© L.A.W.V.VIA-VIA

De maand juni levert altijd enige problemen op om een geschikte woensdag te plannen voor onze maandelijkse wandeldag. De examenperiode op het Hanze College is dan vaak een spelbreker. Dit jaar betekent dit, dat we pas tegen het einde van de maand op pad kunnen. Gekozen wordt voor 22 juni, precies gelegen tussen de examenvergadering en de herexamenuitslag. We hebben dus alle tijd om na te denken over een geschikte wandelroute. Nadat we bij de opening van het nieuwe Wandelroutenetwerk Hart van Brabant op 25 mei ook vernomen hebben dat het wandelroutenetwerk rondom Oosterhout opnieuw in kaart is gebracht en officieel in gebruik wordt genomen op 5 juni 2011, kiezen we op advies van Peter voor een rondwandeling in de Brabantse Biesbosch. Op de fiets heeft hij al een verkenningsrondje uitgevoerd. Nu nog de wandelaars mobiliseren!

Op woensdagmorgen zijn om 8.00 uur bij Peter in Den Hout Jan Willem en Charles present. Marlien moet door omstandigheden afhaken. De nieuwe kaart van Wandelroutenetwerk Wijde Biesbosch Noord wordt nog even bestudeerd en na de koffie gaat het via de A27 naar Werkendam en over de lange Bandijk richting Biesboschmuseum. Jan Willem is vandaag de chauffeur die ons uit en thuis zal brengen. Het zijn 6 kilometers, die ons langs de Nieuwe Merwede door het gehucht Kievietswaard naar het startpunt zal brengen bij wandelknooppunt 20. Voor de auto is er een geschikte parkeerplaats en gepakt en gezakt zijn we voor de klok van 9.00 uur op weg.

© L.A.W.V.VIA-VIA

De route van deze dagwandeling voert ons rond de voormalige Polder Oude Hardenhoek, waar een paar jaar geleden de velden in de polder nog vol met suikerbieten hebben gestaan. Nu is het gebied al gedeeltelijk aan de rivieren prijs gegeven en onderwater gekomen, ontstaan bij het ontpolderen van de Noordwaard in het kader van “Ruimte voor de Rivier”, een grootschalige waterbergingsmaatregel. De bijna-overstromingen van 1993 en 1995 hebben dit in gang gezet! Hiervoor is de dijk aan de rivierzijde van de polder verder landinwaarts verlegd. Er zijn geulen gegraven, bruggen en wegen aangelegd en buitendijken doorgegraven om water in de voormalige Polder Oude Hardenhoek toe te laten. Het gaat het om een enorm gebied, inclusief buitendijks gebied, met een oppervlakte van 4450 hectare, dat in tijden van hoogwater 'doorstroombaar' wordt. Bij dit project gaat het vooral om het benedenrivierengebied. Het bestaat uit delen van de Lek, de Boven en Nieuwe Merwede en de Bergsche Maas. Ook Nationaal Park De Biesbosch ligt in dit gebied en heeft dus met het project te maken. De inrichting van de Noordwaard is nu zo aangepast dat rivierwater er doorheen kan stromen.

