RONDOM DE NETERSELSCHE HEIDE
Omgeving Landgoed De Utrecht - Netersel 18 KM

© L.A.W.V.VIA-VIA
Esbeek - Herberg "In den Bockenreyder"

Vertrekpunt
Afstand
Korte karakteristiek








Herberg “In den Bockenreyder”, Dunsedijk 3, 5085 ND Esbeek
Ongeveer 18 KM
Deze rondwandeling in de omgeving van Netersel vertrekt vanaf Herberg “In den Bockenreyder” op Landgoed De Utrecht en gaat via van Landgoed Wellenseind door het buurtschap Mispeleind en Braakhoek in de richting van Netersel door het coulisselandschap en langs een visvijver. In Netersel is Café D’n Driesprong de ideale plek voor de middagpauze. Vanuit Netersel wandelen we door het beekdal van de Beerze en steken we door naar de Neterselsche Heide. Dan verloopt de route langs de uitgestrekte Mispeleindsche Heide richting het Goorven. Voorbij aan de Flaestoren en Flaes komen we terug bij Herberg “In den Bockenreyder”, waar we de wandeling afsluiten.

ROUTEBESCHRIJVING

Vertrekpunt voor onze rondwandeling is Herberg “In den Bockenreyder aan de Dunsedijk midden op Landgoed De Utrecht. Vanaf de N269 volgen we het routebord over de Prins Hendriklaan langs de golfbaan Midden-Brabant tot aan de Dunsedijk, een van die oeroude, typisch Brabantse zandwegen met ernaast een verhard fietspad. Over de Dunse brug passeren we Reusel om even verderop het weggetje naar Herberg "In den Bockenreyder" in te slaan. Het is een horecacomplex op een groot boerenerf, dat omsloten wordt door een boerderij, stallen en schuren en een klein, intiem woninkje onder een rieten dak. Dit gebouwtje is de oorspronkelijke Herberg "In den Bockenreyder", waarvan de naam ontsproten is in de gedachten van de oude Janus de Bruin, die hier ooit gewoond heeft. Hij moet over een geweldige fantasie beschikt hebben om de verhalen van de "bokkenrijders", die vooral in de Kempen op de winteravonden aan de haardvuren de ronde gedaan hebben, hier tot leven te brengen. Het kleine optrekje heeft een interieur dat helemaal beantwoordt aan de van buiten gewekte verwachtingen: blank geschuurde houten tafels vol richels, rechte Brabantse stoelen, petroleumlampen, een klein buffetje en een open houtvuur met de zwartberoete "moor" aan de "haal" erboven en een miniatuurdraaiboom ernaast. De historie van het huisje gaat niet veel verder terug dan vóór WOII, maar de sfeer van het geheel geeft je het gevoel, dat je hier eigenlijk niet met stadsschoenen maar met klompen aan de voeten moet zitten, zeker als je ziet dat de vloer met zand bestrooid is. Het is een waardige plek om op de rondwandeling neer te strijken onder het genot van een drankje!

© L.A.W.V.VIA-VIA
Op pad op de Dunsedijk
Vanaf Herberg “In den Bockenreyder” lopen we terug naar het fietspad, waar we even naar rechts wandelen tot we weer op de Dunsedijk staan. Op deze splitsing volgen we naar links de aanduiding richting Wellenseind over het brede onverharde pad van de Dunsedijk. Aangekomen bij de schuilhut met picknickplek zien we schuin rechts voor ons de aanduiding van Landgoed Wellenseind. Het is een relatief jong landgoed met bijzondere kenmerken. In 1915 is in dit gebied aangekocht door textielfabrikant Henri Van Puijenbroek, die er een landgoed sticht en tot ontginning van het gebied overgaat. Het boerderijtje wordt verbouwd tot jachthuis en er komt een heidetuin. De rest wordt met naaldhout beplant en nabij de beken van de Reusel en de Raamloop ontstaat een broekbos. Het gebied wordt ontwaterd om de houtproductie rendabel te maken, maar de kwel is sterker, zodat dit mislukt. Uiteindelijk laat hij een sluizensysteem aanleggen. Na zijn dood wordt het landgoed verkocht aan Fortis, de toenmalige eigenaar van Landgoed de Utrecht, die het in 2000 weer verkoopt aan Jan Zeeman, de oprichter van de gelijknamige winkelketen. Pas in 2019 wordt het 130 hectare grote landgoed voor het publiek toegankelijk. Men kan het landgoed bezoeken via de entree bij het ontmoetingscentrum Voor Anker aan de Dunsedijk, waar zich ook een restaurant en een streekwinkel bevindt.

