STADSWANDELING DOLE
CIRCUIT DU CHAT PERCHÉ

© L.A.W.V.VIA-VIA
Dijon - Routemarkering van het Circuit du Chat perché

De stad Dôle, gelegen op de uitlopers van een heuvelrug in de westelijke Jura waar de Doubs en het Canal du Rhône au Rhin bij elkaar komen, is de voormalige hoofdstad van de Franche Comté tot dat gebied aan Frankrijk wordt toegevoegd bij de Vrede van Nijmegen (1678). Dole is altijd het symbool geweest van het verzet tegen de Fransen. Het gebied heeft lang een betrekkelijke onafhankelijkheid gekend. In 1155 erft Frederik I Barbarossa (1122-1190) uit het huis Hohenstaufen de Franche Comté en het maakt dan deel uit van het Roomse Rijk. Sinds de 14e eeuw behoort het toe aan de Hertogen van Bourgondië om daarna nog verschillende malen in andere handen over te gaan, totdat het in 1678 definitief bij Frankrijk wordt gevoegd bij de Vrede van Nijmegen (1678).

Ofschoon hier altijd Frans is gesproken, ziet de bevolking niets in de Franse absolute monarchie en zo komt die onafhankelijkheid van Frankrijk Dole door de eeuwen heen duur te staan. Er volgt een lange geschiedenis van militaire gevechten met de Fransen en de stad wordt een aantal keren belegerd. In 1479 wordt de stad veroverd door de Franse koning Lodewijk XI (1423-1483) en in de brand gestoken en vanaf dat moment start het verzet van de inwoners van Dole. Als Dole in 1636 opnieuw door de Fransen belegerd wordt, ditmaal onder leiding van Kardinaal de Richelieu (1585-1642), die de feitelijke macht heeft onder Lodewijk XIII (1601-1643), kunnen de Franse troepen het verzet niet breken en de inwoners vieren dit als een grote overwinning. Op het vlak van de buitenlandse politiek delen Lodewijk XIII en Kardinaal de Richelieu de visie dat de grenzen van het Franse koninkrijk moeten samenvallen met die van het vroegere Gallië. Dit idee leidt nog twee maal tot een nieuwe bezetting door de Fransen onder Lodewijk XIV (1638-1715) in 1668 en 1674, waaruit uiteindelijk de definitieve verovering van de Franche-Comté door Frankrijk volgt en met de Vrede van Nijmegen (1678) wordt Dole ingelijfd bij Frankrijk.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Dole - Zicht op de Église Notre Dame
Maar Dole heeft ook een rijke geschiedenis en draagt het label “Stad van Kunst en Geschiedenis”. Hier is al in 1423 door de Hertog van Bourgondië een universiteit gesticht, die in 1691 door Lodewijk XIV verplaatst wordt naar Besançon. Het pittoreske autoloze centrum van de oude stad is een mooie historische wijk met middeleeuwse straatjes gelegen rond de 16e eeuwse Église Notre Dame, die al van verre met zijn 74 meter hoge toren het stadsbeeld bepaalt. Je vindt er huizen uit de 15e – 18e eeuw en stille binnenplaatsen, de wijk van de leerlooiers, het Hôtel Dieu en het geboortehuis van Louis Pasteur (1822-1895). We komen langs het Hôtel Froisard (16e -17e eeuw) en het voormalige Collège de l'Arc van de Jezuïeten en vanaf de Place aux Fleurs hebben we een goed uitzicht over de oude stad. Iedere straat en ieder monument herinnert aan het dagelijkse leven van de notabelen, geestelijken, ambachtslieden en winkeliers die de oude hoofdstad van de Franche Comté zo bekend gemaakt hebben.



