DAGWANDELING BOVIOLLES
Traject omgeving Boviolles - Tréveray - Naix-aux-Forges 18 KM

© L.A.W.V.VIA-VIA
Zicht op Boviolles vanaf de D29

Vertrekpunt
Afstand
Korte karakteristiek






Boviolles
Ongeveer 18 km.
Het is een rondgaande wandeling van ongeveer 18 kilometer met als uitgangspunt Boviolles. De route voert langs twee van de voornaamste vroeg-historische plekken van Lotharingen: het Gallo-Romeinse Oppidum van Boviolles en de antieke Romeinse nederzetting van Nasium in Naix-aux-Forges, een belangrijke knooppunt van de Romeinse heirbaan Reims - Toul met de verschillende aftakkingen, die naar Troyes, Grand, Langres en Metz gaan. Beide nederzettingen liggen aan de samenvloeiing van de dalen van de Ornain en Ruisseau de la Barboure

ROUTEBESCHRIJVING

Deze rondwandeling start in Boviolles. Dit dorpje ligt aan de D29 tussen Naix-aux-Forges en Void op de noordelijke oever van het riviertje de Barboure. Het dorpje heeft een kerkje waarvan het schip stamt uit 1445 en de klokkentoren uit 1845. Er is ook een lavoir. In dit kleine dorpje hebben we snel een parkeerplek gevonden voorbij de kerk. Als we door het dorpje lopen, wekt het niet de indruk dat het enkele jaren geleden op politiek gebied de nationale Franse pers heeft gehaald. Hierbij ging het om de verkiezing tot burgemeester van Youcef Hamami, geboortig uit Oran in Algerije, wonend in Boviolles sinds 1982 en in 1983 gehuwd met een jonge vrouw uit Boviolles. In 1995 doet hij voor de eerste keer aan de gemeenteraadsverkiezingen mee en wordt gekozen. Na 6 jaren wordt Youcef Hamami in 2001 opnieuw tot burgemeester gekozen tijdens de eerste ronde, ondanks vijandig verzet. Als bedreigingen hem en zijn gezin onder druk zetten, besluit hij af te treden, ondanks bemoedigende steun in een stille protestmars.

Via het oude bruggetje over Ruisseau de la Barboure laten we de bebouwing achter ons. De door ons gekozen route volgt het beekje eerst een stuk stroomafwaarts en klimt vervolgens door het bos naar een van de voornaamste vroeg-historische plekken van Lotharingen, langs Montlonchin naar Mont-Châtel of Châté. Hier zijn de resten van een versterkte woonplek uit de tijd van de Galliërs blootgelegd. Het was een Oppidum van het volk van de Leuken die hier van de tweede IJzertijd tot aan het verlaten van deze plek na de Romeinse verovering hun woongebied hadden, hooggelegen boven de samenvloeiing van de dalen van de Ornain en de Barboure. Dit Oppidum heeft een afmeting van ongeveer 1300 m bij 700 m op een terrein met een oppervlakte van 55 hectaren met aan 3 kanten een natuurlijke helling ter verdediging en aan het oosten afgesloten door een indrukwekkende wal, de Murus Gallicus, met een lengte van bijna 300 meter en een hoogte van 5 meter, La Bosse genaamd.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Boviolles - Reconstructie Oppidum van Boviolles
Boven op Mont Châtel aangekomen staat een informatiebord hoe dit Oppidum van Boviolles sinds de 19e eeuw een groot aantal oudheidkundige overblijfselen uit de Gallische periode heeft prijsgegeven. In het midden van het oppidum zijn tijdens de talrijke opgravingen in de loop der tijd verschillende vormen van bewoningen blootgelegd. Aan de binnenzijde van de verschansingen van dit kamp werden resten van wapens teruggevonden, scherven van amforen en aardewerk, sierraden, ringen, evenals een aanzienlijke hoeveelheid Gallische en Romeinse munten van verschillende waarden! Het meest bekend is het masker van Boviolles, nu in het Museum van Bar-le-Duc. Deze steen van 92 centimeter hoog stelt een tragisch masker voor dat werd teruggevonden in 1834 tussen de resten van een oude toegangspoort van het oppidum van Boviolles, de "Porte Hacquin". De aanwezigheid op deze hoogte van Gallo-Romeinse voorwerpen bewijst dat deze versterking niet onder de Romeinse heerschappij is verlaten!