We vertrekken vanaf wandelknooppunt 20 aan de noordzijde van de voormalige Polder Oude Hardenhoek over het fietspad op de Bandijk in westelijke richting. Aan de topografische kaart en Google Map heb je niets, want deze kaarten lopen altijd een paar jaar achter en geven nog de oude situatie van een droge Noordwaard aan. Gelukkig is de nieuwe kaart van het Wandelroutenetwerk Wijde Biesbosch Noord up-to-date en geschikt voor onze wandeling. Aan de binnenzijde van de dijk is goed te zien dat even verderop in de begroeiing enkele nu verdwenen boerderijen moeten hebben gelegen, die in de periode 1995 tot en met 2006 zijn afgebroken. Dan betreden we door een klaphekje het 4 hectare grote landschapskunstwerk “wassende maan”, dat de verandering in het polderlandschap symboliseert. Op verzoek heeft de Nieuwe Brabantse Kunst Stichting dit kunstproject ontwikkeld en de kunstenaar Paul de Kort heeft het bedacht. Het bestaat uit dijken en geulen waarin de waterstanden steeds wisselen. Het labyrint met een geometrisch meanderend patroon vertelt het verhaal van de wisselende inzichten op waterstaatkundig gebied, die in de loop der tijd het uiterlijk van de Biesbosch hebben bepaald. Zo is deze doolhof een zeer bruikbare metafoor voor de eeuwenlange strijd met het water. Maar, geeft de kunstenaar aan, het zijn de seizoenen, het klimaat, het weer en het getij die in hun gezamenlijke rituele dans, uiteindelijk de richting bepalen. Vanaf een verhoogde sikkelvormige dijk als uitzichtpunt kun je als wandelaar het kunstwerk overzien. Maar wil je het zelf ervaren, dan merk je meteen dat er maar één weg terug is! De bedoeling is dat het kunstwerk alleen de eerste jaren netjes wordt onderhouden. Daarna mag het worden verwaarloosd en zullen de contouren geleidelijk vervagen.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Terug op de Bandijk en verder wandelend komen we bij weer een opmerkelijk landschapskunstwerk. Door het klaphekje en over een oud betonweggetje bereiken we de Panoramatafel van Jeroen Hoogstraten, een uitgekiend architecturaal ontwerp, dat uiterst functioneel in gebruik is. Deze tafel op poten met 360 graden zicht op de Noordwaard, fungeert zowel als uitkijkpunt waar je het omliggende landschap kunt ervaren en als bijzonder vormgegeven picknicktafel. Normaal geeft een panoramatafel aan wat er omheen te zien is. Staand achter het bord kun je het landschap lezen. Bij dit panorama is juist middenin een kaart geplaatst waarop de verdeling tussen binnen- en buitendijks gebied is aangegeven zoals die eruit zal zien als het natuurontwikkelingsgebied klaar is. Deze panoramatafel en picknicktafel bieden ruimte aan ongeveer 10 personen. De heldere constructie, de effectieve indeling en het eerlijke gebruik van staal en hout maken van deze uitkijkpost en rustplek een opvallend kunstwerk. Het is bewust zo geplaatst dat het bij hoog water lastig is te benaderen. Het is zo een vooruitgeschoven post in het nieuwe krekenstelsel, ideaal voor vogelspotters

Verder wandelend over de Bandijk komen we aan de nieuwe Bandijkbrug Ooievaar 2006, ruim 90 meter lang en 13 meter breed en aangelegd om het rivierwater vanuit de Nieuwe Merwede via de Spieringpolder door gegraven stroomgeulen de Noordwaard en de Oude Hardenhoek Polder binnen te laten stromen. Op de brug ligt een aparte fietsstrook van 3 m breed aangelegd en bij het ontwerp van de brug is uitgegaan van een hoge landschappelijke inpassingkwaliteit, die de natuurlijke horizon niet mag verstoren. De brug heeft dan ook een ingetogen en eigentijdse vormgeving en de brugleuningen komen op afstand transparant over. Het kleur- en materiaalgebruik zijn rustig gehouden en omdat uitgegaan is van een onderhoudsarm ontwerp zijn het betonnen bruggen geworden. Op 7 mei 2008 heeft Prins Willem Alexander hier de officiële opening verricht van de ontpoldering van de Noordwaard.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Hier op de brug hebben we naar het noorden ook goed zicht op de Boven en Beneden Spieringpolder, eigendom van Staatsbosbeheer, 62 hectare groot en voormalig landbouwgebied. Door de nieuw gegraven kreken heeft het water aansluiting op de Nieuwe Merwede en kan vrij ongestoord de Noordwaard instromen bij hoogwater. Op het buitendijks gelegen gebiedje heeft vanaf 1887 tot aan 1945 een volkskeet gestaan van de maatschap zalmzegenvisserij 'De Nieuwe Merwede'. Van deze zalmzegenvisserij rest alleen nog de toen aangeplante populierenrij net ten oosten van de veerpont Kop van t Land. Deze volkskeet werd in 1945 door de Duitsers opgeblazen. Net voorbij de Brug komen we aan de afslag waar het verkeer naar rechts de veerpont aan de Kop van ’t Land overgaat richting Dordrecht. Onze route gaat hier rechtdoor tot aan de 3-sprong naar de Spieringsluis bij wandelknooppunt 10. We kiezen voor de route naar de Spieringsluis richting wandelknooppunt 80.