Bij deze schuilhut kiezen we voor de route schuin rechtsvoor en betreden achter de sluitboom het bospad in het noordelijk deel van Landgoed Wellenseind. Dit gebied staat op de topografische kaart vermeld als De Koeverd. Op de eerste kruising van bospaden wandelen we rechtuit. Aan de linkerzijde hebben we open landbouwgebied. Verderop maakt een bewegwijzering ons duidelijk dat we op de Louisalaan wandelen. Rechts naast het pad liggen de broekbossen, rabatten en watersystemen in de beekdalen de Reusel en Raamloop. Deze twee meanderende beken vormen de kern van het gebied en zijn één van de parels van het landgoed. De beekdalen, gelegen tussen dekzandruggen en beboste stuifzanden, geven een mooi beeld van hoe vroeger grote delen van Noord-Brabant er uit hebben gezien. We lopen de Louisalaan helemaal uit tot we aan de linkerzijde de nieuwe bebouwing van het landgoed met grote parkeerplaats bereiken. Deze zuidoosthoek van Landgoed Wellenseind is de meest geschikte locatie voor een nieuwe ontwikkeling van het nu voor publiek toegankelijke landgoed. Het is de enige plek waar de cultuurhistorische waarden en de archeologische verwachting het laagst is. Het Ontmoetingscentrum Voor Anker is daarmee een belangrijke economische bron van inkomsten voor het landgoed geworden.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Op pad door Landgoed Wellenseind
Wij laten de parkeerplaats links liggen en wandelen rechtuit tot we aan een sloot staan. Linksaf volgen we de grasbaan op de oever en bereiken het asfalt van de Dunsedijk. Naar rechts verloopt hier onze route en even voorbij Boerderijcamping D’n Aanloop slaan we linksaf de onverharde Beersedijk in, die we na een tiental meters weer naar echts verlaten. Zo komen we op de Neterselsedijk in het buurtschap Mispeleind, een klein gehucht met een twintigtal boerderijen. We wandelen naar links om dan bijKNP48 over te steken en rechtsaf de brede zandweg te volgen langs een groot openakker gebied. De groengele markering van het wandelnet wijst ons na 800 meter naar links. Deze veldweg leidt ons naar het kleine gehucht Braakhoek, dat uit twee groepjes boerderijen, respectievelijk 4 en 8 stuks, bestaat. De structuur dateert grotendeels uit de Late Middeleeuwen (1250-1500), toen de oudtijds verspreide bewoning zich verplaatste naar de randen van de akkercomplexen. Op de Heikantsebaan gaat de route rechtsaf tot aan KNP52, waar we het pad naar KNP52 volgen. Door een bosje worden we langs de markering naar Visvijver de Couwenberg van Hengelsportvereniging “De gezellige Vissers”. Met de klok mee komen we aan KNP51, waar we linksaf slaan en dan de Neterselsedijk bereiken. Hier wandelen we in de richting van Netersel. Ongeveer 50 meter na huisnummer 32 gaat er een sloot onder de Neterselsedijk door. Wij wandelen hier naar rechts en volgen de oever tot we bij KNP 72 uitkomen. Naar links langs de sloot bereiken we de bebouwing van Netersel aan de Schuttersweg, die we uitlopen tot op de Latestraat. Linksaf komen we verderop bij KNP5 aan het Carolus Simplexplein.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Buurtschap Braakhoek
We zijn hier in het centrum van Netersel, een van de acht Zaligheden in de Brabantse Kempen. De oudste oorkonde waarin Netersel voor het eerst voorkomt, stamt uit 1219. De Abdij van Postel heeft in die tijd veel grond in eigendom in de wijde omgeving van Postel. In Netersel richt de abdij een pachthoeve in, de Kapelhoeve, die ze tot 1648 exploiteert. De hoeve had ongeveer 100 hectare grond in bezit. In de 14de en 15de eeuw kent de Kempen een tijd van duurzame welvaart: de zogenaamde Vlaams-Brabantse Gouden Eeuw. In die tijd wordt in Netersel woeste grond ontgonnen, worden er nieuwe hoeven gesticht en er wordt