu en regenjas vergeten zijn komen bedrogen uit!
Het startpunt voor deze laatste etappe van de Eifelsteig is Landscheid , waarvan de vroegste sporen van bewoning terug gaan tot de eerste eeuw van onze jaartelling. Het is de 4 kilometer noordwestelijk van Landscheid gelegen Burscheider Mauer, een ringmuur die door de Kelten als toevluchtsoord gebruikt is. Landscheid zelf wordt voor het eerst in een oorkonde uit 1157 vermeld en behoort in de Middeleeuwen toe aan Abdij Himmerod. Na 1794 valt het gebied onder Frans gezag, maar wordt bij het congres van Wenen in 1815 na de val van Napoleon toegewezen aan het Koninkrijk Pruissen. Na WOII maakt het sinds 1946 deel uit van Rheinland-Pfalz. Het centrum van Landscheid wordt gedomineerd door de Pfarrkirche St. Gertrud. De Rooms-Katholieke parochie in Landscheid komt in 1083 los van de grote parochie Gransdorf en wordt een zelfstandige parochie, waartoe ook de dorpen Burg en Niederkail horen. De sinds 1171 bestaan de oude kapel is voor de inwoners van Landscheid te klein geworden en men heeft de wens een nieuwe parochiekerk te bouwen, maar de financiële middelen ontbreken. Maar als in maart 1847 door de verantwoordelijke distriktsarchitect Heinrich Bruck wordt medegedeeld dat de bouwkundige staat van de kapel gevaar oplevert en gesloten wordt op advies van de politie, wordt de nieuwbouw in werking gezet. Nadat de kapel in 1864 is afgebroken, wordt er in 1865 een begin gemaakt met de nieuwbouw van de parochiekerk volgens het ontwerp van distriktsarchitect Bruck en men begint met de bouw op de al in 1850 gestorte fundamenten voor die nieuwbouw. Op 29 oktober 1965 krijgt de kerk zijn nieuwe bestemming en op 19 juni 1975 wordt de Pfarrkirche St. Gertrud door de Trierer Bisschop Johann Jakob Kraft (1806-1884) ingewijd. De patrones van de parochiekerk is vernoemd naar de Benedictinesser Abdis Gertrudis van Nijvel (626-659). Naast de Pfarrkirche St. Gertrud vinden we het Kriegerdenkmal met in rode zandsteen gehouwen beeld van een robuuste piëta met plaquettes waarop in WOI en WOII omgekomen Duitse soldaten.
Nadat we de auto hebben geparkeerd lopen de Hauptstrasse door tot we aan onze rechterzijde een Gildeboom zien. Het is hier het symbool van de traditie van de handelsgeest van de inwoners van Landscheid, die als rondtrekkende handelaren met hun goederen en handelswaren rond 1900 eerst met paard en wagen en later gemotoriseerd vanaf 1930 Europa in getrokken zijn. Dit beroep is nu zo goed als uitgestorven! Bij deze Gildeboom wandelen we naar links langs Bäckerei-Café Hubert Flesch de Eifelmarkering “Zu Weg Eifelsteig” volgend. Bäckerei-Café Hubert Flesch is ons genoegzaam bekend van de vertrekdag op zondag. Maar nu een start met koffie en gebak in dit etablissement laten we toch maar aan ons voorbij gaan. Het voetpad tussen de bebouwing door en voorbij aan een oud wegkruis uit 1686 brengt ons in de Maarstrasse. Deze lopen we uit tot aan de laatste bebouwing en hier komen we opnieuw op de markering van de Eifelsteig. Verder wandelend door het nu open terrein met naar het zuiden zicht op het dal van de Salm kiezen we de eerste veldweg naar rechts. Het onverharde pad leidt ons rechtstreeks naar het bos. We dalen af en met een ruime bocht ronden we de Scheibigenberg (302 m) hoog boven het dal van het riviertje de Kail. Onderweg hebben we een wijds uitzicht over dit beekdal met zicht op het dorpje Niederkail.