Deze Spieringsluis met ophaalbrug verbindt de Nieuwe Merwede met de kreken en vaarten in de Biesbosch. De sluis dateert oorspronkelijk uit 1862. Uit die tijd stamt ook de naam Spieringsluis, die vermoedelijk te maken heeft met de aanwezigheid van spiering in de Biesbosch, van oorsprong een visrijk gebied. In 1944 aan het einde van WOII blazen de Duitse troepen de sluis op. De huidige sluis is gebouwd in 1952-1953 door de Bredase weg- en waterbouwaannemer Rasenberg en heeft een bescheiden omvang. Toch heeft de Spieringsluis iets heel bijzonders. In 2000 moeten de houten deuren worden vervangen en het is de eerste sluis in Nederland met kunststof sluisdeuren. Als Rijkswaterstaat als beheerder op zoek is naar mogelijkheden om de steeds hoger wordende onderhoudskosten te drukken, wordt gekozen voor kunststof sluisdeuren. Deze hebben mogelijk een grotere duurzaamheid ten opzichte van de traditionele deuren en zo zijn hier deuren van zogenaamde vezelversterkte kunststoffen toegepast, ofwel glasvezel met polyesterhars. Bovendien vragen ze veel minder onderhoud en ze hebben een laag gewicht vergeleken met de oude deuren: 5.100 kilo in plaats van 14.000 kilo per stuk. Het nadeel van een hogere prijs van de kunststof deuren – ze zijn € 50.000 duurder in aanschaf - wordt daarmee naar verwachting ruimschoots gecompenseerd. De Spieringsluis is nu alleen in gebruik door de pleziervaart. Het schutten is nodig, omdat het waterpeil van de Nieuwe Merwede meestal hoger staat dan dat van de Biesbosch.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Even voorbij de Spieringssluis aan de jachthaven vinden we een tweetal horecagelegenheden: Hotel Restaurant De Brabantse Biesbosch en Jachthaven Café Oversteeg. Het asfalt blijven we volgen in zuidelijke richting en de Spieringsluis gaat over in de doodlopende Deeneplaatweg, die uitkomt op de Deeneplaat en Deenepolder, het meest zuidwestelijke gelegen punt van de Brabantse Biesbosch, waar de Nieuwe Merwede en de Amer bij elkaar komen. Als na 1839 hier de zandplaat zo vaak droog valt, besluit men om het droogvallende gebied te omkaden met dijken. De naam Deeneplaat verschijnt voor het eerst op een kadastrale kaart van 1850. Het gebied dankt zijn naam aan de kleine zwanen, die in de omgeving van de Biesbosch “deenen” worden genoemd. Het westelijk deel wordt ingericht als griend en het oostelijk deel als weiland of bouwland en wordt later ook met wilgen aangeplant. De griendwerkers verblijven er in zogenaamde schrankketen, hutjes van hout en riet, armzalige onderkomens voor het zware werk van de “grienduilen”. Door het Ketenbesluit van de overheid in 1924 worden dan enkel nog houten of stenen griendketen gebouwd. Op de Deeneplaat staan nog twee griendketen: een houten van 1912 en een stenen uit 1935. De stenen griendkeet, door griendwerkers ook wel 'fantenkeet' genoemd, is ooit gehuurd door oud hoofdredacteur van de krant 'Het Vrije Volk' en TV-presentator Herman Wigbold om er met journalisten te vergaderen over problemen en ze mochten pas van de Deeneplaat af als ze opgelost waren. De houten griendkeet, Zwarte keet genaamd, is in het jaar 2000 “heropend” na in originele staat te zijn gebracht door enthousiaste vrijwilligers van het informatiecentrum in Drimmelen.