er een stenen kerk gebouwd. De basis voor deze welvaart is de samenwerking uit oogpunt van wederzijds belang tussen de Hertogen van Brabant, de regionale en lokale machthebbers en de kerkelijke instellingen. Het platteland levert graan en wol aan de snel groeiende steden als Antwerpen. Netersel lag in die tijd aan de handelsroute vanuit Breda naar Bladel en de steden Maastricht, Aken en Keulen. Sedert de Napoleontische tijd behoort Netersel tot de Gemeente Bladel en Netersel. Sinds de gemeentelijke herindeling van 1997 behoort Netersel tot de fusiegemeente Bladel.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Netersel - De Buntsteker op het Carolus Simplexplein
Op het Carolus Simplexplein staan we oog in oog met het bronzen beeldje “De Buntsteker” uit 1994 van de Neterselse beeldhouwer Jan Couwenberg. Buntsteken is tot en met WOII een activiteit waarbij op de heidevelden pollen pijpenstrootje, plaatselijk bekend als bunt, uit de grond werden gewrikt. De wortels van deze grassoort, die wel 40 cm en meer lang konden zijn, werden gebruikt voor de vervaardiging van manden, bijenkorven, bezems en borstels. Het steken gebeurde met ijzeren staven, waarbij een houtblok voor de hefboomwerking zorgde. Verdere gereedschappen waren een hakblok en een bijltje of hakmes om de wortels op maat te hakken. “De Buntsteker” vergezeld van deze karakteristieke werktuigen. Tijdens WOII hebben onderduikers en geallieerde piloten, deze activiteit nog beoefend. Zo konden ze onopvallend bezig zijn. Na de bevrijding kwam er spoedig een einde aan dit ambacht, aangezien er goedkope bezems van kunststof op de markt verschenen. De route gaat maar links voorbij aan Café D’n Driesprong en komt op een tweede pleintje van het Carolus Simplexplein met een fraaie moderne muziekkiosk uit 2006. We houden nog steeds links aan en volgen de doorgaande weg bij KNP56 met de bocht naar rechts. We komen nu aan een klein bakstenen kapelletje in de Fons van der Heijdenstraat.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Deze gedachteniskapel is vernoemd naar de uit Netersel afkomstige verzetsstrijder Fons van der Heijden (1896-1944) die op 20 september 1944 in het zicht van de bevrijding door de Duitsers is vermoord. Hij neemt in WOII meerdere onderduikers, studenten en gestrande geallieerde piloten in huis. In mei 1944 biedt hij de gestrande Britse piloot Ernest Holmes onderdak, die op 23 mei 1944 om half twee ’s nachts met zijn Avro Lancaster Mk III ND762 verrast wordt en boven Vessem wordt neergeschoten door de Duitse Messerschmitt Bf 110 van Oberleutnant Hans-Heinz Augenstein (1921-1944) van I2./NJG1. Ernest Holmes is met zeven andere bemanningsleden aan boord op de terugvlucht naar hun huisbasis Gravely in Engeland na een raid op Dortmund. Vijf bemanningsleden vinden de dood en Ernest Holmes kan zichzelf wonderwel in veiligheid brengen met zijn parachute. De piloot bivakkeert een kleine twee weken in het kippenhok op het erf van Fons van der Heijden. Via zijn contacten komt Ernest Holmes terecht in Antwerpen, waar hij door verraad door de Duitsers krijgsgevangen wordt gemaakt. Maar hij overleeft de oorlog. Zijn hulp als verzetsstrijder kost Fons van der Heijden uiteindelijk zijn leven als de bevrijding van Netersel is ophanden in september 1944 en hij op 20 september 1944 bij het verlaten van de kerk door de Duitsers wordt aangehouden en onder grote druk bekent hij dat hij piloten heeft geholpen. Op straat voor de Duitsers uitlopend wordt hij in zijn rug en door het hoofd geschoten en overlijdt ter plaatse. In 1947 wordt zijn gedachteniskapel gebouwd met een nis, waarin zich een mooi eenvoudig zandstenen Mariabeeld bevindt en enkele herinneringen van de vrienden uit Frankrijk en Wales.