© L.A.W.V.VIA-VIA
Boviolles - Overzichtskaartje Oppidum van Boviolles
Het pad, in oostelijke richting volgend, brengt ons door het bos La Charmée tot aan de restanten van wat eens die machtige omwalling moet zijn geweest. De Murus Gallicus is nu overwoekerd en ligt verscholen in het bos. Dit geldt ook voor de enorme gracht van ongeveer 15 m breed en 6 m diep! Dit belangrijke Gallische bouwwerk heeft in het midden een opening van 16 m breed met de naam "La Porte Prétorienne". Als we door deze opening het Oppidum verlaten gaan we meteen rechtsaf en volgen de met bomen overwoekerde omwalling. De route voert ons eerst langs de voormalige omwalling en daarna door het Val Pothier in zuidwestelijke richting naar het dal van de Ornain. Opvallend hierbij is dat langs het pad een groot aantal eigentijdse kunstenaars midden in het bos objecten hebben opgesteld die op moderne en beeldende wijze die Gallo-Romeinse periode aan het publiek willen tonen. De route wordt wel heel toepasselijk aangeduid met Chemin Petibonum, ontleend aan het Gallische dorp Petibonum, vanwaar Asterix en Obelix hun avontuurlijke uitstapjes ondernamen.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Boviolles - Markering aan Murus Gallicus
Zo komen we in het brede dal van de Ornain. Toch maakt hier het Canal de la Marne au Rhin meer indruk dan het riviertje de Ornain. Over het jaagpad op de oostelijke oever lopen we de bochten van het smalle kanaal naar het zuiden na. Deze schilderachtige waterweg is met mankracht aangelegd tussen 1841 en 1846 en vormt de verbinding tussen de Vallée de la Marne en de Vallée de la Meuse, waarbij moet een hoogteverschil van 110 meter overbrugt worden door middel van sluizen. Op het stuk van 3 kilometer tot in Trevéray zijn het er al drie! Het is opvallend hoeveel vis er zit. Voor de echte visser een waar visparadijs! Stevig doorstappen en kijken bij het schutten van de pleziervaart. Alles gaat volautomatisch, er komt geen sluiswachter aan te pas.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Sluis in het Canal de la Marne au Rhin
Zo bereiken we de eerste huizen van Trevéray en gaan over het bruggetje bij de sluis het dorp in. Dit langgerekte dorp is gelegen aan de doorgaande D966 van Ligny-en-Barrois naar Gondrecourt-le-Château. Het dorp ligt op de westelijke oever van de Ornain en direct aan het Canal de la Marne au Rhin. De eerste vermelding als "Trevereyum" stamt uit 1189 en komt van de Latijnse naam Treverius. Het behoorde tot het graafschap Ligny, dat in bezit was van de familie Luxembourg. Kardinaal Pierre de Luxembourg wordt als weldoener van deze gemeente beschouwd en heeft hieraan een in 1863 opgericht monumentale fontein te danken. Hier werd ook Baron Pierre-Paul Nicolas Henrion de Pansey (1742-1829) geboren, rechtsgeleerde, onder Napoleon Minister van Justitie en in Parijs begraven op het kerkhof Monparnasse. Ook de bekende Franse organist van de kathedraal van Toul Joseph Oury (1852-1949) was afkomstig uit Treveray.