Aangekomen bij wandelknooppunt 80 wijst de route van het Jantjespad naar rechts met steile traptreden over de dijk. De route van het Jantjespad is een kleine rondwandeling van 3,5 kilometer door een griendbosje op de zuidoever van de Nieuwe Merwede. Dit door Staatsbosbeheer aangelegde wandelpad leidt ons door twee typische Biesboschlandschappen. Zo gaat het eerste deel van de route door een buitendijks gelegen aanwas met doorgeschoten griend waar de knotwilgen van weleer inmiddels hebben plaats gemaakt voor een ruig wilgenvloedbos. Vroeger heeft het buitendijkse deel van het wandelpad bestaan uit wilgenakkers en er werd hier rijshout geoogst door het knotten van wilgen. Dit rijshout is gebruikt voor uiteenlopende toepassingen. Na het beëindigen van de griendcultuur in de jaren 50 en 60 van de vorige eeuw is deze griend verworden tot een wilgenvloedbos. In het vloedbos vind je veel brandnetel en reuzenbalsemien maar ook de reusachtige berenklauw en ook de zeldzame spindotter komt er voor. Het pad verloopt dwars door het ruige en zompige gebied waarbij we regelmatig een prachtig vergezicht hebben over de brede rivier de Nieuwe Merwede. Weer terug over de dijk en de Deeneplaatweg wandelen we tussen weilanden en akkerland gaat over de dijkjes van de Polder Jantjesplaat. Deze polder 65 hectare grootte polder wordt nu van bouwland omgezet naar grasland om zo tot een populair gebied voor ganzen te worden waarvan er in de winterperiode duizenden in de Biesbosch verblijven. Op de dijk langs het Gat van de Hardenhoek komen we aan de Jantjes Keet, een authentieke boerderij met paardenstal midden in het natuurgebied van de Polder Jantjesplaat en nu te huur als vakantiehuis met 12 slaapplaatsen. Vanhier leidt het halfverharde pad ons terug naar wandelknooppunt 80 aan de Deeneplaatweg.

© L.A.W.V.VIA-VIA

De route leidt ons over de Deeneplaatweg terug naar de Spieringsluis. Onderweg hebben we een verrassende ontmoeting met een scooterrijder en zijn duopassagiere, die de indruk wekken de weg te zoeken. Het blijkt Kees Thies, verslaggever en columnist van het AD regio Dordrecht, met collega te zijn. Ze zijn op weg naar Geertuidenberg en hier achter de Spieringsluis terecht gekomen op de doodlopende Deeneplaatweg. Als “kenner” van de streek zou je op zijn minst mogen verwachten dat hij op zijn vrije dag bevers gaat spotten, of op zoek is naar pandaberen! Een gezellig praatje volgt en gewapend met de kaart kunnen we hen duidelijk maken dat ze beslist een andere route moeten nemen om hun einddoel te bereiken. Wij weten in elk geval wel hoe onze route van vandaag verder loopt! Maar eerst is er tijd voor een kopje koffie met appelgebak in Jachthaven Café Oversteeg. Dat hebben we wel verdiend.