In een scherpe bocht naar links geeft een wegwijzer de juiste route aan en dalen snel af naar links langs een droge beekbedding en bereiken naar een paar honderd meter de bedding van de Kailbach. De route voert ons naar links voorbij aan een waterzuiveringsinstallatie en een verlaten steengroeve. Als we het bruggetje over de Kailbach gepasseerd zijn, gaan we naar rechts het bos in en met de bocht mee naar rechts komen we opnieuw in het dal van de Salm, die hier in het dichte dennenbos al flink in aangezwollen. De rotswanden zijn met mossen en varens bedekt, het is er vochtig en loofbossen en donkere dennenbos wisselen elkaar af. De waterloop van de Salm blijft voortdurend dichtbij. Als het riviertje verder van os weg verloopt, beginnen we aan een geleidelijke, maar gestadige klim en komen bij het verlaten van het bos in een open weidegebied met de bosrand rechts naast het voetpad. Op een kruising aangekomen, houden we links aan. Over het weiland zien we dat hier de Salm met een wijde bocht land een beboste helling weer dichterbij komt. Eenmaal weer in het dal komen we op het asfalt en steken we de Salm over, die nu parallel aan de route, ons naar Bruch begeleidt over In Kummerau. Na een paar honderd meter staan we in het centrum van Bruch op het kruispunt van de Schulstrasse, Wittlicher Weg en Salmstrasse bij de brug over de Salm. Hier op het pleintje Auf der Katz staat een waterbekken met twee kruiken, dat de herinnering levend houdt aan het verdwenen ambacht van aarden kruiken maken. Al in de 1722 richten 5 pottenbakker hier een gilde op, dat tot in 1918 blijft bestaan. Dan gaat het ambacht verloren en wordt het gilde van de pottenbakkers opgeheven. Wat rest is de onlangs gerestaureerde pottenbakoven uit de 17e eeuw.
De oorsprong van Bruch stamt wellicht uit de Romeinse tijd, zoals archeologische vondsten en restanten van een Romeins kerkhof doen vermoeden. Maar Bruch wordt het eerst vermeld in 1138 als in een oorkonde gesproken wordt over ene Fridelo de Brucha bij de stichting van het Klooster Himmerod. De geschiedenis van dit Eifeldorp is zo eng met deze familie von Bruch verbonden en hun burcht. Als omstreeks 1334 het geslacht von Bruch uitsterft, gaat de Heerlijkheid Bruch over aan Dietrich von Daun, die het tot 1423 in bezit heeft. In de 16e eeuw krijgt Bruch eigen rechtspraak. De galgen staan dan op de zogenaamde Galgenberg ten oosten van de burcht aan de oude weg naar Bergweiler. In de 18e eeuw zorgt de geografische ligging van het plaatsje aan het riviertje de Salm voor een merkwaardige situatie: het westelijk deel links van de Salm behoort aan het Hertogdom Luxemburg, het oostelijk deel rechts van de Salm behoort aan het Erzstift en Kurfürstentum Trier. Dit verandert als Bruch vanaf 1794 onder Frans gezag komt. Bij de Congres van Wenen in 1815 met de val van Napoleon komt Bruch bij het Koninkrijk Pruissen en maakt sinds 1946 deel uit va het Bundesland Rheinland-Pfalz .
Over de brug wandelen we de Schulstrasse in en gaan direct naar links en volgen de markering van de Eifelsteig op de westelijke oever van de Salm. Zo staan we onmiddellijk bij de onder monumenten staande oude door waterkracht aangedreven oliemolen, die na restauratie weer in bedrijf is. Deze oliemolen stamt uit de 19e eeuw, maar is toch een van de oudste watermolens in het stroomgebied van de Salm en staat al in een geschrift uit 1284 vermeld als banmolen. In 1882 is deze molen in gebruik als maalmolen, oliemolen en zaagmolen. Maar al in 1909 zorgt molenaar Molitor met de watermolen al voor elektrische energie voor zijn woning en sluit dan in 1913 een contract met de Gemeente Bruch voor de levering van elektrische stroom aan het dorp. Die levering van energie gaat in 1930 over aan de RWE. Omstreeks 1954 wordt de watermolen stilgelegd en omgebouwd. Een ingrijpende renovatie gebeurt in 1984/1985 en nu kun je maalwerk met kollergang en twee kantstenen, de oven en persen en het kamertje met inrichting van de molenaarsknecht nog bewonderen.