© L.A.W.V.VIA-VIA

We vervolgen onze wandeling door de Fons van der Heijdenstraat en passeren KNP57. Bij het bord einde bebouwde kom van Netersel slaan we rechtsaf Schipstaarten in. Aangekomen bij de picknickplek en KNP58 kiezen we het bospad naar links door het gebied De Beemden op de westoever van de Goote Beerze. De paden leiden ons terug naar de Fons van der Heijdenstraat, die we 100 meter naar rechts vervolgen. Opnieuw rechtsaf wandelen we door een bomenlaantje. Het bospad leidt ons naar links naar het natuurgebied Steenselaar. We zijn hier in het gebied van Brabants Landschap, die bezig is de laaglandbeek Groote Beerze, die er door een lappendeken van velden, bos, akkers en landerijen stroomt, opnieuw in te richten. Het doel is verdroging van het gebied tegen te gaan, kwetsbare natuur te herstellen en wateroverlast te beperken. Bij KNP8 gaan we linksaf in de richting van KNP25 aan de Fons van der Heijdenstraat.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Netersel - Natuurgebied Steenselaar
Daar aangekomen steken we het asfalt over en komen achter de sluitboom op het bospad dat naar de Neterselsche Heide leidt. De Neterselsche Heide is in 2004 door de Gemeente Bladel verkocht aan het Brabants Landschap voor het symbolische bedrag van €1. Het gebied heeft naast de mooie heide ook prachtige berkenbossen op een groot oppervlakte hoogveen, een zeldzaamheid voor ons land. Op de bodem groeien zachte kussens van veenmossen. Het gebied staat plaatselijk bekent om de mooie paarse heide, maar heeft het moeilijk door het snelgroeiende pijpenstrootje dat de overhand dreigt te krijgen. Waar het minder nat is, springen direct de uit aangewaaid zaad opgekomen ‘vliegdennen’ in het oog. Met hun verspreide voorkomen geven ze de heide het karakter van een Afrikaanse savanne.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Netersel - Neterselsche Heide
Door een toegangshek gaan we verder tot aan de robuuste picknicktafel bij KNP26. Door het bos voert ons de route van hier naar rechts en komen we aan een zeldzaam bostype: het dophei-berkenbroek. Dit bestaat uit open begroeiing van zachte berk op zure, voedselarme natte bodem. Het bos groeit traag en de bomen worden niet hoger dan 5 à 10 meter. De begroeiing bestaat uit dopheide, gagel, veenmossen en bulthaarmos. We volgen het pad naar links langs de bosrand door open gebied waar het pijpenstrootje welig tiert. Hiervoor is in het kader van natuurherstel bosopslag verwijderd en is er en kleinschalig geplagd. Zo zijn ook slootjes en greppels gedicht om gebiedseigen water vast te houden. Voor ons doemt de Mispeleindsche Heide op.