ROUTEBESCHRIJVING STADSWANDELING DOLE

We vertrekken voor onze stadswandeling Circuit du Chat Perché door Dole vanaf de Place Nationale Charles de Gaulle. Aan dit plein ligt de Église Notre Dame, die dateert uit de 16e eeuw en is gebouwd tussen 1509 en 1586 op de ruïnes van een eerdere eenvoudigere kerk, die in 1479 is verwoest. De Église Notre Dame domineert met zijn 75 meter hoge toren het stadsbeeld en is een van de belangrijkste religieuze bouwwerken van de Franche Comté met een klassieke plattegrond van een Latijns kruis, gebouwd in de stijl van de Gothiek met flamboyant elementen. Opvallend is het Renaissance portaal van Hugues Le Rupt (1565). Binnen zien we dat in het hoge schip met ronde pilaren en kruisgewelven het voormalige oksaal achter in de kerk nu dienst doet als orgeltribune. Het orgel (1754) is van de Zuid-Duitse orgelbouwer Karl Joseph Riepp (1710-1775). Het interieur bevat een aantal mooie elementen uit de tijd van de Renaissance: het wijwatervat en de preekstoel van Denis le Rupt uitgevoerd in marmer uit Sampans, en de graftombe van Jean Carondelet (1428-1502). Aan de zijmuren van het middenschip hangen hoog een twaalftal 18e eeuwse monumentale schilderijen van Laurent Pécheux (1729-1821). Opvallend is rechts naast het koor de Sainte Chapelle van Hugues Le Rupt (1609-1614), gebouwd door de broederschap van advocaten op Romeinse zuilen, die in 1550 gevonden zijn, met bogen en fronton waar we ook de patroon van de advocaten St. Yves zien. Hier wordt ook de wonderbaarlijke H. Hostie van Faverney in een schrijn bewaard. De geschiedenis van dit voorval wordt uitgebeeld in de glas-in-lood vensters.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Dole - Église Notre Dame
Op de Place Nationale Charles de Gaulle zien we aan de westzijde de overdekte markt. Deze Hallen (1883) zijn van het type “Baltard”, volgens de ideeën van de Franse architect Victor Baltard (1805-1874) gebruik makend van imposante ijzerconstructies voor overdekte markthallen. Naar links verlaten we het plein door de smalle steeg en komen in de Rue Granvelle, die we naar rechts vervolgen. Op de hoek met de Rue Pasteur staat een oud en statig herenhuis, het Hôtel de Champagney. Door de grote toegangspoort met timpaan hebben we zicht op bouwwerk met links een deels Middeleeuws torentje met wenteltrap en een vierkant trappenhuis met leuningen rechts. Even verderop verdwijnt de route van het Circuit du Chat Perché naar links onder de grond door de Passage Rainaud III om door een smal gewelfd gangetje uit te komen bij de Grande Fontaine. Het is een ongewone, mysterieuze plek voor een bron, die al vanaf 1274 bekend is en gevoed wordt door de kalklagen vanaf de Mont Roland ten noorden van Dole en hier aan het oppervlak treedt. Het Lavoir is aangelegd in de 18e eeuw en heeft Franse schrijver Marcel Aymé (1902-1967) geïnspireerd voor zijn roman “Le moulin de la Sourdine”. Door de onderaardse gangen bereiken we het Canal des Tanneurs en steken het bruggetje over naar de Jardin des Chevannes, gelegen op een schiereiland tussen het Canal des Tanneurs en Canal du Rhône au Rhin.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Dole - Canal des Tanneurs