Dicht aan de oever over het jaagpad langs de Salm gaat de route naar de volgende brug waar we verder onze wandeling vervolgen op de K37, de Burgstrasse. We laten de bebouwing achter ons en staan dan voor de toegangspoort naar de burcht van Bruch, nu een Bed&Breakfast. Deze burcht wordt voor het eerst in de annalen vermeld in het jaar 1138 als bezit van Fridelo von Bruch. Het kasteel met zijn twee ronde slanke torens is in de eerste helft van de 13e eeuw gebouwd en is wellicht in 1243 voltooid en in die tijd omgeven met in ringmuur en gracht. Delen van die ringmuur en de voorburcht en het eigenlijke kasteel zijn behouden, maar ook schuur uit 1650, het Barokke wooncomplex , dat in1705 door de toenmalige bezitter Kasimir Friedrich von Kesselstatt (1664-1729) gebouwd is, en de stallen uit de tweede helft van de 19e eeuw. De burcht is tot in het midden van de 14e eeuw in bezit van de Heren van Bruch, gaat daarna over aan de Heren van Daun en komt in 1639 weer toe aan het Erzstift en Kurfürstentum Trier. Rond 1700 komen de burcht en Heerlijkheid Bruch door vererving in bezit van de Freiherrn von Kesselstatt. Na de inval van de Fransen wordt het kasteel verwoest en raakt daarna in verval. Vanaf 1995 zijn het echtpaar Förschner de trotse bezitters van hun inmiddels fraai gerestaureerde Burg Bruch met Bed&Breakfast.
Voorbij Burg Bruch blijven we de L50 volgen tot voorbij de afslag naar links richting Greverath-Gladbach. Over de brug van de Gladbach verlaten we de Salmvallei en gaat het voetpad van de Eifelsteig naar rechts het bos in en beginnen we aan een klimmetje. We moeten opletten rechtdoor te wandelen op het punt waar het lijkt dat het bospad naar rechts gaat. We blijven stijgen en volgen de routemarkering van de Eifelsteig door het eiken- en beukenbos. Verderop daalt het voetpad weer en op een zandweg aangekomen komen we bij een beekje in het dal. Het gaat op en neer. Als het bospad bij een zijdal naar links gaat, dalen we naar rechts tot in het dal en steken een beekje over. We vervolgen onze route in de helling van de Gladbach tot we de Gladbach zijn overgestoken en over het asfalt het dorp inwandelen. De weg naar de sporthal is ons bekend en zo staan we in een oogwenk bij de auto. Het is inmiddels bijna 13.00 geworden en kunnen zo toch op tijd in Dodenburg terug zijn voor het middageten. De weergoden laten zien dat we precies op het juiste moment op het eindpunt zijn aangekomen: de hemelsluizen worden opengezet, maar wij zitten droog!
In Pension Oeffling genieten we nog van een heerlijke middagmaaltijd en dan wordt het tijd om de auto te pakken. In de wetenschap dat Lorenz en Wilma hun bagage in Landscheid moeten ompakken, is het aan Bert om even goed te kijken hoe de spullen in de auto gaan. Maar met zo’n grote “Zweedse voiture” is dit geen probleem. We nemen afscheid van Mathilde en Paul Oeffling en houden in gedachten om wellicht ook volgend jaar als afsluiting van het hele traject van de Eifelsteig bij hen neer te strijken. Ze hebben immers een prima visite kaartje achter gelaten. Wij tevreden, zij tevreden! Voor de laatste keer rijden we naar Landscheid waar de auto van Lorenz wacht en we afscheid nemen van elkaar. Lorenz en Wilma gaan op weg naar Enschede, Bert, Marion en Charles maken nog een klein uitstapje naar de Aldi in Wittlich. Deze ligt gelukkig dicht aan de snelweg en hierdoor is er weinig oponthoud. Of de ingeslagen drank voldoende is tot aan de volgende wandeldagen in de Eifel, blijft een open vraag. Daarna over de BAB60 terug naar Luik en Nederland. Zo zijn ook Bert, Marion en Charles rond de klok van 19.00 uur in Loon op Zand en is Zevenbergen ook niet ver meer.
Tot slot: We kunnen opnieuw terugkijken op heerlijke wandeldagen, waarbij het weer misschien iets vriendelijker heeft mogen zijn. Maar het gemis, dat Peter er niet meer bij zal zijn, heeft ons meer bezig gehouden en enigszins weemoedig gestemd. Het zal nooit meer hetzelfde zijn!
Charles Aerssens
4 november 2012
Lange Afstand Wandelvereniging "VIA-VIA".
Gegenereerd op 04-11-2012 door C.P.J. Aerssens