Terug over de Spieringsluis bij wandelknooppunt 10 op de kruising van de Bandijk en de Hilweg wandelen we even naar rechts en betreden bij wandelknoopunt 11, de weg overstekend door het klaphekje, de al deels ontpolderde Oude Hardenhoek Polder. Door deze nieuwe natuurontwikkeling zijn weer nieuwe natte gebieden aan de Biesbosch toegevoegd. Ieder plekje krijgt hier nu zijn eigen bijzondere flora en fauna door het inlaten van water bij overvloedige regenval of hoge rivierwaterafvoer. Hierbij wordt gepoogd een dusdanig peil te bereiken waarbij greppels en ondiepten vol water komen te staan en de wat hogere delen net droog blijven. Duidelijk is al te zien dat zulke kletsnatte terreinen ervoor zorgen dat duizenden ganzen en honderden eenden zoals slobeend, pijlstaart, krakeend en wintertaling overnachten in dit gebied. Over een dijkje wandelen we door dit nieuwe natuurgebied en komen in het gebied dat al 1807 op de topografische kaart van het Kadaster staat aangeduid als de Pannekoek, in de buurt van het Biesboschmuseum en aan het Gat van Lijnoorden. In 1953 ondergaat het gebied een dramatisch verandering als gevolg van een dijkdoorbraak. De kades worden niet meer hersteld en er worden sloten aangelegd voor de afvoer van griendhout. Het gebied krijgt hiermee een meer open karakter.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Zo bereiken we het kunstwerk ”Uitkijk op het Landschap” van Urs Pfannenmüller met zicht naar het noordoosten op de nu voor een deel ondergelopen Oude Hardenhoek Polder. Het meer dan tien meter lange bouwsel bestaat uit ribben van betonijzer en verzinkte, stalen wapeningsnetten en verlokt de wandelaar er naar toe te lopen, het te bekijken en erin te lopen. Aan de smalle kant van het kunstwerk is een verhard pad aangebracht met een laag bankje. Vanaf deze zitplaats biedt het kunstwerk de wandelaar een andere, gekaderde, blik op de natuur. Het nodigt uit tot een minuut van stilte en bezinning. De afstand tussen de ijzeren bogen zorgt voor een open, heldere opbouw en structuur van het beeld, waardoor het, ondanks het industriële materiaal, een vanzelfsprekend element wordt in de natuur. Het beeld, bewust gepresenteerd als een kunstmatige ingreep in het landschap, verwijst naar begroeide looppaden in parken (berceaux) en creëert op deze manier een opvallend aandachtspunt voor de door mensenhand gemaakte natuur.

Vanaf het kunstwerk ”Uitkijk op het Landschap” van Urs Pfannenmüller brengt de route ons terug naar de Hilweg bij wandelknoopunt 84. We wandelen even naar links tot wandelknooppunt 83 om daar dan naar rechts over de dijk het smalle tegelpad langs de picknickplaats te volgen. Dit voetpad maakt deel uit van het blindenbelevingspad met start bij het Biesboschmuseum. Dit wandelpad is 600 meter lang en heeft een geleiding waardoor blinde- en slechtziende mensen zelfstandig de natuur kunnen beleven. Tijdens hun wandeling geeft een geluidsdrager informatie en opdrachten. Wij volgen dit pad naar links langs de aanlegsteiger van de fluisterboot en komen dan bij het Biesboschmuseum. Voor de ingang van het museum staat het bronzen beeld van de Biesboschwerker (1994), een wijzende man, knielend op een kist, gemaakt door Jaap Hartman. In dit natuurmuseum wordt op levendige wijze in beeld gebracht hoe de Biesbosch zich heeft ontwikkeld na de St. Elisabethvloed van 1421 en op welke wijze de mens vanaf die periode tot nu zijn brood in dit waterrijk gebied verdiend heeft. Hoe de griendwerkers, de rietsnijders, de biezenvlechters, de jagers, de eendenkooikers en boeren op afgelegen boerderijen er een karig bestaan hebben gehad. Zo wordt er aandacht besteed aan de jacht, de visserij, de griend- en rietcultuur en de geschiedenis. Ook het verzet in de Tweede Wereldoorlog in de Biesbosch komt uitgebreid aan bod. Ook de dieren, zoals de bevers, en planten staan centraal.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Vanaf het Biesboschmuseum gaat de route bij wandelknooppunt 85 oostwaarts richting wandelknooppunt 20. Bij de 3-sprong bij Waterwinbedrijf Brabantse Biesbosch volgen we Lijnoorden. Over het verharde fietspad langs enkele afgelegen moderne optrekjes komen we in de Polder Maltha. Deze polder is in 1996 in bezit gekomen van Staatsbosbeheer en hier ontwikkelt zich op dit moment een “wetland”. Na jarenlang intensieve landbouw heeft de polder in 1996 een waterberging- en natuurontwikkelingfunctie gekregen met diepe en ondiepe kreken met spectaculaire nieuwe natuur met pioniersplanten als bruine cypergras, moerasandijvie, slijkgroen en verschillende soorten biezen. In het gebied bevinden zich vele vogels zoals de grote zilverreiger, de groenpoot- en zwarte ruiter watersnip, diverse soorten eenden en ganzen, die zich prima thuis voelen in de kreken tussen het steeds hoger opschietende bies en wilgenstruweel. Het fietspad bereikt de overzijde van de nieuwe kreek in Polder Maltha via een moderne brug met een lengte van 162 meter en 3.5 meter breed. De peilers en jukken zijn van beton, de liggers van staal en het brugdek bestaat uit planken.