We wandelen door de Jardin des Chevannes in noordoostelijke richting met zicht op het Canal du Rhône au Rhin waar de pleziervaart kan afmeren. Deze tuin dankt zijn naam aan de hennepteelt, die hier in de Middeleeuwen geweest is voor de fabricage van linnen en touw. Nu vinden we hier een tuin met medicinale kruiden. Aan het einde van het schiereiland leidt een voetgangersbruggetje ons opnieuw over het Canal des Tanneurs. We zijn hier aan de achterzijde van de hoge smalle huizen, die vanaf de 13e eeuw de wijk van de leerlooiers vormt. De looikuipen bevinden zich hier op het niveau van het water, dat zo noodzakelijk is geweest voor het looiproces. In de 19e eeuw is dit ambacht hier verdwenen, maar in een enkel pand zijn de looikuipen behouden gebleven. Naar rechts door een smal trapgangetje komen we in de Rue Pasteur en staan naar rechts bij het geboortehuis van Louis Pasteur (1822-1895). In dit 18e eeuwse huis is deze beroemde inwoner van Dole geboren, maar die opgroeide in Arbois. Louis Pasteur is een Frans scheikundige en bioloog, die vooral bekend geworden is vanwege de naar hem vernoemde pasteurisatietechniek en zijn ontdekking van het vaccin tegen hondsdolheid. Zijn vader vestigt zich hier in 1816 als leerlooier. In de kelder van het pand zijn nu nog een tweetal looikuipen te bezichtigen en enkele gereedschappen die bij het leerlooien gebruikt worden. In het huis is een museum ondergebracht die de herinnering aan Louis Pasteur levendig houden.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Dole - Borstbeeld Louis Pasteur (1822-1895)
Verderop in de Rue Pasteur passeren we aan onze rechterzijde het Maison des Orphelins, een voormalige liefdadigheidsinstelling, gebouwd aan het eind van de 17e eeuw door Comte Jean Ignace de Froissard Broissia (1627-1694), waar wezen uit Dole gratis een opvoeding kregen. Nu is er een informatiecentrum gevestigd. De route gaat verder en op de T-splitsing slaan we naar links de Rue de la Bière in tot op het kruispunt met de Avenue Marcel Aymé. Naar rechts in de Avenue Marcel Aymé komen we langs het pand waar de Franse schrijver Marcel Aymé tijdens zijn jeugd als wees van 1910 tot 1919 op nummer 3 door zijn tante Léa is opgevangen. Bij de Avenue Jean Jaures steken we over en komen in een parkachtige omgeving van de Cours Saint Mauris. Een slingerpad leidt ons omhoog naar een plateau en we komen voorbij grotten en bronnen met speelse waterlopen naar een ontwerp (1876-1877) van de uit Besançon afkomstige landschapsarchitect Brice Michel. Boven op het plateau aangekomen hebben we naar het zuiden zicht op de Doubs en de kanalen, die langs de stad lopen, en aan de horizon verrijst het Forêt de Chaux met een oppervlakte van meer dan 20.000 hectare loofbos.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Dole - Standbeeld Louis Pasteur (1822-1895) l'Humanté soufrante et la Science (1902)
Het stadspark Cours Saint Mauris is omstreeks 1690 aangelegd net buiten de toenmalige stadsgrens van Dole op de oude vestingwallen, die op bevel van de Zonnekoning Lodewijk XIV zijn verwoest en afgebroken na de definitieve verovering van de Franche-Comté door Frankrijk, als Dole bij de Vrede van Nijmegen (1678) wordt ingelijfd bij Frankrijk. Het park geniet de belangstelling van de bevolking om de zuivere lucht en het uitzicht op het Forêt de Chaux en de bergen in de omgeving. Het park is opgefleurd met een groot aantal beelden, waarvan het meest bekende dat van Louis Pasteur is. Dit beeld waarop we Louis Pasteur zien, omringd door een tweetal vrouwenfiguren en twee kinderen domineert de promenade. Het is uit 1902 van de kunstenaars Jean Antonin Carlès (1851-1919) en Léon Chifflot (1868-1925).