© L.A.W.V.VIA-VIA

Het pad buigt af naar rechts en we wandelen over de weidse Mispeleindsche Heide, die deel uitmaakt van Landgoed De Utrecht. Het is een aaneengesloten natuurgebied met een afwisselende natte heidevegetatie. Omdat de heide langzaam verdroogt, doet het Waterschap er alles aan om dat tegen te houden. Samen met andere organisaties is er dan ook hard gewerkt aan herstel van deze prachtige stukjes natuur. Na de bocht komt er vanaf links een zandpad bij. Aan dit pad vinden we een oorlogsmonument met de namen van de omgekomen bemanningsleden van de Short Stirling MK III BK703 behorend tot het 149ste Squadron van de RAF. Dit vliegtuig is in de nacht van 28 op 29 juni 1943 om 2.19 uur neergestort in de buurt van het Goorven op de Mispeleindsche Heide, neergeschoten door de Duitse Messerschmitt Bf 110 G-4 van Leutnant Günter Franz van het 5/NGS1. Deze bommenwerper met Lakenheath als thuisbasis maakte deel uit van een raid van 608 vliegtuigen met Keulen als doelwit en waarbij 25 vliegtuigen verloren gingen. De voltallige bemanning van de Short Stirling MK III BK703 bestaande uit piloot F/O William Richard Booke, navigator Sgt. Denys William Birkett Channing, boordschutter Sgt. Alfred Douglas Hall, boordschutter F/Sgt. Charles Victor Howden (RCAF), radiotelegrafist Sgt. Kenneth Broadhurst, boordwerktuigkundige Sgt. Robert Franklin en bommenrichter Sgt. Carl Donald Herbert kwamen daarbij om het leven. Ze liggen begraven op de begraafplaats in Eindhoven. In 2004 is de gedenksteen voor de omgekomen bemanning onthuld op de precieze plaats van de crash.

De route voert ons noordwaarts tussen de vennetjes door naar de bosrand tot we voorbij KNP27 op de Liesdijk uitkomen bij KNP94. Op de Liesdijk wandelen we naar links en komen aan een opvallend monument, opgericht in 1996 bij de opheffing van de vijf gemeenten: Diessen, Hilvarenbeek, Hooge en Lage Mierde, Bladel en Oost- West- en Middelbeers. De kleine gemeentes zijn opgegaan in Hilvarenbeek, Reusel, Bladel en Oirschot. Het monument stelt een jas voor hangend over een paal en omringd door 8 zitstenen.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Landgoed De Utrecht - Flaestoren
Verder gaat de wandeling langs de noordzijde van de Mispeleindsche Heide voorbij aan KNP2. We komen aan het eerste ven: het Goor. Het Goor is een natuurlijke plas, waarin zich al sinds oude tijden de Brabantse hemel spiegelt, een grote stoere waterplas met een verre horizon, waarachter bij helder weer de kerk van Netersel te zien is. Met de bocht mee naar links komen we aan de Flaestoren, een 24 meter hoge uitkijktoren. Landgoed De Utrecht, Esbeekse bedrijven en de provincie bouwden gezamenlijk dit markante uitkijkpunt met een schitterend uitzicht over de vennen van Flaes en Goorven, als belangrijke en kwetsbare natuurgebieden. Bij de bouw van de toren is 28.000 kg staal en 27.000 kg hout gebruikt. Ruim 10.000 bouten en moeren houden het geheel bij elkaar. Het overgrote deel van het hout is afkomstig uit Landgoed de Utrecht en is op een natuurlijke manier geconserveerd in een van de vennen waar de toren aan staat. Dan passeren we de Flaes, een ven dat zijn naam ontleent aan het oude woord "Vlaas", dat plas of heideplas betekent. De idyllisch gelegen Flaes is enig in zijn soort door zijn grillige vorm, zijn begroeiing, zijn eiland met berken en ruige dijken, die weliswaar kunstmatig zijn en de grote watervlakte breken, maar het geheel een bijzonder accent geven. Het schijnt dat waar nu de Flaes ligt eens de haver groeide. Dat zou betekenen dat hier een ongebruikelijk procedé is gevolgd doordat cultuurgrond in natuurschoon is veranderd. Ja, het schijnt dat de Flaes kunstmatig is en de geruchten gaan dat als de dijken zouden worden doorgestoken, het ven weer zou droogvloeien.

Vanaf de Flaes is het nog slechts een goede kilometer om over de Neterselsedijk en de Dunsedijk terug te keren naar ons vertrekpunt: de pittoreske Herberg "In den Bockenreyder". De waardige plek om deze rondwandeling door de Brabantse Kempen af te sluiten en bourgondisch na te genieten met een hapje en een drankje!

Charles Aerssens

KAARTEN:

- Wandelroute uitgezet in eigen beheer
- TopoKaart 1:25.000, 51L Lage Mierden - TopoKaart 1:25.000, 51C-Hoogeloon





Lange Afstand Wandelvereniging "VIA-VIA".

Gewijzigd en aangepast op 14-03-2020 door C.P.J. Aerssens