Als we de spoorwegovergang zijn gepasseerd staan we midden in het centrum en lopen we naar de D966, hier nog Rue Raymond Poincaré geheten. In een van de zijstraten zien we de Église St. Hilaire, waarvan het schip uit de 16e eeuw stamt en de klokkentoren uit de 18e eeuw. Bij het verlaten van Trevéray nemen we in Le Breuil de route omhoog door het bos en door het veld La Folie naar St. Amand-sur-Ornain. Dit dorpje ligt ook aan de doorgaande D966 van Ligny-en-Barrois naar Gondrecourt-le-Château op de westelijke oever van de Ornain en aan het Canal de la Marne au Rhin. Het dorp ontleent zijn naam aan St. Amandus, bisschop van Maastricht. Het water neemt een belangrijke plaats in in St. Amand-sur-Ornain. Zo diende een oude aftakking van de Ornain tot het begin van de vorige eeuw als aandrijving van een watermolen met werkplaats. We volgen de drukke doorgaande weg en zien hier hoe aan de voet van de 16e eeuwse Église St. Amand de bron St. Jean ontspringt, waarvan het water tot in te midden van de afgelopen eeuw nog door het dorp in de Rue du Ruisseau stroomde. Het waterbekken diende als drinkplaats voor de paarden en het vee. Het volksgeloof zegt dat het water van deze bron de kinderen van de angst geneest als zij een slok uit de bron drinken en als zij zich er in wassen.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Onderweg van Trevéray naar St. Amand-sur-Ornain
Net voor we St. Amand-sur-Ornain verlaten, gaat linksaf een klein steil straatje omhoog. We nemen deze afslag en de route brengt ons naar een hoogte van 287 meter. Daar aangekomen krijgen we een prachtig zicht op de vallei en het Plateau van Mazeroie, waar op het grondgebied van St. Amand-sur-Ornain en Naix-aux-Forges de ruïnes van de Romeinse tempel van Nasium zichtbaar worden. De Griekse aardrijkskundige Ptolemeus vermeldt Nasium in samenhang met Tullum (Toul) als de twee voornaamste nederzettingen van de Leuken. Het is een belangrijke knooppunt van de Romeinse heirbaan van Reims naar Toul en de verschillende aftakkingen, die naar Troyes, Grand, Langres en Metz gaan! Nasium hield definitief op aan het einde van Klassieke Oudheid en raakte in verval en overwoekerd. Recente opgravingen in Naix-aux-Forges brachten een overvloed aan voorwerpen van Gallo-Romeinse archeologie aan het licht. Maar helaas werden gedurende lange jaren alle ontdekkingen van het aanzienlijke aantal munten, medailles, resten van zuilen en standbeelden, bouwelementen, Romeinse inscipties, mozaïeken en grafstenen, die men er heeft gevonden, verspreid, verkocht en vaak ook vernietigd. Beroemd is de Stèle van de Godin Moeder van Nasium die in 1884 wordt gevonden en nu ondergebracht is in het museum van Bar-le-Duc.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Nasium - Opgravingen fundamenten van de Romeinse tempel
We bekijken op het Plateau van Mazeroie de fundamenten van een indrukwekkende Romeinse tempel, die omgeven worden door een hoog, gesloten hekwerk. Deze tempel dateert uit de bloeiperiode van het Romeinse Rijk (van 27 voor Christus tot 235 na Christus) en staat, volgens een reconstructie van de archeologische vondsten, op een sokkel als podium van 23 m bij 21 m met een hoogte van meer dan 2 meter. Het heeft een centraal heiligdom met een afmeting van ongeveer 10 m bij 12 m en wordt omgeven door een zuilengallerij. Het tempelcomplex heeft verder een betegeld voorplein en een vrije ruimte rondom met de achtenswaardige afmeting ongeveer 65 m bij 76 m! Men vermoedt dat dit gebouw naar het eind van de 2e eeuw na Christus werd opgegeven.