© www.fontainesdefrance.info
Dole - Place Jules Grévy met fontein "Le Doubs et la Loue" van de kunstenaar Pierre Duc (2000)
Als we het park aan de noordzijde verlaten, staan we op de Place Jules Grévy, vernoemd naar een bekende inwoner van de Jura. François Judith Paul Jules Grévy (1813-1891) is van 1879 tot 1887 de derde president van de Derde Franse Republiek geweest. Op dit plein staat in het midden een opmerkelijk kunstwerk, een fontein van de kunstenaar Pierre Duc (2000) voorstellend de Doubs en de Loue in de figuren van een jongen en een meisje gezeten op een wereldbol. Aan dit plein vinden we ook het plaatselijk VVV-kantoor. We verlaten de Place Jules Grévy en volgen de routemarkering van het Circuit du Chat perché door de Rue de Besançon, die met de Rue des Arènes de dwarsas vormt door het centrum van Dole, de oude Romeinse Heerbaan is geweest, die Besançon met Chalon-sur-Saône heeft verbonden. Kijk in deze straat even binnen op huisnummer 7, Hôtel de Vurry, met zijn binnenplaats en bijzondere wenteltrap uit de 16e eeuw. Aangekomen op de kruising met de Rue de la Sous-Prefecture wandelen we naar rechts en komen op de Place de la Sous-Prefecture bij voormalige Hôtel Bereur, gebouwd in de 17e eeuw voor een belangrijke parlementaire familie. Nu is er de Sous-Prefecture ondergebracht. Voor dit gebouw langs gaat de route naar links verder door de Rue de la Sous-Prefecture tot we op de kruising met de Avenue Aristide Briand staan. Hier op de hoek staat het klooster van de Orde van de zusters van Maria Visitatie, die hier van 1826 tot 1977 is gehuisvest. Oorspronkelijk is dit het College Saint Jérôme, gesticht door Antoine de Roche, prior van de Abdij Cluny, aan het einde van de 15e eeuw als kloosterschool voor novicen van de orde der Benedictijnen voor hun rechtenstudie aan de universiteit van Dole. De Gotische kapel uit 1520, waarin beelden uit de late Middeleeuwen van de twaalf apostelen en de profeten behouden zijn gebleven, doet nu dienst als concertzaal en auditorium Karl Riepp.