Net achter de fietsbrug verlaten we de Lijnoorden en beklimmen naar links de dijk, die in noordelijke richting met gezicht over een wildernis van half onder water staande moerasbossen loopt en ons naar het westen het zicht op het Gat van Lijnoorden ontneemt. Naar het oosten hebben we zicht op de vlakke lege Polder de Kroon en de Zalm, het nu nog droge deel van de Noordwaard. Over het graspad op de brede dijk waar de schapen ruim baan hebben, zien we verderop de Koningin Wilhelmina Hoeve, die tot 1973 als boerenhoeve toebehoord heeft aan de Kroondomeinen. Van oudsher hebben de Prinsen van Oranje landerijen in de Biesbosch in bezit gehad, zoals ook de Koningin Sophia Hoeve, de voormalge Koningin Anna Paulowna Hoeve en de Koningin Emma Hoeve. Bij de aanstelling van Willem I tot koning van Nederland in 1815 wordt hem o.a. een deel domeingoederen gegeven die dan een zuiver inkomen hebben van fl. 500.000,-. Tot die goederen behoren ook.1280 hectare domeingronden in de Biesbosch. Bij de wijziging van de grondwet in 1848 geeft Willem II het eigendom van deze bezittingen terug aan de Staat onder de voorwaarde dat de opbrengsten voor de Kroon zijn. De zogenaamde Kroondomeinen. In 1973 geeft Koningin Juliana haar rechten over aan de Staat en nu is meer dan 86% van het gebied in bezit van particulieren gekomen en behoort Staatsbosbeheer tot één der grootste grondbezitters in het gebied.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Het graspad over de dijk brengt ons tot aan het Gemaal Boomgat, dat het Gemaal Lijnoorden tegenover het Biesboschmuseum vervangt. Het gemaal zorgt via de kreek Gat van Lijnoorden voor de aan- en afvoer van water uit het landbouwgebied van de Polder de Kroon en Zalm en de daaraan grenzende polders verder oostwaarts via de kreek Boomgat. Verder noordwaarts zien we links van ons de Koningin Emma Hoeve, gebouwd tussen 1880-1890. Hier zijn we weer in het open landschap en voor ons hebben we het wijds panorama van de ontpolderde Oude Hardenhoek Polder. Aan het einde van deze hoge dijk met fietspad bereiken we aan de Bandijk wandelknooppunt 20, waar we onze dagwandeling gestart zijn.

De rit terug naar Den Hout is nog slechts een peulenschilletje. Bij Peter thuis wordt nog even de dagwandeling besproken en we kunnen de conclusie trekken dat het een geweldige wandeldag is geweest, waarbij we op wat meer zon gerekend hebben. Maar helaas. Onder het genot van een biertje zetten we voorlopig onze wandelactiviteiten een paar maandjes in de ijskast. We trekken immers allemaal in deze vakantieperiode de wijde wereld in. Volgende afspraak is de tweejaarlijkse zomerwandelweek half augustus. Dan gaan de mannen broeders van het eerste uur naar Duitsland om er van 14 augustus tot 20 augustus de Malerweg te wandelen.

Charles Aerssens
2 Juli 2011



Lange Afstand Wandelvereniging "VIA-VIA".

Gegenereerd op 02-07-2011 door C.P.J. Aerssens