Nasium - Reconstructie Romeinse tempel
Vanaf deze Site Archeologique lopen we in noordwestelijke richting naar Naix-aux-Forges. Op deze uitgestrekte vlakte moet eens de antieke nederzetting van Nasium gelegen hebben. De eerst bekende archeologische opgravingen werden hier door priesters in de 18e eeuw gedaan. Latere pogingen werden in de loop van de 19e eeuw door twee plaatselijk geleerden: Claude-François Denis van Commercy en Léon Maxe-Verly van Bar-le-Duc ondernomen. Zij leverden zo een bijdrage tot een betere kennis van de antieke stad Nasium. Naast de vondst van Stèle van de Godin Moeder van Nasium (1884) was ook de ontdekking opzienbarend in een van de grote villa's van Nasium van een mozaïek, voorstellend de ontvoering van de godin Europa door Jupiter in de gedaante van een stier. Bij de ontdekking door Claude-François Denis (1834) had dit mozaïek van 3,70 m bij 2,60 m nog levendige kleuren en was gedeeltelijk versierd met goud en zilver. Helaas werd dit prachtige kunstwerk geplunderd en in de loop van de nacht na de ontdekking vernietigd. Wat overbleef was slechts een tekening die gemaakt was van de linkeronderzijde en de afmetingen!

Sinds 1998 heeft het laatste archeologische onderzoek in Nasium de kennis over en het belang van deze antieke stad volledig veranderd. Immers een uitgebreide archeologisch onderzoek met luchtfotografie, kadastrale en magnetische metingen hebben aangetoond dat het hier gaat om een Romeinse stad van 120 hectaren verdeeld in stadswijken die over netwerken van straten beschikken, zoals alle grote Romeinse steden met een forum en openbare gebouwen. Men heeft er onder andere de aanwezigheid van twee badhuizen ontdekt, een godsdienstig complex met verschillende tempels, een theater en talrijke villa's waarvan de rijkdom van sommige eveneens getuigt van belang van deze stad. Ook werden een vijftal begraafplaatsen (necropolissen) blootgelegd!

© L.A.W.V.VIA-VIA
Naix-aux-Forges - Brug over de Ornain
Ook wij laten onze voetstappen achter op deze historische grond en komen nu in het dorp aan de doorgaande D966 van Ligny-en-Barrois naar Gondrecourt-le-Château. De Ornain stroomt door het dorp en vloeit er iets naar het oosten samen met de Barboure die uit de richting van Boviolles komt. Midden in het dorp vinden we de Église St. Martin. De oude versterkte kerk stamt uit de 13e eeuw. Het koor is in de 15e eeuw aangepast en vergroot in 1849 met dwarsbeuk en kapel. Het bevat een monumentaal 18e eeuws tabernakel. Als we de bebouwing aan de noordzijde verlaten, staan we opnieuw aan het Canal de la Marne au Rhin. We volgen nu het jaagpad voor de brug in oostelijke richting tot aan de sluis in het kanaal. Hier gaat het vis de sluisdeuren naar de andere zijde. Het is ook op deze plek dat de Ruisseau de la Barboure onder het kanaal doorstroomt. Vanhier volgen we het voetpad naar de D29. De laatste 2 kilometer moeten we het asfalt volgen om naar Boviolles terug te keren, waar we deze rondwandeling gestart zijn. Dit zijn niet bepaald de meest verassende kilometers!

Deze wandeling is met de grootst mogelijke zorg samengesteld. Maar ten aanzien van wijzigingen of onvolledigheden in de tekst kan geen aansprakelijkheid worden aanvaard.

Charles Aerssens

KAARTEN

- TopoKaart IGN 1:25 000, 3215O Tréveray
- TopoKaart IGN 1:25 000, 3215E Ligny-en-Barrois
- Wandeling uitgezet in eigen beheer



Lange Afstand Wandelvereniging "VIA-VIA".

Gegenereerd op 22-09-2005 door C.P.J. Aerssens