© www.racinescomtoises.net
Dole - Chapelle Saint Jérôme - Auditorium Karl Riepp
Na een ommetje over het met arcaden omgeven binnenplein en langs opnieuw een borstbeeld van Louis Pasteur keren we door de tuin terug naar de Avenue Aristide Briand. Hier naar links tot op de kruising bij de Rue Jean Boyvin naar rechts de Rue du College de l’Arc in. Dit is een straat, die omzoomd wordt met mooie statige herenhuizen uit de 16e tot 18e eeuw met binnenplaatsen en tuinen en die zijn naam dankt aan de stenen boog uit 1607. Deze verbindt de gebouwen van het College de l’Arc. De geschiedenis van dit gebouw is nauw verbonden met die van de paters Jezuïeten, die zich in 1562 in Dole vestigen. Als vurige verkondigers van het Katholieke geloof onderrichten de paters er vanaf 1582 met veel faam. De gebouwen moeten voortdurend worden uitgebreid en aangepast. De kerk wordt in 1591 gebouwd en het portaal van de kapel (1604), van de hand van Hugues le Rupt, is een meesterwerk van de Renaissance met Korinthische zuilen, een plafond met vakken, kariatiden en vuurvazen als ornamenten. Het interieur is typisch in de stijl van de Jezuïeten. In de loop der jaren gaat het College de l’Arc over aan de staat en de gemeente Dole en vertrekken de Jezuïeten.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Dole - Place aux Fleurs met sculptuur "Commères" (1982) van de kunstenaar Jens Boettcher
Door een tweetal smalle hoge steegjes, waar het daglicht nauwelijks doordringt, steken we door naar de Place aux Fleurs. Het zijn de Treige de la Cordière en de Treige de la Tour de Chamblans. Deze laatste verwijst naar een stadspoort die hier in de 15e eeuw heeft gestaan en waarvan het uurwerk in 1479, als de stad veroverd door de Franse koning Lodewijk XI, naar de toren van de Église Notre Dame wordt overgeplaatst. Op de Place aux Fleurs aangekomen hebben we een prachtig uitzicht op de oude stad. Het idyllische pleintje is in de 19e eeuw aangelegd op het oude gemeentelijke slachthuis. We vinden er een tweetal kunstwerken. Allereerst een fontein L’Enfant a l’amphore (1805), een kunstwerk van de uit de Jura afkomstige beeldhouwer François Marie Rosset (1752-1824). Opvallender is de sculptuur van Jens Boettcher van een viertal zittende dames met hoed met als titel “Commères” ofwel “de roddelaarsters” uit 1982.

We vervolgen het Circuit du Chat perché in westelijke richting door de Rue des Arènes en komen bij nummer 36 langs het Hôtel Richardot Boyvin. Het pand is in de 16e eeuw gebouwd door François Richardot, bisschop van Arras en hofpredikant van Keizer Karel V. Het hoofdgebouw heeft een koetspoort en op de binnenplaats zien we links de trappentoren. De gevel heeft strakke ramen met kruisvormige stijlen. Het pand is onlangs gerestaureerd. Verder doorlopend staan in de Rue des Arènes op nummer 39 bij het voormalige Couvent des Cordeliers. Een Renaissance portaal uit 1572 van de beeldhouwer Denis Le Rupt, rijk versierd met zuilen en elementen uit de klassieke oudheid met fronton en liggende figuren, geeft toegang tot de binnenplaats met omliggende gebouwen. Waar vroeger de verblijven van de Franciscanen zijn geweest is nu het Palais de Justice. Hier zien we nog oude elementen als een waterput uit de 16e eeuw, smeedijzeren hekwerken, kruisgang, trappen en haardpartijen. Als we bij Hôtel Rigollier de Parcey op nummer 45 onder de poort door het binnenplein oplopen wordt onze aandacht getrokken door de imposante trap uit de 18e eeuw, stak van vorm en met smeedijzeren balustrade en leuningen.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Dole - Kruisgang met waterput van het Ancienne Couvent des Cordeliers
Als we de Rue des Arènes uitlopen aan het einde van het voetgangersgebied komen we op het Place Pointaire. Hier zien we aan de overzijde de Porte d’Arans, de stadspoort uit 1551, die de westelijke toegang tot de stad Dole vormt en na de ontmanteling van de stadswal in 1668 als enige behouden is gebleven. Samen met de Courtine d’Arans vormt zij een ommuurd fort gebouwd in de 16e eeuw door de Italiaanse bouwingenieur Ambroise Précipiano, die tijdens het bewind van Keizer Karel V verantwoordelijk is voor de bouw van de vestingwerken in Dole. In de 18e eeuw ontstaan er achter de muur militaire verblijven, het Pavillon des Officiers (1868), gebouwd door Antoine Louis Attiret, waarin nu het Musée des Beaux Arts in gehuisvest en het Lycee Jaques Prevert. Het Place Pointaire verlaten we naar links over de Place Pointelin om dan naar rechts de Rue Pointelin in te wandelen. Hier vinden we op nummer 7 een huis dat boven de deur versierd is met druiventrossen, het Maison de la Corporation des Vignerons. De druiventeelt is in Dole belangrijk geweest tot in 1888 de ziekte Phylloxera, de druifluis, grote schade toebrengt in de wijngaarden die op de hellingen rondom Dole liggen.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Dole - Binnenplein met kruisgang Hôtel Dieu
Naar links komen we in de Rue de l’Hôtel Dieu, die grenst aan het voormalige Hôtel Dieu, dat stamt uit de 17e eeuw. Met de bocht naar rechts komen we in de Rue Bauzonnet voorbij de imponerende gevel met op de hoek een torentje als erker. Hier zijn de architectonische elementen van de Renaissance duidelijk kenbaar. De overvloed en vindingrijkheid van gebeeldhouwde versieringen op de erkertoren staan in een schril contrast tot de grote soberheid van de rest van de strakke symmetrische gevel (1686). Deze soberheid zien we ook rond de vierkante binnenplaats met kruisgang en in het interieur. In dit voormalige gasthuis voor de armen van de stad Dole, dat tot aan het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw als zodanig dienst heeft gedaan, zijn op de beneden verdieping de apotheek, de keuken, de eetzaal, de kantoren en de houtopslag geweest, terwijl op de eerste verdieping de zieken zijn ondergebracht en in de zuidoost vleugel de kapel. De ziekenzusters van de Congregatie van Sainte Marthe uit Beaune, belast met de zorg en het beheer van het Hôtel Dieu, hebben op de tweede verdieping gewoond. Sinds 2000 herbergt het gebouw de Mediatheek, het Gemeentelijke Archief en de tentoonstelling van het cultureel erfgoed van de stad Dole.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Dole - Ingang van de Rue d'Enfer
Tegen over het Hôtel Dieu op de hoek van de Rue Bauzonnet en de Grande Rue kijken we door de toegangspoort binnen naar het Lycée Charles Nodier, ondergebracht in het voormalige Couvent des Dames d’Ounans, zusters van de Bernardiner orde, die in 1595 naar Dole zijn gevlucht vanwege de godsdienstoorlogen. Dit Lycée Charles Nodier draagt de naam van de Franse schrijver Charles Nodier (1780-1844), die een belangrijke rol in de ontwikkeling van de Franse Romantiek heeft gespeeld, maar minder bekend is dan zijn tijdgenoot Victor Hugo (1802-1885). We staan hier ook aan de brug over het Canal des Tanneurs en keren door de Grande Rue terug naar het oude centrum van Dole waar we de stadswandeling begonnen zijn. Aan de andere zijde van de brug staat het Hôpital Général de la Charité, gebouwd tussen 1700 en 1760 en op een plek waar tot 1678 het bastion Saint André gestaan heeft, dat bij de verovering van Dole door de Franse troepen is verwoest en afgebroken. Aanvankelijk heeft het dienst gedaan als militair ziekenhuis, maar maakt nu deel uit van het aan de overzijde gelegen Lycée Charles Nodier. In de Grande Rue vallen onnieuw de statige, oude gevels op en panden met mooie binnen plaatsen en interessante trappenhallen. Zo komen we uit op de Place du 8 Mai en houden rechts aan tot we een nauw smal steegje naar rechts zien, de Rue d’Enfer. Dit oudste geplaveide straatje van Dole dankt zijn naam aan het jaar 1479, waarin de inwoners van Dole, aangevallen door de Franse troepen, die de stad willen binnenvallen en veroveren, zich met hand en tand moeten verdedigen en zich in de kelders schuilhouden. Deze gebeurtenis berust wellicht op een legende en wordt vermeld op de gevel van nummer 53 in de Rue de Besançon. Door de Rue d’Enfer komen we op de Place Nationale Charles de Gaulle bij de Église Notre Dame en zijn we op het eindpunt van onze stadswandeling Circuit du Chat Perché.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Het is wellicht een goede tip om voor een bezoek aan de stad Dole en de stadswandeling een parkeergelegenheid te zoeken tussen de Doubs en het Canal de Rhône au Rhin aan de Avenue de Lahr. Er is hier voldoende plaats en via de voetgangersbrug heb je direct toegang tot de oude wijk in het centrum van Dole en de Place Nationale Charles de Gaulle bij de Église Notre Dame. Voor het Office du Tourisme moet je op het Place Jules Grevy zijn. Ook hier is parkeergelegenheid.

Charles Aerssens

Deze wandeling is met de grootst mogelijke zorg samengesteld. Maar ten aanzien van wijzigingen of onvolledigheden in de tekst kan geen aansprakelijkheid worden aanvaard.

GIDSEN:

- Michelin Guide de Tourisme: Jura, Franche Comté
- Capitool Reisgidsen: Frankrijk, ISBN 90-410-1806-9 NUGI 471



Lange Afstand Wandelvereniging "VIA-VIA".

Gegenereerd op 30-07-2011 door C.P.J. Aerssens